Hoofdstuk 8

338 15 2
                                    


Jace' POV

We hebben net te horen gekregen dat het niet lang meer zal duren voordat de schaduwjagers van het instituut van Detroit arriveren. En, eigenlijk ben ik best bang voor ze. Niet bang als in: ik wil ze nooit tegenkomen in mijn leven. Meer bang als in: wat als ze beter zijn dan mij. Ik bedoel, ik ben altijd de beste schaduwjager geweest om de mensen heen die ik ken en de mensen die mij kennen. Nu zou het wel eens anders kunnen zijn.

Ik ga door met de kamers schoonmaken. Wie wist dat er zoveel stof in één kamer kon liggen. Ik niet in ieder geval. Zo lachte ik mijn onzekerheid een beetje weg, maar ik wist dat het eigenlijk niet werkte.

Na de hel die schoonmaken is, afgerond te hebben, stonden we met zijn allen te wachten in de hal voor de deur van het instituut. 'Hoe lang duurt het nog?' vroeg Aline voor de zoveelste keer. 'Hou toch je kop,' zei Izzy chagrijnig. Ik nam haar niets kwalijk, ik begon me ook te irriteren. Toen voelde ik het. Er had zich een portaal geopend. 'Jace, Aline, Alec, gaan jullie onze gasten even verwelkomen buiten. Isabelle, blijf even hier.' Ik moest glimlachen toen ik Izzy's geërgerde blik zag. Daarna liep ik achter Aline en Alec naar buiten. Een paar meter van het instituut stond een groep mensen te wachten. Ik zag vooraan een volwassen man en vrouw staan, waarschijnlijk de leiders van het instituut, met twee jonge kinderen bij zich. Achter hen zag ik met hun ruggen naar ons toe nog drie mensen staan: twee meisjes en één jongen. Ze stonden met elkaar te praten en af en toe elkaar wat plagerige duwen te geven.

Alec stapte na een tijdje als oudste van ons naar voren. Hij schraapte zijn keel. Niemand van de groep keek nog op. 'Hallo,' zei hij met een luide stem. De groep begon zich op ons te focussen en we konden iedereen nu goed zien, alhoewel één van de twee meisjes nog een beetje achter de jongen verscholen stond. Ze had donkerrood haar. 'Ik ben Alec Lightwood en dit zijn Aline Penhallow en Jace Herondale,' zei hij terwijl hij naar ons wees. 'Welkom in het instituut van  New York.' Het was even stil, maar toen begon de oudere jongen die achteraan stond, te praten. 'Dus dit is Jace,' zei hij. Ik was verbaasd. Hoe wist hij wie ik was? 'Als ik eerlijk ben had ik toch iets beters van hem verwacht hoor,' zei hij. Wat! Waar sloeg dit op. 'O kom op Liam,' zei het meisje dat nog achter de jongen stond. Haar stem kwam me bekend voor, maar ik kon het nog niet plaatsen.'Ik had nog een zwakke geest drie jaar geleden.' 'Moet ik iets doen,' vroeg de jongen die blijkbaar Liam heette. 'Nee hoor, ik kan dit wel.' En toen stapte het meisje voor de jongen en konden we allemaal zien wie het was. 'Clary?' zei Alec als eerste. Mijn spraakvermogen was even weg en ik kon alleen maar naar haar kijken. Ze zag er zo mooi uit. Ze was volwassener geworden en je kon de spieren onder haar shirt zien. Dus daar was ze drie jaar geleden naartoe gegaan. Naar Detroit. Een slimme keuze, als ik er over nadacht. Daar hadden we haar nooit verwacht. Maar met al deze gedachten in mijn hoofd was verbazing nog steeds de grootste.

'Doe je mond maar dicht jongen,' zei Liam hard en toen ik besefte dat ik ook echt mijn mond open had deed ik hem dicht. 'Ja Alec,' zei Clary. 'Ik heb je gemist,' zei ze. 'Ik jou ook,' zei Alec vol opwinding. En toen deed hij iets wat ik niet van hem verwacht had. Hij liep naar voren, naar Clary toe en omhelsde haar. Toen Clary de omhelzing verbrak moest ze lachen. O wat had ik die lach gemist. 'Waar is die Alec gebleven die mij niet uit kon staan?' vroeg ze nog steeds lachend. 'O die is al een hele tijd weg.' Ik had hem  in tijden niet zo blij gezien. Alleen soms met Magnus. Ik besefte dat hij Clary natuurlijk ook erg had gemist. Clary had me nog geen een keer aangekeken in deze hele tijd, maar ja, kon ik het haar kwalijk nemen. Nee. Ook verbaasde het me dat Aline nog niets had gezegd. Ze stond maar naast me en zei niets. 'Ik wil deze mooie reünie niet verbreken,' zei één van de leiders van het instituut, zich richtend op Alec en Clary die nog steeds met elkaar aan het praten waren, 'maar ik denk dat het tijd wordt om naar binnen te gaan.' Liam kwam naar Clary toe en sloeg een arm om haar heen. Ik slikte. Hadden ze iets samen? 'Ja kom op Clare,' zei hij. Clary glimlachte naar hem. 'Ja!' zei ze en we liepen met zijn allen naar het instituut. En toen deed ik iets wat ik niet kon laten...


A/N Heey iedereen. Hier is een nieuw hoofdstuk. Ik hoop dat jullie het leuk vinden. Misschien was het een beetje chaotisch. En als jullie je afvragen waar de Clary is gebleven waar de anderen bang voor moeten zijn. Ik beloof jullie, die zal je snel zien ; )

Home ~een The Mortal Instruments fanficWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu