15. Martelen

52 6 2
                                    

Pff.. Ondanks dat ik op een bed mocht liggen had ik toch slecht geslapen. Ik stond op en zag dat iedereen nog sliep. Omdat er nu toch niemand op het bed lag, probeerde ik Riley op te tillen, zodat ik haar op het bed kon leggen.

Stom van me, hoe kon ik dat nu vergeten? Als je Riley aanraakt in haar slaap, begint ze je te slaan. Eigenlijk verschoot ik er wel van dat ze zonder haar knuffels in slaap was gevallen.. Riley valt namelijk normaal nooit in slaap zonder haar knuffels.
We waren ooit eens bij Lydia blijven slapen toen ze die vergeten was, en uiteindelijk hebben wij, ik en Riley, nachtje door gedaan. Ik heb namelijk niet echt veel slaap nodig en zij zonder knuffels slaapt toch niet.

Omdat Ella ook altijd lang slaapt, pakte ik haar op en legde haar op bed. Ziezo, voor de momenten dat ze slaapt, slaapt ze toch nog makkelijk.

Ikzelf ging tegen de muur zitten wachten tot derest ook wakker werd, of Oranjegloed en Blauwvloed ons kwamen halen.

'Clary, ben je wakker?' hoorde ik Lydia vragen.

'Ja, ik ben wakker. Jij nu ook?'

'Ja.. Maar ik ben nog zo moe, maar de grond ligt zo slecht. En het is ook zo koud.'

'Ga naast Ella op het bed liggen? Krijg je waarschijnlijk wel iets warmer, en lig je ook makkelijker.'

'Goed idee.'

Waarschijnlijk was ze dan ergens in slaap gevallen, want toen was het terug stil.

***

'Jij daar, gaat nu met Brull mee, en jij daar komt met mij mee. Voorderest, de eerste die probeert deze kamer te verlaten, wel ja dat zal je wel zien. Want ik zit namelijk met jullie vriendinnetje hier in de kamer hiernaast.' Zei Blauwvloed.

Eerst had hij mij aangewezen, dus ik moest mee met Oranjegloed. Als tweede had hij Lydia aangeduid. Ondanks dat ik gedeeltelijk nog kwaad op haar was, vond ik het erg dat zij als eerste moest. Maar toen dacht ik er aan dat Oranjegloed de martelingen ging doen en Lydia waarschijnlijk gewoon terug ging worden ondervraagd worden.

We stonden allemaal ten dode opgeschreven als er niet snel hulp kwam.
Doordat Oranjegloed en Blauwvloed binnen waren gekomen, was iedereen wakker.

We, ik; Ella; Lydia en Riley, gaven elkaar nog snel een groepsknuffel omdat we beseften dat er wel eens iemand kon doodgebrand of -geëlektrocuteerd worden.

Ik gaf Brandon ook nog eens snelle knuffel en liep dan naar de deur. Lydia stond ook, met tranen in haar ogen, aan de deur. Toen keek ik nog eens om en zag dat eigenlijk iedereen tranen in z'n ogen had, en ik merkte op dat ik die zelf ook had.

-Sterk blijven Clary, sterk blijven Clarelisse- moedigde ik mezelf, in mijn hoofd, aan.

We, ik en Oranjegloed, volgenden dezelfde weg als ik en Blauwvloed hadden gevolgd. Enkel stopten we bij de martelkamer, ik zag dat er al wat extra messen enzo klaarlagen. Oranjegloed had waarschijnlijk de -lang niet gebruikte- martelkamer wat aangevuld.

Waarom zou Oranjegloed zo vriendelijk tegen me geweest zijn gisteren? Misschien omdat ik dan makkelijker zou meewerken vandaag? Nee, waarschijnlijk niet. Welke martelaar vind het nu leuk als zijn slachtoffer meewerkt? Weer had ik téveel vragen in mijn hoofd. Maar omdat ik de voorbije twee dagen al heel de tijd vragen in mijn hoofd heb, merkte ik dat ik er niet zo met zat.

'Mmh, met wat zou ik beginnen?' hoorde ik Oranjegloed zeggen.

Ik moest tijd rekken, dat zou de langste manier om te overleven zijn. Tijd rekken hoe moest ik het aanpakken? Door vragen aan hem te stellen! Eindelijk had ik eens een antwoord op een vraag, éindelijk wist ik eens zeker wat ik moest doen. Met welke vragen zou ik hem lastigvallen, zodat ik veel tijd kon rekken?..

'Wat vind je er eigenlijk zo leuk aan?'

'Waar bemoei jij je mee? Ga liever hier eens opliggen.' en hij liep richting een houten tafel, een marteltuig.

Ik kende het marteltuig ergens van en wist voorwat het diende. Je ketende je persoon die je wou martelen vast met de kettingen, en zette een bord vol eten aan zijn voeten. Zo verging hij van de honger en dorst. Was dat nu echt het origineelste dat hij kon bedenken? Ja, hongersnood zou niet leuk worden, maar ik had nog 2 à 3 dagen te leven dan...

'Wil je dat ik omkom van de honger?'

'Ja, dat wordt het. Origineel of niet?'

'Heel origineel, maar waarom hebt u me dan gisteren lekkere frietjes gegeven?'

Plots zag ik een glinstering in zijn ogen, zijn ogen zagen eruit als die van iemand die flauwgevallen was en juist terug bijkwam.

'Ik, ik,.. Ik wil ni-i-i.. Auww.. Pakk..' stotterde hij.

Hij smeet me op het bed. Ik probeerde hem van me af te slaan, maar hij was weer op zijn kolentemperatuur en ik kreeg weer brandwondes. Omdat ik liever een dagje zonder eten zat, dan vol met brandwondes liet ik me door hem vastketenen. Toen ik vastlag liep hij meteen weg.

'Hé, hoor je normaal niet nog een bord met eten bij mee te zetten?' riep ik naar hem. Dezelfde glinstering als daarnet zag ik in zijn ogen. Hij draaide zich terug en haalde en kom met frietjes tevoorschijn. Die zette hij aan mijn voeten.

'Dat lijkt er al wat meer op', zei ik. Ik kon toch proberen hem wat langer bij me te houden?

Hij pakte een stoel en ging naast mijn bed zitten. Ik zag dat hij druk bezig was met iets dat hij wou doen en iets dat zijn lichaam tegenhield. Hij was, een soort van, met zichzelf via zijn hersenen aan het vechten.

'Dus, krijg ik nog een antwoord op mijn vraag?' vroeg ik.

'Ja'

'Is dat uw antwoord, ja?'

'Nee, waarom spreek jij mij altijd zo beleefd aan?'

'Hoe zou ik u anders moeten noemen?'

'Met mijn naam'

'Oké, Brull'

'Nee, nee, met míjn naam'

'En wat is uw naam?'

Stilte, daar antwoorde hij plots niet meer. Nu keek hij nog verwarder. Hij pakte de kom met frietjes en begon er van te eten. Omdat hij bezig was met eten, dacht ik dat dat een deel van de marteling was.

Maar toen vroeg hij: 'ook eentje?'

'Was mijn marteling niet dat ik niet mocht eten?'

'Tja, geen zin in frietjes?' ik zag dat zijn ogen helderder werden.

'Ik ga geen nee zeggen tegen frietjes.. Of hebt u ze misschien vergiftigd?'

'Zoiets zou ik nooit doen.' En hij zag eruit alsof hij diep teleurgesteld in me was.

Hij stak een paar frietjes in mijn mond, meer stopte toen plots.

'Ik moet jou martelen, geen lekker eten geven.'

Hij keek terug erg verward en gaf me een vriendschappelijk kneepje in mijn hand, en liep weg. Ik zag terug de verwarde blik in zijn ogen

Plots vriendelijk, dan weer niet vriendelijk,.. Ráááár!!

Vond je het een goed hoofdstuk? Druk dan zeker op het vote knopje en je mag ook altijd een comment achterlaten :)

Clarelisse's verhaal [On Hold] Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu