Hoofdstuk 2.5 | Zweinsveld

182 7 3
                                    

Dit hoofstuk zal auctorieel geschreven worden, dat wil zeggen dat het uit niemands perspectief zal zijn, veel leesplezier!


Wanneer de ochtend de volgende dag aanbrak, was Elisabeth nog steeds niet in slaap kunnen vallen. Ze draaide rond in haar bed en keek af en toe op haar klok, elke seconde leek uren te duren. Na een halfuur woelen was ze het beu en besloot ze om op te staan. Ze nam een boek, deed haar mantel boven haar pyjama aan en ging stil naar buiten. Het was vijf uur dertig, dus de kans dat iemand anders al wakker was, was klein. Ze verliet de leerlingenkamer en ging naar de Grote Hal, waar ze tot het besef kwam dat er nog lang geen ontbijt was, ze zou de Huiselfen wel kunnen vragen om iets voor haar te maken, maar dan zou Hermelien vast en zeker kwaad zijn. Het was koud in het kasteel, dus ze had geen zin om binnen te blijven, ze besloot om naar het Meer te gaan. Wanneer ze op de binnenplaats kwam, had ze het meteen veel warmer. Er stond een waterig zonnetje aan de hemel en er klonk gefluit van vogels. Het was lang geleden dat ze nog zo'n rustig Zweinstein gezien had, er was geen chaos, geen gevoel van onveiligheid.

Op datzelfde moment werd ook Ginny wakker, zij daarentegen, had wel kunnen slapen. Al een paar weken had ze slechts enkele uren of zelfs helemaal niets van slaap gehad. Ze stond op en liep naar de spiegel die de meisjes vorig jaar aan de deur gehangen hadden, er zaten donkere wallen onder haar ogen en haar haren leken dof en futloos. Ze haalde er een hand doorheen maar verbeterde daarmee niets. Zuchtend liep ze naar buiten en ging ze de leerlingenkamer in, het portret stond open, vreemd. Ze liep er heen en sloot het, maar wanneer ze terug naar de zetel liep, ging het weer open. Er klonken voetstappen en net wanneer Ginny haar toverstok wou trekken en die op de indringer richten, zei de indringer: "Hoi." Verbaasd draaide ze zich om en zag Raphaël voor haar staan.

"Oh, hoi." zei ze.

Hij ging zitten. "Heb ik je laten schrikken?" ze knikte. "Sorry daarvoor. Ik had geluid gehoord dus ik besloot dat ik zou komen kijken, dan zag ik het portret open staan, dus ging ik op de gang kijken. Er was niets."

"Dan heb ik jou waarschijnlijk gehoord, want ik werd wakker door geluid en kwam kijken, dan zag ik het portret openstaan." grinnikte ze.

Hij fronstte. "Wie is er dan naar buiten gegaan? Het is nog geen zes uur en alle jongens sliepen nog."

Ginny dacht na, wanneer ze op stond, had ze gezien dat Elisabeth niet in haar bed lag. "Het kan alleen Elisabeth geweest zijn, de rest van de meisjes sliep nog." 

Raphaël glimlachte. "Dan moeten we ons geen zorgen maken, Elisabeth is verstandig." 

"Zullen we ook naar buiten gaan? Ik vind het kasteel een beetje kil. Vooral als je nadenkt over alles wat hier gebeurd is vorig jaar." zei Ginny.

Hij knikte. "Zelfs ik voel het, en ik was hier nog niet. Waar kunnen we Elisabeth vinden, denk je?" 

"Waarschijnlijk aan het Zwarte Meer." antwoordde Ginny, "Daar is ze bijna altijd."

Raphaël knikte opnieuw en ze liepen het kasteel uit.

Elisabeth was gaan zitten op een stukje gras aan de rand van het Verboden Bos, nadat ze gezien had dat het gras dichterbij het Meer gehuld was in dauwdruppeltjes. Aan de andere kant van het meer zag ze twee personen lopen, een lange jongen en een klein meisje. Ze had gehoopt om vandaag door te brengen met haar vrienden zonder te moeten denken aan Bellatrix, Voldemort en het potentiële gevaar dat Raphaël zou kunnen vormen. Nu de twee personen dichterbij kwamen, herkende ze Ginny en Raphaël. Ginny zwaaide en Elisabeth zwaaide glimlachend terug. Ondanks de chaos van de voorbije maanden waren ze nog steeds allemaal even goede vrienden.

"Ik wist niet dat je zo'n vroege vogel geworden was." zei Ginny. "Ik herinner me nog de eerste schooldag, Hermelien en ik moesten je praktisch uit je bed trekken."

A Gryffindor who's in love with a Slytherin [Dutch Harry Potter fanfiction]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu