Hoofdstuk 15

335 20 9
                                    

PETERS POV

Ik loop voor Kelvin langs de muur van ons huis. Als we voor het huis staan, kom ik abrupt tot stilstand. Ik heb geen idee waar we nu moeten gaan zoeken. We hebben geen idee hoe laat ze weg is gegaan. En dus ook geen idee hoe ver ze kan zijn, of welke kant ze op is. Ik laat mijn schouders zakken en zucht. 

"Vanaf hier kon ze twee kanten op, rechts of links. Ik zal links gaan, jij rechts. Oke?" vraagt Kelvin.

Ik knik en begin te lopen. Voor hij uit het zicht is draai ik me om en roep: "Wat als een van ons haar vindt?"

"Bel me dan gewoon, slimmerik!" roept Kelvin met een grijns.

Ik draai me om en grijns om mijn eigen domheid. Ik moet echt beter gaan nadenken als ik haar wil vinden. 

Terwijl ik door de straten van Amsterdam loop bestudeer ik elk straatje en elk donker hoekje terwijl ik voorbij loop in de hoop dat ik haar vind. Ik heb het gevoel dat ik al uren rondloop en begin de hoop al op te geven. Volgens de kerktoren is het echter pas 23:52. Ik ga een hoek om en kom uit in een straat met een kanaal erlangs. Op dit punt weet ik zelf niet meer waar ik ben, ik herken deze buurt niet. Ik haal mijn telefoon uit mijn zak en kijk op de kaart. Zo te zien ben ik niet eens zo ver van ons huis. Dan bel ik Kelvin om te kijken of hij ook maar iets van vooruitgang heeft geboekt.

"Hey, met Kelvin"

"Hey, heb jij al enig spoor van Laila ontdekt?"

"Nee, nog niet. Jij?"

"Nee, ik ook niet."

"Misschien moeten we nadenken over waarom ze weg is gegaan. En of ze terug is naar waar ze vandaan kwam."

"Waarom zou ze dat doen? Na alles wat die gozer en haar zogenaamde vrienden hebben gedaan?"

Als ik er alleen al aan denk voel ik mijn bloed alweer koken. Dan bedenk ik me hoe bang ze was, om het te vertellen, van de dronken gasten aan de deur, van de gast die haar probeerde te helpen toen ze flauwviel. Hij vaarde ook nog achter ons huis langs. Dan valt het kwartje bij me. Wat als dat allemaal dezelfde gast is? Het zou een hele hoop verklaren. Hij bleef maar terugkomen, terwijl ik hem voor Laila nooit gezien heb. Mijn ogen worden groot en ik word uit mijn gedachten getrokken door wat ik zie en Kelvin's stem in mijn oor.

"Peter? Ben je er nog?"

"Ja, sorry, kom snel hierheen."

"Waarheen?" vraagt Kelvin verward.

Ik geef geen antwoord, in plaats daarvan hang ik op en stuur ik hem mijn locatie door via iMessage. Dan focus ik me weer op wat ik in de verte al zag aankomen en nu dichterbij is. De gast, waar ik nu een naam voor heb: Thomas, samen met wat andere mensen.
Ik begin weer te lopen, maar dit keer vlak langs de kant van de weg. Ik blijf in de schaduw zodat zij me niet zien. Zij blijven staan bij een T-splitsing en ik sluip half, en loop half, dichterbij. Ik zie Thomas op zijn horloge kijken en een beetje heen en weer lopen. De rest, vier mensen, staan in een kringetje en drinken omstebeurt uit een fles. Vast alcohol. 

Wat ik dan zie gebeuren zorgt er bijna voor dat ik struikel over mijn eigen voeten. Laila komt aanlopen van om de hoek. Ik ben blij om haar te zien, maar verbaast en bang over met wie ik haar zie. Zou ze dit willen? Ik bekijk haar een paar seconden en ik heb mijn antwoord al. Ze loopt ineengedoken naar het groepje toe en zodra Thomas haar spot zet hij twee grote stappen en pakt hij haar arm beet. Dan sleept hij haar mee, weg van mij. Het groepje, dat er dronken uitziet, slingert er een beetje achteraan.
Ik maak een snel besluit en ga midden in het licht van de dichtsbijzijnde lantaarnpaal staan. Dan schreeuw ik zo hard als ik kan: "HEY THOMAS"

