Hoofdstuk 15

68 9 1
                                    

Debbie en Niels zijn inmiddels al een paar dagen thuis. Ze zijn nog niet naar school geweest. Ze hebben afgesproken om het over de situatie te hebben.

"Ik maak me zorgen om Michelle," zegt Debbie.

"Je bent niet de enige. Maar wat ik niet begrijp, is waarom ze ons hebben teruggebracht en waarom Michelle weg is."

"Dat is inderdaad vreemd. Tot nu toe hebben ze ons alle drie telkens gepakt en opgesloten. Waarom dan nu ineens alleen Michelle?"

"Heb jij nog iets van de politie gehoord?" vraagt Debbie aan Niels.

"Nee, niets..." zegt Niels teleurgesteld.

"Ze zijn nu al 2 dagen aan het zoeken en nog steeds geen enkel spoor van Michelle, ik maak me echt zorgen."

"Ik ook, toch vind ik het maar vreemd. Wisten we maar meer..." zegt Niels.

"Inderdaad, maar ja wat kunnen we doen?"

"Ik heb een idee. We zouden morgen naar het huis van Michelle kunnen gaan en met haar ouders praten. Misschien weten die al meer."

"Goed plan Niels!" zegt Debbie een beetje enthousiast.

"Laten we morgen gaan."

"Doen we!"

De volgende dag zijn Niels en Debbie bij mijn huis...

"Hallo Niels en Debbie," zegt mam.

"Hallo," zeggen Debbie en Niels.

"Wat komen jullie doen? Jullie weten dat Michelle er niet is," zegt mam en ze begint te huilen.

"We wilden vragen of jullie misschien meer wisten over de hele situatie," zegt Niels. "Wij vinden het namelijk vreemd dat ze ons hebben laten gaan en Michelle hebben ontvoerd."

"Sorry jongens, ik weet verder ook niet veel meer dan jullie" snikt mam.

"Hmm jammer... het is gewoon zo vreemd. Ze hadden ons en nu hebben ze haar in plaats van ons. Hoe kan Michelle ontvoerd zijn zonder dat iemand het gemerkt heeft?" zegt Niels.

"Wacht eens even..." zegt mam.

"Wat is er?" vraagt Debbie.

"Donderdag is ze verdwenen, toch?"

"Ja, dat klopt. Dat zei de politie."

"Donderdagavond zaten Pieter en ik op de bank. De politie was net weg, die gingen verder met hun zoektocht. Ik wilde de kussens van de bank goed leggen, toen ik de kussens optilde lag er een brief onder." vertelt mam.

"Een brief?" vragen Niels en Debbie tegelijk.

"Ja, hij was van Michelle. We hebben de brief gelezen en hebben toen heel hard gehuild. We hebben de politie erover verteld en die dachten net als wij dat de ontvoerders dat hadden geschreven en Michelle thuis ontvoerd hadden."

"Waren jullie thuis de afgelopen dagen?" vraagt Niels.

"Ja, we zijn niet weggeweest. Misschien op het park zelf, maar ter bescherming van Michelle bleven we zo dicht mogelijk in de buurt."

"Dan kan ze toch niet thuis zijn ontvoerd? Want dan hadden jullie dat wel gemerkt," zegt Niels.

"Dat is waar!" zegt mam.

"Wanneer hebben jullie Michelle voor het laatst gezien?" vraagt Debbie.

"Donderdagmorgen nog. Toen heb ik samen met haar ontbeten en toen is ze naar school gefietst."

"Hmm... waarom zou ze alleen naar school fietsen?" vraagt Niels.

"Huh? Ze was niet alleen. Ze zei dat ze samen met jou naar school zou fietsen omdat Debbie nog ziek thuis was," zegt mam verbaasd.

"Maar ik ben donderdag niet op school geweest. De school heeft me verteld dat ik maandag niet op school ben geweest. Toen was ik dus al ontvoerd..."

"Maar waarom zou Michelle alleen naar school willen fietsen? Ze weet dat ik dat niet goedkeur," zegt mam.

"... mogen we misschien in haar kamer kijken?" vraagt Debbie.

"Natuurlijk, ga gerust kijken."

Niels kijkt Debbie vaag aan en Debbie gebaart dat hij haar moet volgen.

"Waarom wilde je in haar kamer kijken?" vraagt Niels.

"Ik hoopte dat we misschien meer konden vinden. Ik heb een vermoeden en ik hoop dat het niet waar is," zegt Debbie een beetje nerveus.

"Wat denk je dan?"

"Ik denk dat Michelle naar ons is gaan zoeken..." zegt Debbie.

"Hmm... dat zou kunnen."

"Laten we kijken of we hier meer vinden."

Debbie en Niels doorzoeken mijn kamer op zoek naar aanwijzingen.

"Niels kijk eens!"

"Wat heb je?"

"Een brief, die voor ons bedoeld is!"

"Lees 'm voor!"

"Doe ik!"

Lieve Debbie en Niels,

Als jullie deze brief vinden, zal ik er niet zijn. Ik wil dat jullie weten dat jullie geweldige vrienden zijn. Ik heb een keuze gemaakt voor mezelf. Het is voor iedereen beter zo. Op mijn bureau staat een doosje. In het doosje zit een brief die ik een aantal dagen geleden heb gekregen. Het zal duidelijk maken, waarom ik er niet ben. Please, ga me niet zoeken. Ga verder met jullie levens, ook al is het moeilijk. Ik deed dit voor iedereen die ik liefheb. Laat deze brief a.u.b. niet aan iemand anders lezen...

xx Michelle

"... oow nee," zegt Debbie.

"We moeten de andere brief lezen voordat we weten waarom ze weg is."

Ze pakken de brief uit het doosje. Het is de brief die in het pakket erbij zat, de brief die ik van de gemaskerde mensen heb gekregen. Debbie leest de brief voor. Na de brief gelezen te hebben, weten ze even niets te zeggen.

"Ze heeft zichzelf opgeofferd voor ons?" snikt Debbie.

"Ja, daar lijkt het wel op..." zegt Niels.

"Maar we kunnen haar toch niet zomaar daar laten?!!"

"Dat was ik ook niet van plan. We moeten nu beslissen of we de politie erover inlichten, of dat we het heft in eigen handen nemen..."

"Maar wat kunnen we doen?"

"Haar zoeken. Als ze denkt dat we haar zomaar laten gaan, dan heeft ze dat mis. Ze is onze vriendin en die laten we niet achter!"

"Inderdaad..." zegt Debbie.

"We zeggen wel dat we niets gevonden hebben, we spreken nog wel een keertje af om een plan te maken."

"Doen we."

De gemaskerde organisatieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu