H15: Wiebelkonten en roze kapsels

3.7K 278 55
                                    

Die morgen leek de wereld op z'n kop te staan. Mijn moeder zat stilletjes in de woonkamer, was niet gedoucht en werd geteisterd door wild overeind staande haren.

Ik leek meer op mijn moeder dan ik wilde toegeven. De krullen, die ze altijd dood stijlde, waren exact die van mij.

Ze keek wat suffig uit haar ogen, terwijl ik haar op de hoogte stelde over de gang van zaken.

'Kunnen jullie echt niet langer blijven?' Ze keek me aan met droevige puppy oogjes. Ze had haar trillende handen in elkaar gevouwen en zat kaarsrecht in haar stoel. Vlak voor ze binnen was gekomen, had ze haar bloemetjesbadjas omgeslagen.

'Lucas' zusje ligt in het ziekenhuis en Louise doet ons wat als hij niet komt. Ik moet met hem mee, mam. Als het even lukt, kom ik volgend weekend weer.'

'Beloof je dat?' Haar onderlip trilde.

'Tuurlijk. Ik kom volgende week.'

Mijn moeder spreidde haar armen en na een kleine twijfeling drukte ik me tegen haar aan. Ze klemde me stevig tegen zich aan. Ondanks dat het fijn was, voelde het een beetje raar. Ik was geen knuffelende moeder gewend.

Ik had nooit gedacht dat ik het zo vervelend zo vinden om mijn moeder achter te laten. Haar Cruella gedrag leek voor het moment even begraven te zijn.

Misschien was haar midlife crisis wel over.

'Ben je klaar?' vroeg Lucas. Ik knikte van ja. 'Oké dan. De bus is er over een minuut of tien. Met een beetje geluk zijn we er over een uurtje of vijf.'

'Fijn,' zei ik op m'n meest sarcastische toon. Het vooruitzicht om de helft van de dag in een trein te zitten vond ik niet erg bevredigend.

Ik probeerde voor de laatste keer mijn haar te fatsoeneren en controleerde vlug mijn spullen. Mijn pruik lag onderop in een speciale box. Als ik die vergat, had ik pas echt een probleem.

Mijn moeder was opgestaan en kon het niet laten om een ontevreden blik op mijn joggingbroek te werpen. Ik trok mijn mondhoeken op.

'Im, lieverd, ik weet dat je via Amsterdam gaat, maar dat betekent nog niet dat je er zo verschrikkelijk ordinair uit hoeft te zien. Als je vlug bent, kun je nog wel even een driekwart broek aantrekken.'

'Mam,' zei ik, duidelijk articulerend, 'dit zit lekker.' Mijn moeder begon weer te frunniken met haar vingers. Ik begreep even niets meer van dat mens. Het ene moment leek ze normaal en het volgende moment was ze zichzelf weer. 'Ik zie je volgende week.'

'Nou, goed dan,' zei ze met samengeknepen lippen.

'Tot ziens, mevrouw van Vliet. Het spijt me dat we nu alweer weg moeten. Het was erg gezellig.'

'Het is niet erg, lieverd. Wens je zusje heel veel beterschap en let een beetje op mijn dochter.'

'Mám.' Ze trok zich niets van me aan.

'Imke, geef je even een belletje als jullie terug zijn?'

'Ja, tuurlijk.'

Mijn moeder zwaaide ons vanaf het balkon tot ziens. Ze probeerde te glimlachen, maar het leek niet te lukken. Er was iets met haar aan de hand, maar ik kon er mijn vinger niet op leggen.

Exact tien over negen kwam de bus aangereden. Lucas zei de chauffeur gedag, maar die had duidelijk zijn eerste kop koffie nog niet op. Met een gezicht op onweer mompelde hij dat we een plek moesten zoeken.

'Wat een chagrijn,' fluisterde Lucas.

'Tja,' zei ik, 'welkom in Nederland. Het land van haast en stress.'

De abstracte kant van liefde (✔)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu