Hoofdstuk 23

43 6 0
                                    

Niels en Debbie zijn bijna bij het huis. Ze slaan een steegje in tegenover het huis, waar ze hun fietsen neerzetten.

"Brr... de laatste keer dat we hier waren, waren we op de vlucht" zegt Debbie.

"Je hebt gelijk," zegt Niels.

Ze willen het steegje uitlopen, maar Niels stopt en duwt Debbie terug.

"Wat is er?" vraagt Debbie.

"De deur van het huis ging open," zegt Niels.

Debbie en Niels kijken om de hoek, naar het huis. Er staat iemand buiten te praten. Met wie zien ze niet.

"Wie is dat?"

"Geen idee," zegt Niels. "Maar hij/ zij loopt nu verder van het huis vandaan."

"Echt?" vraagt Debbie en ze kijkt om de hoek naar het huis.

"D...DAT...DAT IS..." stamelt Debbie.

"Wie? Wie is het Debbie?"

"DAT IS MICHELLE!!!"

Niels kijkt nu ook en ziet haar lopen. Michelle loopt gewoon over straat.

"We moeten naar haar toe!"

"Klopt, maar we moeten voorzichtig zijn. Wie weet wat ze met haar gedaan hebben?" zegt Niels.

"Inderdaad."

"Wacht eens... ze komt deze kant op!"

Niels wacht tot het juiste moment tot Michelle dichtbij genoeg is, zodat ze haar kunnen aanspreken. Als Michelle net langs het steegje afloopt, trekt Niels haar in hun richting. Nu staat ze tegenover Niels en Debbie.

De gemaskerde organisatieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu