hoofdstuk 9

133 8 1
                                    

Vrijdag, 19:00


Ik ben doodnerveus. Vandaag heb ik mijn date met Laurens. Met transpirerende handen strijk ik mijn zwarte jurkje glad.

'Je ziet eruit alsof je naar een begrafenis vertrekt,' had Oliver spottend gezegd. Die opmerking had hem een klap bezorgt die dwars doorheen zijn hoofd ging vanwege zijn doorzichtigheid.

Je hoort het goed, die kwelgeest leeft nu al ongeveer een week in mijn kamer zonder een oplossing te hebben voor zijn zogenaamde: "Ik geraak niet door naar de hemel" - excuus.

Hij is wel vermoord, wat een enige vorm van medelijden bij me op zou moeten wekken, maar dat doet het dus niet. Dat ligt niet alleen aan het feit dat ik een ongevoelig persoon ben, maar ook aan het feit dat ik hem dus niet mag. Ik weet absoluut honderd procent zeker dat het niet aan mij ligt, want mijn karakter is over het algemeen open. Buiten strenge leerkrachten of huilerige baby's kan ik makkelijk elk levend wezen op moeder aarde verdragen. Maar Oliver mag ik dus niet, echt helemaal niet.

Ik weet niet wat het precieze ding aan hem is die ik niet kan verdragen. Zijn uiterlijk valt anders goed mee. Ik denk eerder dat het aan zijn spontane drang ligt om continu lastig te vallen met sarcastische opmerkingen. In het begin dat ik hem kende vielen die opmerkingen nog al bij al mee, maar sindsdien ik hem toegang verleen tot de badkamer is het pas erg. Die ene vriendelijke stap van me heeft ervoor gezorgd dat hij me als een 'vriend' beschouwde. Maar het enige wat ik er aan over gehouden heb zijn die snerpende opmerkingen. Ik mag sarcastische mensen ook niet. Dat zal ik ook maar toevoegen aan het lijstje van dingen die ik niet kan verdragen.

Mijn gedachtegang wordt onderbroken door een gestalte die traag op me af komt lopen. Eerst denk ik dat het Laurens is, maar de oubollige kleren bewijzen het tegendeel. Hij wordt omgeven door een lichte schijn. Een geest, lijkt mij. Steeds meer geesten konden niet door me heen. Dat bewees dat Oliver gelijk kon hebben over zijn "fout in het universum' theorie die hij me gisteren nadrukkelijk uitgelegd had. Ik schuif wat naar de schaduw toe zodat ik minder opval voor de mensen om me heen. Ik heb er nu geen behoefte aan bekeken te worden als een engerd wiens lichaam opeens te keer gaat. In de verte zie ik Laurens aankomen met een opvallende groene fiets. Hij merkt me niet op door mijn onopvallende wachtplaats en ik hoop dat nog even zo te houden tot de geest door me heen gegaan is. 'Kom,' fluister ik zachtjes. Ik wenk even discreet met mijn vingers naar hem zodat hij weet waar hij moet zijn. De geest, een verwarde oude man van in de zeventig die zo te zien al ver heen is met zijn verwarde brein, werpt me een quasi onbegrijpende blik toe. Moest ik nu echt per se een verwarde hebben? Ik grom binnensmonds en wenk nogmaals, maar deze keer iets uitbundiger. Nu lijkt hij het al wat beter te snappen. Ik maak een wijds gebaar en de geest wordt als een magneet naar me toe gezogen. Ik sluit mijn ogen en probeer de pijn die zal volgen zo goed als mogelijk buiten te sluiten. Na een paar seconden is het voorbij. Ik kijk om me heen en stap vervolgens weer naar voren zodat ik goed zichtbaar ben voor Laurens. Ik hoop dat ik deze avond niet meer lastig gevallen word.

GhostgirlWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu