HATE U, LOVE U

Chapter 30. - A 'Little' Row Boat

Met open mond staar ik naar het grote gevaarte dat voor me ligt. 'Wow, die boot is gigantisch!' roep ik uit. Matt grinnikt naast me. 'Jacht.' verbeterd hij me. 'Het is een jacht.' Boot, jacht, ik ziet het verschil niet.

Alice en Reese wilden hun gezin - waar ik volgens hun ook bij hoorde -, meenemen voor een dag op het water. Ik was niet echt groot fan van bootje varen, maar dit... Dit was meer een drijvende villa. Die jacht moet een fortuin gekost hebben.

'Die boot, oh nee sorry, die jacht is echt belachelijk groot, Matt.' Hij haalt zijn schouders op. 'Het heeft alleen maar vier dekken en plek voor twintig man aan boord, inclusief de crew, dus dat valt nog wel mee.' Pfft, dat valt nog wel mee, zegt hij... Nou, ik vind het nogal wat! Hij zegt het alsof het normaal is dat je een gigantische jacht tot je beschikking hebt.

Reese en Alice hadden inmiddels de jacht al betreden en ook Matt en Lexi gaan aan boord. Lexi was ook uitgenodigd aangezien zij en Matt nu officieel een koppel waren, maar ik weet zeker dat als ik had gevraagd of Lexi mee mocht als mijn beste vrienden, dat Alice en Reese direct ja hadden gezegd.

Mijn ogen glijden over de gestroomlijnde witte jacht. Dat zo'n ding op het water kan blijven drijven is me echt een raadsel. Ineens valt mijn oog op de naam van de boot, die in sierlijke letters op de zijkant van de jacht is geschreven. The Katherine Rose. 'Is dat...' breng ik zachtjes uit. Ik voel een brok in mijn keel vormen. Aiden komt naast me staan en wrijft even geruststellend over mijn hand, maar trekt zijn hand alweer weg voordat iemand het in de gaten krijgt.

'Wist je dat niet?' vraagt hij verbaasd. 'Ik dacht dat mijn ouders dat hadden gezegd.' Langzaam schud ik mijn hoofd. Ze hadden hun jacht naar mijn moeder vernoemd? De tranen springen in mijn ogen om het lieve gebaar van Alice en Reese.

Aiden buigt zijn hoofd naar me toe. 'Gaat het?' fluistert hij. 'Ja. Het is gewoon... ik weet niet.' Ik bijt even op mijn lip. 'Het voelt gewoon heel bijzonder.' Besluit ik maar. Met tranen in mijn ogen kijk ik naar hem op. Ik zie dat hij de drang moet onderdrukken om me naar hem toe te trekken en me te troosten. Hij schenkt me een liefdevolle glimlach en gebaart met zijn hoofd richting de jacht die op ons ligt te wachten. 'Kom op.'

We worden opgewacht door een man in een smetteloos wit pak. 'Mr. Wyatt.' begroet hij Aiden, na een tik tegen zijn pet. Aiden knikt vriendelijk naar de man. 'Charles.' zegt hij. 'Charles is onze kapitein.' legt Aiden me uit. Ik schenk Charles een vriendelijke glimlach als ik hem begroet. 'Hi Charles.'
'Miss Parker.' groet hij me terug. Aiden helpt me aan boord, terwijl ik nog even fronsend over mijn schouder naar onze kapitein kijk. 'Hoe weet hij mijn naam?' fluister ik tegen Aiden. Hij grinnikt. 'Passagierslijst.' Aha, dat was logisch.

De zon voelt heerlijk op mijn lichaam waardoor ik elke keer een beetje wegdommel. Het geluid van het water dat tegen de zijkanten van de jacht slaat heeft iets rustgevend. 'We zouden dit elke dag moeten doen.' verzucht Lexi naast me. Ik open mijn ogen en zie dat Matt en Aiden een eindje verderop zitten te praten. Ik kijk om me heen naar een teken van Reese en Alice, maar die zijn nergens te bekennen.

Alsof hij voelt dat ik naar hem kijk, kijkt Aiden me ineens aan. Tenminste ik denk dat hij me aankijkt want met de pilotenbril die hij draagt kan ik zijn ogen niet zien. Maar een scheve grijns bevestigd dat hij me inderdaad aankijkt. Als hij zo naar me blijft kijken, trek ik zo hem mee naar binnen voor een uitgebreide make-out sessie. Ik schenk hem een glimlach voordat ik mijn hoofd weer neerleg en mijn ogen sluit.

'Ik ga even naar binnen,' zeg ik na een tijdje tegen Lexi, maar volgens mij slaapt die al. Ik duw even tegen haar schouder. 'Lex.'
'Hmm?' reageert ze zonder haar ogen te openen. 'Ik ga naar binnen,' zeg ik tegen haar. 'Kijk je uit dat je niet in slaap valt? Straks verbrand je je nog.'
'Ja mama.' grapt ze. Grinnikend schud ik mijn hoofd terwijl ik mijn handdoek, boek en zonnebrand in de tas druk. Ik loop het zonnedek af en maak mijn weg naar het hoofddek.