9

779 39 4
                                    

Eva

'Ze is verkracht.' Antwoordt de arts. Ik draai me om en loop met grote snelle stappen weg. Ik hoor Wolfs nog snel het gesprek afronden. 'Eva?' Hoor ik hem roepen. Meerdere keren roept hij mijn naam maar in mijn hoofd weerklinkt het als de stem van de duivel zelf. Zijn voetstappen versnellen met de keer dat zijn voeten de grond raken. Het is alsof ik weer de voetstappen van mijn vader hoor op de trap en de voetstappen die achter me aan kwamen als ik weg probeerde te komen. Mijn pas versnelt weer en ook de voetstappen achter mij ook. Ik weet niet meer wat er om me heen gebeurt; laat staan waar ik heen loop en kijk om. Had ik dat nou maar niet gedaan want voor ik het weet lig ik op de grond. Snel sta ik op en ren weer verder. Alle beelden uit mijn verleden flitsen voorbij. Voetstappen weerklinken als donderslagen in mijn hoofd en het meest gehate liedje uit mijn hele leven ook. Alle stemmen klinken als die van mijn vader en schelden me uit voor de meest vreselijke dingen. Ik ren door en door.

Wolfs

Pas in de parkeergarage stopt ze met rennen en zakt ze tegen een bemtonnen paal aan vlak bij onze auto. Ze staart als een zombie voor zich uit en angst is af te lezen in haar ogen. Ik probeer haar uit haar trance te krijgen maar zonder succes. Ze sloeg om zich heen zo gauw ik dichterbij probeerde te komen. Dan maar anders. Ik trek haar omhoog zonder me iets aan te trekken van de klappen die me raken. Toch kan ik niet voorkomen dat er een flinke kras op mijn wang terecht komt. Ik trek haar tegen me aan en na een tijdje hangt ze uitgeput tegen me aan. Langzaam lijkt ze te ontwaken uit haar trance maar huilen doet ze niet. Ik hou haar wat van me af en zie haar verbaasd kijken naar mijn gezicht. Waarschijnlijk de kras die ik net kreeg. 'Oh God... Is die van mij?' Ik grijns een beetje scheef en knik. 'Jezus... Het bloedt...' Ik veeg een keer over mijn wang en zie inderdaad dat mijn hand rood is geworden. Toch kan ik het niet laten zachtjes te lachen. 'Ah nee Wolfs, dat is niet grappig! Doet het pijn?' Vraagt ze terwijl ze met haar hand mijn gezicht naar zich toe draait. 'Welnee joh, het valt best mee.' Glimlach ik. 'Wil je nog terug naar dat meisje?' Vraag ik haar weer serieus. 'Nou, die denkt op zijn minst dat je aangevallen bent door een of ander beest.' 'Oh? Vertel?' Ze grijnst en maakt een klauw van haar hand. 'Grrauw.' Gromt ze. Gelukkig kan ze er nu zelf ook wel om lachen. 'Heb je nog iets van een zakdoek? Dan maakt ik het iets minder angstaanjagend.' Lacht ze. 'Uhm als het goed is staat er in de kofferbak een EHBO doos, daar moet wel wat in zitten.' Ze opent de kofferbak en vist er inderdaad een kleine EHBO doos uit. Ze haalt er zo'n steriel doekje uit en maakt mijn wang schoon. Tot overmaat van ramp plakt ze er ook nog zo'n stuk gaas op met een paar plakkers. 'Eva, het is geen oorlogswond he...' Grinnik ik. Ze reageert er niet op en gaat rustig verder met waar ze mee bezig is. 'Zo, als we naar het bureau gaan eraf halen, en zeggen dat je ergens tegenaan gelopen bent ofzo.' 'Ja baas.' Als ze alles heeft opgeruimd en de kofferbak weer dicht zit wil ze na het opslot doen van de auto weer weglopen maar ik hou haar tegen door haar arm vast te pakken. Ze draait zich vragend om. 'Ga je wel met iemand praten? Dit kan zo niet langer.' Ze slikt en komt weer dichter naar me toe. 'Ik kan het niet. Met een wildvreemde alles delen bedoel ik. Ik kan dat echt niet.' Ik zucht terwijl ik haar tegen me aan trek. 'Praat dan met mij of Marion. Het kan me niet schelen met wie je praat, als je het maar doet.' Ik voel dat ze knikt. Ik weet dat Marion haar verleden kent en ze heeft ook wel wat aan mij verteld, maar lang niet alles. Ze kropt alles op en dat komt eruit op momenten dat er ook maar één woord gerept wordt over verkrachting lijkt het. Ze wist het altijd goed verborgen te houden maar nu lijkt het of op zo'n moment de bom barst. Alleen op het gebied van 'ons' durft ze wat toenadering ze zoeken en ik merk dat ze mij steeds dichterbij durft te laten komen en zelf ook dichter bij mij komt.

Eva

Als we later op de dag thuis komen nemen we allebei maar amper de tijd om onze jassen uit te trekken. We hadden in de stad wat gegeten en waren dus later thuis dan normaal. Een korte kus verandert al snel in een wilde zoen en zijn handen glijden verlangend onder mijn shirtje. Met tegenzin stop ik hem toch. 'Wat is er? Wil je niet?' Fluistert hij ietswat teleurgesteld. 'Fleur.' Is het enige wat ik terug fluister. Hij knikt en grijnst 'Wacht hier.' Knipoogt hij. 'Fleur? Fleur!' Roept hij meerdere keren naar beneden en ook nog even naar boven. Hij loopt naar beneden maar komt al snel weer terug naar boven rennen met een briefje in zijn hand. 'Ze is naar een vriendin. Komt vanavond laat pas weer thuis.' Daar neem ik genoegen mee. Ik trok hem aan de kraag van zijn overhemd naar me toe en we gingen weer verder waar we gebleven waren. Ik trok zijn overhemd uit zijn broek en de knoopjes waren al snel los. Ook mijn shirt lag binnen de kortste keren ergens halverwege de trap toen we boven waren. Niet veel later was er niets te missen van waar wij geweest waren. Overal lagen kledingstukken verspreid.

MisbruiktWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu