Hoofdstuk 12.

7 0 0
                                    

Hoofdstuk 12.

'Welkom terug op de academie...' Jason gebaarde naar het kasteel. Ik wist niet dat het een academie was... 'Dank je,' antwoordde ik terwijl we het bordes op liepen en meneer Grey opende de zware houten deur. Wacht, hij zat toch net in de auto? Kon hij toveren of zo? Dat zou nou nog iets leuks extra's zijn als we ook konden toveren...

'Guinever kom je?' Jason keek vragend over ze schouder waar ik bleef. Ik schrok wakker uit mijn verstarring.

'Huh wat?' het duurde even voordat ik me realiseerde dat hij op me wachtte. 'Oh... ik kom er aan.' Argwanend kijkend naar meneer Grey liep ik langs hem de deur door. De aardigheid die hij net op zijn gezicht had, daar was geen spoor meer van te bekennen.

'Aldric, wil je zo vriendelijk zijn en Guinever naar de trainingszaal brengen?' vroeg hij zakelijk.

'Als het moet,' bromde meneer Grey. Waar was die aardige versie van hem gebleven? Jason beende richting de oostkant, naar de deur die naar de vergaderzaal leidde...
Mijn nieuwsgierigheid kon ik niet meer bedwingen, als hij namelijk bij het gesprek met mijn ouders zou zijn, zouden ze de mysterieuze jongen die Sharon vanochtend zo heerlijk levendig had geschetst in het echt ontmoeten. En mijn vader die al zo'n weerstand had dat ik hier vaker zou zijn, wilde waarschijnlijk niet ook nog riskeren dat zijn dochter verliefd werd op die arrogante, egocentrische jongen. Ja, dit beloofde een heerlijk gesprek te worden.

Dus vroeg ik zo neutraal mogelijk: 'Jason, wat ga jij doen?' De scéne schoot al door mijn hoofd heen; mijn vader schreeuwend over het bureau van Keeth gebogen, mijn moeder mijn vader kalmerend...

Jason draaide zich om, keek me toen even onderzoekend aan de arrogante blik viel niet te vergeten, maar antwoordde toen: 'Keeth vroeg of ik bij de bespreking wilde zijn.' En dat vond hij blijkbaar genoeg uitleg, want hij keerde me de rug toe en liep naar de deur aan de rechter kant. En daar was mijn vermoeden mee bevestigt. Ja, heerlijk dit, eigenlijk wilde ik hem tegen houden, alleen al voor mijn zelfbehoud, maar ik kon het niet. Want wat moest ik hem vertellen? Dat mijn vrienden dachten dat ik hem de hemel op aarde vond? Om vervolgens met een knalrood hoofd uit te leggen dat dat een leugen is? Nee, nee liet het hun maar uitvechten. Mijn vader zou heus wel bij bedaren komen. Dat moest gewoon, dus daar vertrouwde ik op.

'Kom,' was het enige wat meneer Grey zei. Ik besloot om maar eens geen vragen te stellen en gehoorzaam te volgen. Wij gingen niet rechts door één van de deuren, maar we liepen de grote trap omhoog rechtstreeks daar de hal in. Voor ons was een enorme deur van mooi versierd hout. Wat zou daar achter zitten?
Veel tijd had ik niet om daarover na te denken, want meneer Grey sloeg linksaf en ik had geen zin om hier te verdwalen. Aan het einde van die gang konden we weer links of rechts, dit keer gingen we weer links. De gang was niet heel lang en liep dood op een dubbele deur.

'Hier is het.' Hij gebaarde naar de deur. De deur was zeker vier meter hoog.

'Bedankt,' mompelde ik. Voorzichtig opende ik een deur. Zodra ik binnen kwam viel de hoeveelheid matten me op. En groot gedeelte van de muren en de vloer was bedekt met matten. Aan het plafond hingen touwen en haken. Links van de deur waar je binnen komt was een andere deur, een kleinere van normaal formaat.

'Is dat alles wat je hebt?' riep iemand uitdagend. Ik keek waar het geluid vandaan kwam en zag twee jongens op de matten met elkaar stoeien. Ze rolde in een kluit van lichaamsdelen over de matten. Ik schudde m'n hoofd, kleuters.

'Hé, jij bent toch Guinever?' Vroeg één van de jongens, blijkbaar waren ze uit-gestoeid. Hij was een halve kop kleiner en minder breed dan de jongen die naast hem net omhoog kwam en zijn shirt fatsoeneerde.

Dimensionauts Deel 1Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu