○16○

164 13 0
                                    

Al snel val ik bijna inslaap. Bijna. Opeens komt Jazlin binnen rennen. 'Layenna is weg!'

<><><><><><><>

POV Layenna

Ik sluip rond in het hoge gras. Mijn kop en staart laag. Ik sluip op een dorpje af. Mijn maag knort. De gazelles en zebra's zijn slim geweest en hebben de grasvlakte verlaten. Maar nu heb ik dus geen eten meer. Mijn fel groene ogen vallen op een paar jagers die terug komen met een een groot stuk vlees. Alleen geven ze het gewoon aan andere leeuwen! Ik grom bij het zien ervan. Ik sluip dichterbij. Als ik vlakbij de ingang ben stop ik. Het begint te schemeren, dus wacht ik tot het donker is.
Als het zo ver is, sluip ik weer naar de ingang. Er branden geen lichten meer. Ik volg de geur van het vlees. Voor de hut waar de geur vandaan komt, staan wachters. Ik sluip op de ze af. Vlak voor ze stop ik. 'Wat doet een dorpeling nog hierzo? Kom, scheer je weg!' Roept een man boos. Ik grom kwaad. 'Weg zei ik!' Roept hij en richt zijn speer naar me. Ik grom nog harder en haal uit. De man zakt door zijn bloedende been. Ik maak gebruik van de situatie en ren de hut in. Ik pak het vlees en ren weer naar buiten. Helaas staan er al een paar wachters. Ik grom kwaad naar ze. Ze wijzen hun speren naar mij. Ze willen net in de aanval gaan als er een andere leeuw voor me springt. "Hij is niet lelijk." Nee nee nee! Hoofd erbij houden! Zeg ik tegen mezelf. "Ga! Ik hou ze tegen!" Roept hij naar me. Ik knik dankbaar en ren weg.
Ik spring over de muur met het vlees nog in mijn mond. Helaas blijft het hangen achter 1 van de punten. "Dan maar geen eten." Zucht ik en ren verder.

*anderhalf uur later*

Ik stop met rennen. Ik klim de rotsen op. Eemaal boven zie ik een poeltje water. Ik ga gelijk wat drinken. Daarna plof ik neer onder een stuk overhangende rots. Ik ben uitgeput door het tekort aan voedsel en de moeite die ik vanavond heb gedaan is ook niet positief beloond...
Ik sluit even mijn ogen. Al snel hoor ik iemand aankomen. Ik begin gelijk te grommen. "Rustig maar, ik ben het." Zegt de donkere leeuw als hij op het platte gedilte komt. Ik stop met grommen. Hij gooit het stuk vlees naar me toe. Ik kijk hem verbaast aan. "Je had het laten vallen." Zegt hij en gaat ook liggen. "Waarom help je me? Moet je zelf niet jagen met je groep?" Vraag ik hem terwijl ik het vlees uit elkaar scheur. "Herken je me niet meer dan?" Vraagt hij bezorgt. Ik schud mijn kop. Hij kijkt me verdrietig aan. Hij komt voorzichtig wat dichterbij. Ik hou hem goed in de gaten. "Herken je me echt niet meer? Ik beb het. Sandro!" Probeert hij tot me door te dringen.
Er schiet een kleine schok door mijn kop heen. Maar ik laat het niet merken. Hij loopt weg. Al snel komt er een niet al te oud mens aanlopen. Hij loopt op me af. Ik begin dreigent te grommen. 'Rustig maar. Ik ben het. Sandro.' Zegt hij rustig. Ik kijk hem vragent aan. "Sandro?" Hij knikt.
"Hoe doe je dat?" Vraag ik. "Kan ik dat ook?" 'Tuurlijk! Denk gewoon maar aan jezelf als mens.' Zegt hij en lacht naar me. Ik sluit mijn ogen en denk aan mezelf als mensen meisje. Ik voel mijn botten verplaatsen. Ik open mijn ogen na alles en zie dat ik op handen en knieën zit. Ik sta langzaam op. Ik wankel een beetje als ik op mijn achter 'poten' sta. Mensen noemen ze benen. Ik loop wankel. Het gaat nog best goed ook. Ik loop op Sandro af en sla mijn 'voorpoten' ook wel armen, om hem heen. 'Mauw? Grauw?' Vraag ik. 'Je kan gewoon praten hoor. Net als leeuw. Alleen dan hardop.' Zegt hij.
'Z-zo?' Vraag ik. Hij knikt. 'Het is gelukt! Echt gelukt!' Zeg ik blij. 'Layenna?' 'Hmm?' 'Je, ehmm. Heb geen kleding aan.' Zegt hij. Ik voel mijn hoofd gloeien. Ik maak me gelijk zo klein mogelijk. Ik trek mijn knieën op, en sla mijn armen bescherment om me heen. 'Hier. Hier zitten kleren in voor je.' Zegt hij en gooit een tas naar me. 'Draai je om.' Comandeer ik hem. Hij slaat zijn armen over elkaar en draait zich om. Ik kleed me snel aan. Het is een wit jurkje met een witte haarband. Media
'Klaar?' Vraagt hij. 'Ja.' Zeg ik. Sandro draait zich om. 'Wouw.' Is het enige wat hij zegt. Ik voel mijn wangen weer rood worden. 'Kom, dan gaan we wandelen.' Zegt hij en steekt zijn hand uit. Ik pak hem twijfelent aan. We springen van de rots af.

Na een tijdje lopen en gekletst te hebben komen we aan bij een dorp. Ik herken de geur van het dorp waar ik het vlees gevonden had. Ik grom.
'Wat is er?' Vraagt Sandro als ik niet meer door loop. 'Dit is het dorp waar die mensen me aanvielen.' Zeg ik gromment. 'Rustig maar. Zolang je bij mij bent hoef je je geen zorgen te maken.' Zegt hij. Hij slaat zijn arm om mijn schouder heen. We lopen het dorp in. Ik zie de wachters en grom naar ze. Ze kijken me vragent aan. Sandro trekt me wat meer tegen hem aan. 'Stil maar. Ze doen je niks. Ze herkennen je niet eens.' Zegt hij zacht. Ik knik.
'Layenna! Daar ben je eindelijk!' Hoor ik een vrouwenlijke stem achter me zetten. Ik draai me om. Er komt een meisje rond mijn leeftijd aan lopen.
'Ken ik jou?' Vraag ik haar. Ze kijkt me verbaast aan. 'Ik ben het! Jazlin!' Roept ze verdrietig. Ze kijkt Sandro aan. Hij schud zijn hoofd. 'Jazlin?' Zeg ik zacht. En schiet weer een schok door mijn hoofd. Ik grijp naar mijn hoofd. 'Gaat het?' Vraagt Sandro bezorgt. Ik knik. 'Gewoon een beetje hoofdpijn.' Zeg ik tegen hem. 'Layenna!' Roept weer een stem. Een mannelijke dit keer. Ik kijk opzij. Een jongen iets jonger dan Sandro komt aan rennen. Hij wil op mijn knuffel geven, maar Sandro gaat bescherment voor me staan. Ik kijk de jongen schuw aan. 'Layenna?' Vraagt hij. 'Herken me. Ik ben je Mate! Mex!' Roept hij. 'Wat is een Mate?' Vraag ik als ik langzaam achter Sandro vandaan. 'W-wat bedoel j-je?' Vraagt hij droevig. 'Hoezo kennen jullie mij allemaal?' Vraag ik. 'Mex' kijkt me vragent aan. Maar al snel slaat het om in een woedende blik naar Sandro.
'Wat heb je gedaan?!' Gromt hij kwaad. Ik ga voor Sandro staan en grom naar Mex. 'Laat hem met rust! Hij heeft me juist gered van dit dorp!' Grom ik en mijn nagels groeien naar die van een leeuw. Mex legt voorzichtig zijn hand op mijn arm. Ik voel gekke tintelingen en trek mijn arm terug.
'Ik weet dat je het voelde.' Zegt hij zacht. Er schiet een schok door mijn hoofd. 'Mex? Mate?' Zeg ik zacht. Mex knikt. Er komt weer een schok. Alleen deze is pijnlijker. Er volgen er steeds meer. Ik klem mijn handen om mijn hoofd. Mijn nagels prikken in mijn hoofd, maar dat boeit me niet. 'Laat het stoppen!' Roep ik bang. Iedereen kijkt me vragent en bezorgt aan. 'Alsjeblieft! Laat het stoppen!' Roep ik. De hoofdpijn wordt zo erg dat ik begin te hyperfentileren. De sterrentjes dansen voor mijn ogen. 'Layenna? Layenna! Adem rustig in, en rustig uit! Haal alsjeblieft je nagels uit je hoofd, je doet jezelf nog pijn!' Roept Sandro bezorgt. Maar mijn ademhaling wil niet kalmeren. Al snel worden de sterrentjes vlekken. Het laatste wat ik zie, is Sandro die me opvangt...

Ik open mijn ogen, ik lig in een wit bed. "Wat doe ik hier? " Denk ik bij mezelf. Ik kijk naar mijn kleding. "Hoe kom ik aan dit jurkje? "

Was het een droom of niet?
Wat denken jullie?
Bye people ♡☆♡☆♡☆♡
_XRobijntjeX_
Ps, ik heb weer een langer hoofdstuk! Ongveer 1320 woorden :)
Niet omdat het moet, maar omdat het kan ;p

The lonely White LionWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu