Hoofdstuk 4

404 18 1
                                    

Clary's POV
Ik zat in mijn kamer. Ik was weggelopen nadat ik had gehoord dat ik terug moest naar New York. Ik was dan wel veel veranderd, maar ik was nog steeds Clary. Wat zou er gebeuren als ik terug zou gaan. Ik zou Simon, Izzy, Alec, Magnus, mam, Luke en Jace  weer zien. Natuurlijk heb ik hem al lang vergeven. Als hij niet gedaan had wat hij gedaan had was ik niet de persoon die ik vandaag ben. Maar... ik wilde niet terug. Dit was nu mijn familie.

Ik hoorde de deur dichtgaan en draaide me om. Mila. 'Hey,' zei ze. 'Hey.' 'Hoe gaat het?' 'Het gaat wel,' zei ik. 'Weet je het zeker?' Ze had een onzekerheid in haar stem. 'Nee,' zei ik eerlijk. Ze glimlachte lichtjes. 'Kom hier,' zei ze terwijl ze haar armen opende. Ik liep naar haar toe en omarmde haar. Schaduwjagers gaven elkaar niet vaak knuffels, maar wij hadden iets speciaals. Mila had me een jaar nadat ik bij hen kwam wonen gevraagd of ik haar parabatai wilde worden. Ik had nee gezegd. Ik kon, kan, mensen niet meer compleet in vertrouwen nemen sinds, sinds die ene keer. Daarom kon ik ook niet zo'n permanente band met haar vormen. Nadat ik haar dat had verteld, had ze me geknuffeld. Ze had me begrepen, het geaccepteerd. We zijn nooit parabatai geworden, maar ze is en blijft mijn beste vriendin. 'Vertel het me.' Ik zuchtte. Mila wist hoe mijn verhaal ging. Zij was de enige aan wie ik mijn verhaal volledig had verteld. Natuurlijk had ik Diana en Michael ook moeten vertellen. Ik had hun verteld dat ik uit New York kwam en dat mijn vriendje me bedrogen had, maar omdat Detroit niet zo veel contact met de buitenwereld had, wisten ze niet over mijn vader en mijn runenkracht. 'Ik wil niet terug,' zei ik. Ze knikte. 'Dat begrijp ik, Clare.' 'Ik bedoel. Jullie zijn nu mijn familie. Jij, Liam, Diana, Michael en zelfs Sarah en Jason. Maar... dan heb je nog mijn moeder en Luke en Simon en iedereen. Ik mis ze en ik ben bang dat het moeilijker word om ze weer achter te laten.' Ik keek haar aan, of ze gekwetst zou zijn, maar ze glimlachte alleen maar. 'Ik begrijp het Clary, echt. En als je weer daar wil wonen, zal ik dat begrijpen...' 'Ho, wacht even. Je denkt toch niet dat jou ooit achter zou laten, hè.' De verbaasde blik op haar gezicht maakte me aan het lachen. 'Ik ben ook echt een sul,' zei ze en ik moest nog harder lachen. 'Wat bedoel je dan,' vroeg ze eenmaal weer terug op aarde. 'Ik bedoelde,' begon ik. 'Ik ben bang dat als ik ze weer moet achterlaten, ik weer in diezelfde persoon verander als drie jaar geleden en dat wil ik niet.' Ik liet me op het bed vallen. Mila ging naast me liggen. We lagen allebei op onze rug met ons gezicht naar het plafond starend. 'Weet je, ik kan me het moment nog goed herinneren hoe je er aan toe was toen je hier voor het eerst kwam. Ik zag je voor het eerst met tranen in je ogen, maar ik hoorde de vastberadenheid in je stem. Ik was nieuwsgierig en begon je een beetje te volgen in het instituut. Je trainde continu. Liam kwam zelfs een keer naar me toe en vroeg of je van een andere planeet kwam.' Ze moest lachen. 'Langzaam leerde ik je kennen, ik werd je vriendin en ik wist dat ik nog nooit zo'n sterk iemand had ontmoet.' Ik keek haar nu aan. 'Je kan dit Clary. Jij bent Clary Fray en je kan dit. Misschien doe je het zelf niet, maar ik geloof in je. Drie jaar geleden was je op je dieptepunt beland en ik weet zeker dat je, na alles wat je hebt meegemaakt, je daar nooit meer zal terugkeren. En zelfs als het gebeurt, zal ik jou daar uittrekken.' Ik was even stil. 'Wauw Mila,' zei ik. 'Jij bent echt de beste, beste vriendin die ik me kan wensen!' Ik gaf haar een knuffel.  'Dat weet ik toch,' zei ze en we moesten beiden lachen. We gingen weer overeind zitten. 'Ben je klaar om weer naar de anderen te gaan?' vroeg Mila, 'want volgens mij was Liam best wel ongerust toen je ineens wegrende.' Ze speelde even met haar vingers op het bed en keek weer op naar mij met een glimlach. 'Wat?' Ze bleef glimlachen en ik begon haar suggestie te begrijpen. 'Nee, echt niet!' zei ik luid terwijl ik een kussen naar haar wierp. 'O, kom op Clary. Zie je niet hoe hij altijd naar je kijkt? En bovendien, hij was net echt heel ongerust.' 'Ja, duh. Hij kent mijn verhaal toch niet. Hij weet niet eens dat ik in New York woonde voordat ik hier kwam.' 'Ja tuurlijk Clary, geloof maar wat je wil als het beter voelt,' zei ze. Ik begon te blozen. 'Gingen we trouwens niet terug naar de anderen?' vroeg ik. 'Ja, dat gingen we, kom je. Dan kunnen we terug naar mijn ouders en die twee kleine en Liam.' Ik gooide weer een kussen naar haar en ze lachte. 'Oké, nu gaan we echt, belooft!' Ik stond op, stak mijn hand voor haar uit en we liepen samen de deur uit.

A/N  Zo, hier is hij dan eindelijk. Het spijt me echt heel erg dat ik al zo lang had gepost. Mijn excuses staan iets uitgebreider in mijn vorige post. Ik hoop dat jullie dit hoofdstuk leuk vonden en dat jullie nu Mila een beetje beter hebben leren kennen. Ik hoop dat ik snel weer kan posten! Doei!

Home ~een The Mortal Instruments fanficWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu