23. The final battle part 1

271 19 3
                                    

Personages:

-Mariposa (ook wel Marie of Puntie genoemd)
-Chris (verleend Mariposa onderdak)
-Ellenoor (krijgt onderdak van Chris)
-Arizona (dochter van Ellenoor)

P.O.V. Mariposa

Iedereen staat in een kring om me heen. Het is zover, ik ben er klaar voor. Vandaag zal ik de Uchawi verslaan. Vanochtend heb ik nog in mijn boek gelezen, over mijn krachten en alles. En slechts een uur geleden heb ik nog een brief geschreven, voor het geval dat ik het gevecht niet overleef.

Ik zal eerst naar het hoofdgebouw van de Uchawi moeten, daar zal hoogstwaarschijnlijk de leider zijn. Als ik hem heb overmeestert moet ik de mensen met iets lagere posities aanpakken. Dat moet zo doorgaan, totdat ik iedereen in het gebouw heb verslagen. Als me dat is gelukt moet ik Chris een seintje geven, zodat hij de computers kan hacken en elk lid van de Uchawi kan laten weten dat ze overmeesterd zijn. En wat er dan zal gebeuren, ik weet het niet. Ik hoop maar dat het lukt. Ik heb er tenminste wel vertrouwen in. Net zoveel vertrouwen als de mensen hier in mij hebben.

'Wees voorzichtig, meid.' Zegt Ellenoor, terwijl ze me in een stevige omhelzing duwt. Ik word volledig geplet, maar ik vind het niet erg. Ze laat me los uit haal omhelzing en kijkt me even aan. 'Wees sterk, ik weet dat het je zal lukken.' Een traan rolt over haar wang. Snel veegt ze hem af. 

Arizona zit aan mijn arm te trekken. Haar moeder Ellenoor loopt rustig weg. 'Ik ga je missen, Marie.' Zegt Arizona. Ze kijkt me lief aan. 'Waarom moet je weg?' Vraagt ze. 'Om jullie te helpen.' Ze begint te lachen. 'Ik hou van je.' Zegt ze, terwijl ze me een knuffel geeft.

Ik sta bij de deur, op het punt om te vertrekken. Chris staat naast me en geeft me nog een paar laatste tips. Ik luister deels, maar het lukt gewoon niet meer om alles in me op te nemen.

Ik loop door de voordeur en spreid mijn vleugels. Zo snel als ik kan vlieg ik het wolkendek in. Het voelt geweldig om weer te vliegen. Ik probeer me te focussen op wat Ellenoor me leerde over teleportaties. Ze had me vertelde dat, aangezien de afstand van hier naar het Uchawi hoofdkantoor heel lang is, ik me maar één keer kan teleporteren. Ik kan dus niet meer terug, zodra ik daar ben moet alles goed gaan. Ik mag geen fouten maken, geen enkel detail mag aan mij voorbij gaan. De adrenaline stroomt door mijn lijf. Ik moet het nu doen en goed ook.

Ik begin me te concentreren op de afbeeldingen die Chris me had laten zien. Het Uchawi hoofdkantoor was groot en wit. Vroeger was het een regeringsgebouw geweest. Op de afbeeldingen had ik een gigantisch standbeeld zien staan, het was een standbeeld van een man. Ik had me laten vertellen dat hij de Uchawi leider was. Hem moet ik zien te verslaan. 

Voorzichtig sluit ik mijn ogen, wetende dat ik in elke zaal van het gebouw kan belanden. In het conciërge hok, buiten het gebouw, maar ik kan ook in een drukke vergaderzaal belanden. Ik moet vertrouwen hebben, heel veel vertrouwen.

Voorzichtig open ik mijn ogen, ik durf eigenlijk niet te kijken. Voor me staat het gigantische witte gebouw, het ziet er precies zo uit als op de afbeeldingen. Maar nu is de vraag nog: waarop sta ik? Licht wordt gereflecteerd door een bruine soort ijzer. Koper! Natuurlijk. Wacht maar? Ik kijk omlaag en zie dat er een grote afstand tussen de grond en mij zit. Ik sta op het standbeeld!

Snel duik ik in elkaar, niemand mag me zien. En als ik boven op een standbeeld sta val ik wel een beetje erg op.

Mijn vleugels heb ik ingeklapt en ik draag de bruine vleugels, die ik van een grensbewaker gekregen heb. Mijn roze pluk haar heb ik verborgen, door het met mijn blonde haar te bedekken. Het is niet de perfecte vermomming, maar voor nu kan het er mee door.

Sierlijk laat ik mezelf van het bronzen standbeeld afglijden.
Schichtig kijk ik om me heen, in de hoop dat niemand dat heeft gezien. Ik zie niemand in de buurt, en juist dat maakt me zenuwachtig. Alsof ze weten wat er komen gaat. Ik hoop maar dat het mijn eigen verbeelding is, want anders heb ik een gigantisch probleem. De Uchawi weet namelijk hoe ze stil en sneaky moeten zijn. Voor dit allemaal gebeurde hebben ze jarenlang vanuit de schaduw gewerkt, hebben ze mensen één voor één vermoord, zonder ooit gepakt te worden. 

Mijn eerste doel is proberen het gebouw binnen te dringen. Ik denk dat het niet gemakkelijk zal worden, aangezien  er veel beveiliging is. Het zal me toch moeten lukken. Uit mijn rugzak haal ik een pasje, dat Chris voor mij heeft gemaakt. Vanaf nu heet ik Marie Tree.

Voorzichtig loop ik het standbeeld voorbij. Met elke stap die ik zet kom ik dichter bij de ingang van het gebouw. Vanaf hier lijkt het gebouw nog veel hoger en bedreigender.

Ik loop rustig door de draaideur heen. Op bijna elke hoek staat een bewaker en voor me staat een metaaldetector. Mijn hart begint op hol te slaan, mijn bloeddruk verhoogt en het zweet staat op mijn voorhoofd.

'Pasje.' Zegt een grote bewaker. Hij kijkt me ongeduldig aan. Ik pak het pasje, maar het glibbert uit mijn zweterige handen. Ik glimlach flauwtjes naar de bewaker en buk om het pasje van de vloer te pakken.

'Hier.' Zeg ik, terwijl ik de bewaker het pasje overhandig. Hij kijkt er moeilijk naar en bestudeert vervolgens mij. Heeft hij me door? Mijn hart begint nog harder te kloppen. Hij kijkt me recht in mijn ogen. Ik kan wel huilen, zo bang ben ik. Mijn handen beginnen te trillen en ik bijt hard op mijn onderlip.

Hij geeft me het pasje weer terug. De smaak van bloed vult mijn mond, ik heb waarschijnlijk mijn onderlip kapot gebeten. Ik loop door de metaaldetector. Mijn hartslag begint weer te dalen. Het was heel close geloof ik. Ik heb ontzettend veel geluk gehad en dat besef ik me maar al te goed.

Ik loop door een gigantische gang, waar maar geen einde aan lijkt te komen. De muren zijn stralend wit en aan het plafond hangen kroonluchters. Als ik geen haast had gehad, dan zou ik wel blijven kijken. Maar ik ben geen toerist, ik ben een meid met een missie. Al klinkt dat wel heel extreem en vind ik dat het woord "meid" niet bij mij past. Mijn handen zijn nog steeds plakkerig van het zweet en ik word door angst omringt. Ik ben bang, angstig. Ik weet wat ik moet doen, wat mijn taak is. Het enige ding is, ik weet niet of ik het wel echt aankan. Of ik er wel echt klaar voor ben. Het kans om gesnapt te worden is erg groot.

Ik kijk onderzoekend om me heen. Ik het plafond zit een luchtschacht, waar mijn lichaam denk ik wel doorheen past.

Met mijn hand rijk ik naar het plafond, maar ik raak het bij lange niet. Ik besluit door gebruik van telekinese de schroefjes te verwijderen, die de luchtschacht opening op zijn plaats houden. Één voor één vallen de schroefjes op de grond. Elke keer dat ze de vloer raken, slaat mijn hart een slag over. Het schelle geluid dat vrijkomt zou elk moment een bewaker kunnen lokken.

Voorzichtig haal ik de bruine vleugels van mijn rug af. Ik laat mijn blauwe vleugels weer verschijnen. Voorzichtig vlieg in de luchtschacht in. 

Ik kruip door de luchtschacht opzoek naar het hoofdkantoor. Ik hoor wat gestommel en merk dat de luchtschacht begint door te buigen. Angstig kijk ik om me heen. Mijn ademhaling versnelt en mijn pupillen worden groter. Snel kruip ik door, ik mag nu niet opgeven. 

Een deel van de luchtschacht valt naar beneden. Met een knal raakt het metaal de grond. Een alarm gaat af en ik hoor blaffende honden in de verte. Angst overspoelt mijn lichaam, de geur van zweet vult mijn neus. Ik begin in paniek te raken. Mijn gedachten zijn niet meer controleerbaar. Adrenaline pompt door mijn lijf. Dit is het dan, dit is het einde van mijn missie.

Ik verschuil me in de buis, ik weet dat ik elk moment ontdekt kan worden. Ik verroer me niet, geen enkele spier maakt een bewegen. Behalve dan mijn hart dat als een razende klopt. Ik moet dapper zijn, maar ik kan het niet. Angst blokkeert me. Ik kan niets doen, geen enkele logische gedachte verlaat mijn hoofd. Mijn huid komt in aanraking met het koude metaal van de luchtschacht, ik rijg kippenvel op mijn armen. Ik voel dat ook dit deel van de buis langzaam begint te buigen. Nog enkele momenten en de luchtschacht zal op de grond vallen. Nog enkele momenten en dan zal ik worden ontdekt.

HiddenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu