'Let goed op jezelf, ik wil geen klachten horen en blijf uit de problemen' zegt Molly tegen Fred, George en mij. 'Wij komen nooit in de problemen' zeg ik. 'Stap nu maar op voor je de trein mist' zucht ze. Ik grinnik en geef haar een knuffel en ga dan met de tweeling in een coupé zitten. 'Kan ik erbij' vraagt ineens een jongen die gewoon naast me ploft. 'Fred Weasley' zegt George. 'George Weasley' zegt Fred waardoor ik grijnzend met mijn ogen draai. 'Audrey Turner' zeg ik. 'Leo Jordaan' zegt hij. 'En welke afdeling willen jullie worden' vraagt hij nerveus. 'Griffoendor' zeggen we alle drie vastbesloten. 'Gelukkig, ik zat daarnet bij een stelletje dat Zwadderich wou zijn, liep niet zo goed af' zegt hij waardoor we grijnzen. 'Heb je broers of zussen' vraag ik. 'Nope enig kind, jullie' vraagt hij. 'Ik heb een tweelingbroer, drie oudere broers, een jongere broer, een jongere zus en een raar kind dat in mijn huis woont' zegt Fred waardoor ik hem stamp. 'Bij mij hetzelfde' zegt George en hem geef ik ook een stamp. 'Ik ben het rare kind in hun huis' zeg ik blozend. 'Wat' zegt Leo verbaasd. 'Ik ben geadopteerd, ik weet dus niks over mijn familie' zeg ik. 'Oh, sorry' zegt hij. 'Het is oké, nu woon ik in een huis waar ik heel veel mensen kan plagen' grijns ik. 'Grappenmakers dus' lacht Leo. 'De beste' zeggen Fred en George tegelijk. 'En daarmee bedoelen ze: het beste in mijn grappen na doen' zeg ik. 'Oh, Audrey, jij bent ook zo naïf' lacht Fred.
'De wereld is wel goed' zeg ik koppig tegen de vrouw met bruin krullend haar. 'De wereld is door en door slecht. Wanneer begrijp je dat nu' zegt ze boos. 'De wereld is goed en dat zal hij ook blijven' zeg ik koppig. 'Oh, Audrey, jij bent ook zo naïf' zegt ze.
Ik steek mijn tong uit naar Fred, maar kan het beeld niet uit mijn hoofd krijgen. Wie was die vrouw? 'Ik ga me omkleden' zeg ik en dan loop ik weg, kleed me om en kom terug. 'Ik haat dit uniform nu al' zeur ik als ik de deur open doe. 'Ik moet zeggen, een rok staat je geweldig' lacht George waardoor ik hem een dodelijke blik toe werp. 'Ik vervloek je nog eens' mompel ik en ik plof op mijn plek. De rest van de rit praten we en zijn we plannen aan het bedenken. 'We zijn er' roep ik blij en ik ren de trein af. Ik let alleen niet goed op en bots tegen een berg. Ik kijk op en zie een grote man staan met zwart lang haar en een zwarte baard. 'Kijk een beetje uit hé meisje, we willen niet dat je nu al in de ziekenzaal komt' lacht hij en hij steekt zijn reusachtige hand uit die me recht helpt. 'Ik ben Hagrid' knipoogt hij. 'Audrey' stel ik mezelf voor en heel even schiet er een blik van herkenning door zijn ogen. 'Audrey, jij oen' roept George die tegen mijn achterhoofd slaagt. 'Niet zo gemeen Georgie' lach ik en ik por in zijn zij. 'Eerste jaar hier' roept de grote man ineens. 'Kom, we gaan naar Fred' lacht George en hij pakt mijn hand. 'Bye Hagrid' roep ik nog en dan sluiten we helemaal vanachter aan. 'Jij hyperactieve draak' lacht Fred die me een stoot geeft. 'En ik kan Zweinstein niet eens zien' mok ik. 'Arme jij' lacht Leo. Ik steek mijn tong uit en we volgen de groep eerste jaars naar een meer. 'Vier in een boot' roept Hagrid en wij hebben de allerlaatste boot. 'Payback' gil ik ineens en ik duw George uit de bood waardoor Fred begint met lachen. George komt boven en kijkt me boos aan, maar ik zie het plezier in zijn ogen. 'Grote Payback' roept hij ineens en dan gil ik omdat onze boot om kantelt. Ik kom boven en begin met lachen. Ik zwem naar Fred, hij is het dichtste, en ga op hem hangen. 'Audrey' lacht hij als hij terug boven komt. 'Jongens, de andere zijn al redelijk ver' zegt Leo lachend en inderdaad de andere zijn al bijna bij de oevers, en wij zijn in het midden, maar dan merk ik het kasteel pas op. 'Het is prachtig' zeg ik verbaasd en doen voel ik ineens iets reusachtig langs mijn been. 'Jongens, dit is niet grappig' zeg ik bang. 'Wat' vragen ze alle drie tegelijk. 'Dat ding, langs mijn been' zeg ik en dan voelt Fred het ook. 'Snel, in de boot' roept hij en we duwen de boot gewoon, die wel een beetje vol met water zit. Fred en George zijn er als eerste in en dan Leo, op het moment dat ik er in wil, word ik aan mijn been naar beneden getrokken. Ik begin te shotten met mijn benen en na een minuut laat het me los en zwem ik op mijn snelste naar beneden. Ik kom buiten adem boven en Fred en George trekken me meteen in de boot. Ik lig te hijgen in de boot en de rest kijkt me bezorgt aan. 'Waarom houden ze hier monsters' roep ik verbaasd waardoor de tweeling lacht en Leo me nog steeds bezorgt aankijkt. 'Dat ding ging me echt vermoorden' zeg ik en dan komen wij ook aan bij de rand. Ik zie nog net de lichtjes van de groep en we rennen er achter aan. 'Ik ga nooit meer dat meer in' zeg ik vastbesloten. 'Kom op Audrey, een beetje zwemmen met de monsters' lacht Fred waardoor ik hem duw, en hij me terug duwt en we zo een klein duw gevecht beginnen. 'Jongens, we zijn al laat' zegt Leo. 'Oh ja, juist' zeg ik en we rennen verder, in de gangen zien we wel niemand. 'Volgens mij moeten we daar zijn' zeg ik en ik wijs op de grote deuren. 'Waarom denk je dat Audrey' vraagt George. 'Omdat de deuren net dicht gingen, jij dommerd' zegt Fred in mijn plaats. 'Als mam hoort dat we meteen te laat zijn, sterven we' zegt George als we met vier recht voor de deur staan. 'Ach ja, ze vermoord ons toch al zeg ik en ik duw de deur open en iedereen kijkt naar ons, op dat moment zit er net iemand om de kruk. Ik kijk naar de Griffoendor tafel en zie Charlie en Percy hun hoofd schudden. 'Sorry dat we te laat zijn' zeg ik. 'We hadden wat problemen met het bootje' vult Fred me aan. 'Of de mensen er in' fluistert George die naar mij kijkt. 'Ga er snel bij staan' zegt een man met een lange baard, ik denk professor Perkamentus. We lopen naar de groep eerste jaars en dan pas heb ik door dat we heel spoor nat achterlaten. 'Fred Weasley' roept een vrouw en Fred loopt naar voor en gaat op de kruk zitten. Hij krijgt de hoed op die na tien seconde 'Griffoendor' roept, daarna is George en bij hem gebeurt exact hetzelfde. 'Leo Jordaan' zegt ze dan en Leo gaat naar voor. Hij krijgt ook de hoed op en die roept bijna direct 'Griffoendor'. Ondertussen ben ik de enige die er nog staat en wordt mijn naam geroepen. Ik ga op de kruk zitten en kijk naar Fred en George. Ik voel de hoed op mijn hoofd en die begint meteen te praten. 'Hmmmmm, dapper, heel dapper, zou perfect zijn voor Griffoendor. Maar Zwadderich is ook zeker goed, Zwadderich zal je groot maken' zegt hij. 'Alsjeblieft Griffoendor' smeek ik zacht. 'Weet je het zeker? Zwadderich maakt je groots' zegt de hoed nadenkend. 'Alsjeblieft' smeek ik nog eens. 'Oké, ik weet het. Griffoendor' roept hij en ik zucht opgelucht en loop dan naar de tafel die aan het juichen is en plof over Fred, naast Leo. Het eten is begonnen en ik ben mezelf goed aan het vol proppen. 'Hoe komen jullie zo nat' zegt Charlie die met Percy naast ons staat. 'Bootje op water, water nat, wij in bootje, wij niet meer in bootje' zeg ik. 'Dit is serieus Audrey, weet je hoe beschamend het is' zegt Percy. 'Ik wil een uitleg' zegt Charlie. 'Weet je dat er een monsters zitten in dat meer. Jullie waren me bijna kwijt' zeg ik. 'Ja, ze moet nog bekomen van haar bijna dood ervaring, heb een beetje respect' zegt George. 'Zo heeft mam jullie niet opgevoed' zegt Fred hoofdschuddend. 'Uitleg, nu' beveelt Percy. 'We zijn uit de boot gevallen' zegt George. 'Zo ineens' vraagt Charlie. 'Ja' zeggen we alle drie tegelijk. 'Ik geloof er niks van' zegt Percy. 'Zou ik ook niet doen' zegt George. De twee zuchten en gaan terug zitten. 'Percy mag wel een toontje lager zingen. Charlie is klassenoudste, die krijgt het moeilijk genoeg' zucht ik. 'Ja, anders stellen wie dat ene uit en gaan we eerst voor het andere' fluistert Fred. 'Deal'zeggen George en ik tegelijk. 'Ik wil ook kunnen volgen' zegt Leo. 'We leggen het je straks wel uit' lacht George en zo begint ons eerste jaar op Zweinstein.
JE LEEST
Don't let go
FanficIk ben Audrey. Ik ben de enige persoon in mijn huis dat geen ros haar heeft, ik ben ook de enige dat geen familie is. Ik ben Audrey en ik leef bij de Weasley's, ik ben even oud als Fred en George, al pesten ze me graag dat ze meer als een halfjaar o...