Thomas draait zich met een ruk om. Dat bevestigt gelijk mijn theorie, het is dezelfde gast. Slechts een iemand in het groepje draait zich om en een ander botst tegen hem aan. Dat zorgt ervoor dat ze allemaal beginnen te lachen. Zelfs zo erg dat ze allemaal omvallen. Daar heeft hij in ieder geval niks meer aan. Thomas heeft dat ook door, want hij kijkt behoorlijk boos naar het groepje. 
Ik maak gebruik van de afleiding en loop met grote stappen naar hem toe, totdat er nog maar twee meter tussen ons zit.
Nu kijkt Thomas mij aan. "Oh, jij bent het weer." mompelt hij boos. Met een hand houdt hij Laila weg van mij en de andere gebruikt hij om boos naar me te wijzen. Ik moet bijna lachen. "Misschien denk je dat het anders is, maar Laila is van mij. Ga naar huis." sist hij naar me met een boos gezicht. Ik weet dat hij me probeert te intimideren, dus ik stop alle angst die ik voel ver weg en ik sla zijn vinger weg. Dan breng ik mijn gezicht dichter bij dat van hem en ik zeg zo bedreigend als ik kan: "Laila is van niemand behalve zichzelf, laat haar los." 
Als hij bang is laat hij het ook niet merken, maar dan zie ik waarom. De hand die ik heb weggeslagen houdt hij nu bij zijn broekzak en er glinstert iets. Het kost me maar heel even om uit te vogelen dat het een mes is. 
Dan haalt hij het er helemaal uit en trekt Laila naar voren. Vervolgens houdt hij het tegen haar neus en pakt haar vast bij haar nek. Eerst ben ik te verbaast om te reageren. Waarom zou hij het tegen haar neus houden als hij het tegen haar nek kan houden. Dan snap ik het, hij wil haar ook niet doden, maar met verwonden heeft hij geen probleem. Ik probeer niet naar Laila te kijken, want ik weet dat ze me heel erg bang aankijkt. En ik mag nu niet instorten. 
Thomas kijkt me grijnzend aan en haalt het mes langzaam van haar neus naar haar nek. Hij maakt ondertussen een diepe snee in haar wang. Dan houdt hij het mes stil bij haar nek en achter de waanzin zie ik twijfel in zijn ogen.
Dus ik recht mijn schouders en zeg: "Je doet het toch niet."
Laila had dit duidelijk niet zien aankomen, want ze begint hoorbaar sneller te ademen. Thomas en ik hebben een soort zieke staarwedstrijd. Uiteindelijk zie ik in zijn ogen dat ik gelijk heb en grijns een beetje. Dat maakt hem zichtbaar boos en hij doet iets wat ik niet verwachtte. Hij duwt Laila opzij en stapt naar voren. Dan steekt hij het mes recht in mijn buik. Ik kijk vol verbazing naar zijn grijnzende gezicht en dan weer naar mijn buik. Het warme bloed verspreid zich over mijn shirt en drupt langs mijn buik binnen een paar seconden. En de pijn is verblindend, het is alles wat ik nog kan voelen.

LAILA'S POV

Thomas duwt me aan de kant en ik val op de stoep. Mijn hoofd knalt tegen de muur achter me en mijn zicht word wazig. Ik probeer op Peter te focussen, hij staart nu naar zijn wond. Al het bloed stroomt uit mijn gezicht als ik zie hoe erg hij eraan toe is. Dit kan niet echt gebeuren, het bestaat niet. Dit gebeurt in films en heel ver weg, niet hier. Ik wil hem helpen, maar mijn lichaam is zwaar, net als mijn oogleden. De bekende sterretjes treden mijn blikveld weer binnen.
Voordat mijn ogen dichtvallen zie ik dat Thomas geschrokken wegrent en Peter neervalt. Ik hoor een hele hoop voetstappen en Kelvin die schreeuwt. Ik probeer uit alle macht mijn ogen open te maken om te kijken van wie al die voetstappen zijn, maar dan voel ik een warme hand op mijn schouders en fluistert Kelvins stem: "Je bent veilig nu." En ik val  in een droomloze slaap.

*authors note*
Hey:)) Heel erg bedankt voor de 1000 reads allemaal! Ik wordt er zo blij van dat er mensen zijn die het werkelijk leuk vinden om mijn verhaal te lezen:)
Laat weten wat je van dit hoofdstuk vond in de comments please:) xoxo

Waking up in AmsterdamWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu