Don't let go

26

De volgende dag doet Fred zoals hij altijd doet, mij negeren of bot reageren. Waarom zijn jongens zo ingewikkeld? We zitten in de grote zaal en ik prik eigenlijk gewoon wat in mijn ei. 'Het is de bedoeling dat je het eten' zegt Angelique die mee aanstoot waardoor ik schrik. 'Oh ja, lekker' zeg ik afwezig en ik stop een hap in mijn mond. Ik ben de enige van Griffoendor dat nog in toverdranken zit, wat echt vreemd is. 'Audrey' zegt een zachte verlegen stem achter me waardoor ik me omdraai. 'Astrid, je oog ziet er niet uit' zeg ik waardoor ze me boos aankijkt. 'Kom je mee naar toverdranken' vraagt ze en ik knik. 'Zie jullie bij verweer tegen de zwarte kunsten' zeg ik en we lopen door de gangen. 'Ben je gisteren in je leerlingenkamer geraakt' vraag ik. 'Ja, gelukkig. Dank je' zegt ze glimlachend. 'Geen dank, ik moest toch nog wat dingen doen' grijns ik. 'Wat bedoel je' vraagt ze bang. 'Wacht maar' grijns ik en we lopen naar de kerkers. We lopen het lokaal in dat onder de smurrie zit en in het midden staat een woedende Snape. 'Wat is hier gebeurt' vraagt Astrid verbaasd en ik kijk ook nep verbaasd. 'Jij' zegt Snape en hij wijst naar mij. 'Ik heb niks gedaan' zeg ik meteen. 'Kan je dat bewijzen' gromt hij. 'Kan jij bewijzen dat ik het wel heb gedaan' zeg ik brutaal. 'Even lomp en arrogant als je vader' zegt hij waardoor ik heb met gespleten ogen aankijk. 'Jij weet niks over mijn vader' zeg ik boos. 'Jou vader was een klootzak' zegt hij boos. Ik pak woedend mijn staf en richt die op een ketel waar al wat in zit. 'Mijn vader heeft zich te minsten kunnen voortplanten' zeg ik. 'Ja, maar er kwam ook niks goed uit' zegt hij. 'Bombarda' zeg ik en de ketel met het drankje ontploft en Astrid gilt geschrokken. 'Audrey' zegt ze verbaasd. 'Leer eerst eens iets over hygiëne voor je je bemoeit met andere zaken' zeg ik. 'Naar Perkamentus. NU!' roept hij boos en ik draai me om en loop door de gangen. Perkamentus komt net naar beneden en kijkt me aan. 'Het heeft nog lang geduurd, Audrey. Waar zijn je partners' vraagt hij en ik volg hem naar binnen. 'Ik was het alleen deze keer' zeg ik en ik ga op de stoel zitten. 'Wat heb je gedaan' vraagt hij en hij gaat op zijn stoel zitten. 'Snape verdenkt me van het ontploffen of wat het ook was van zijn lokaal, ik heb een ketel echt laten ontploffen en ik heb Snape beledigt' som ik op. 'En waarom' vraagt hij. 'Waarom ik u dit eerlijk zeg of waarom ik het heb gedaan' vraag ik. 'Waarom je het hebt gedaan' zegt Perkamentus glimlachend. 'Hij beledigde mijn vader. Wacht, hoe wist hij van mijn vader? Ach ja, doet er niet toe. Hij beledigde dus mijn vader en daarna mij ook en niemand beledigt mijn familie, behalve mijn moeder. En dus werd ik boos en verloor een beetje de controle' zeg ik. 'Audrey' zucht Perkamentus. 'Meneer, u mag mij beledigen wat u wilt, u mag alles over me zeggen, maar als je mijn familie of vrienden iets aandoet, dan heb je een probleem. Ik kom alleen op voor mensen en ik snap niet waarom ik dan gestraft moet worden! Hij ging te ver en ik ging ook te ver, dat weet ik. Maar als leerkracht beledig je geen ouders en ook een leerlingen' zeg ik. 'Ik zal het er over hebben met professor Snape, ga nu maar naar je les' zucht hij. Ik knik en wandel naar het lokaal en open de deur. 'Ja, ik ben terug, nee ik heb geen straf' zeg ik en ik plof naast Astrid. Snape mompelt wat en dan beginnen we met het drankje, dat bij Astrid en mij gewoon perfect is. 'Vijf punten voor Griffoendor en Ravenklauw' zegt hij met tegenzin. Na de les lopen we met twee door de gangen al pratend en ik vertel, op fluistertoon, wat er vannacht is gebeurt. 'Dus hij deed normaal tegen je' vraagt Astrid. 'Ja en dan werden we wakker en was het terug negeren' zeg ik zuchtend. 'Dus je gaat naar de verboden afdeling' vraagt ze deze keer. 'Ja, ik doe het vaker' zeg ik. 'Mag ik mee' grijnst ze. 'Waarom, dan kan je in de problemen komen' zeg ik. 'Weet ik, maar ik wil mee' zeurt ze. 'Jij staat gewoon op de uitkijk' zucht ik dan waardoor ze in haar handen klapt. We lopen het lokaal in en iedereen zit al. 'Sorry professor Dolleman, het opruimen bij toverdranken liep uit' excuseert Astrid ons. 'Zitten' roept hij, of zegt hij, zijn stem is luid. We ploffen naast elkaar helemaal vanachter. 'Die man maakt me bang' zeg ik. 'Weet ik' lacht George die zich naar me omdraait. 'Serieus, ik heb nog liever Krinkel dan hem' zeg ik zacht. 'Die heeft je toch bijna vermoord' vraagt Alicia die zich ook omdraait. 'En dan. Ik word elk jaar bijna vermoord' zeg ik. 'Oh en je moest Snape zijn gezicht zien toen ik het lokaal in kwam' grinnik ik waardoor George ook grijns. 'Hij wist meteen dat ik erachter zat, al kon hij wel niks bewijzen' zeg ik. 'En toen heb je een ketel opgeblazen' zegt Astrid. 'Hij vroeg erom' mompel ik. 'Stilte' brult Dolleman en ik open snel mijn boek dat nog steeds gesloten voor mijn neus lag. Na een vermoeiende schooldag sluipen Astrid en ik de bibliotheek ik en kijk ik haar serieus aan. 'Je kan nog terugtrekken' zeg ik maar ze schud haar hoofd, pakt een boek en ploft aan een tafel neer. Ik open langzaam de deur en sluip de verboden afdeling in, Fred, George en ik hebben de sleutel nagemaakt. Ik loop door wat rijen en vind dan het boek dat ik zocht, ik had het ooit eerder gezien en gelezen, maar dat was in mijn tweede jaar en ben ik nu al totaal vergeten. Ik sluip terug, sluit alles af en plof over Astrid terwijl ik het boek tussen mijn andere boek stop. 'Heb je het' vraagt ze en ik knik grijnzend. 'Aha, kleine Astrid' zegt een stem achter me ineens. Astrid haar gezicht wordt bleek en ik kijk achter me en zie Nathan staan. 'Ah, Nathan. Kan je ophoepelen' vraag ik. 'Ah, Audrey durf je terug zegen een Zwadderaar te praten' vraagt hij. 'Wat ik me eerder afvraag is hoe jij het in je hoofd haalt om mijn beste vriendin wat aan te doen' zeg ik kil. 'Oh, dus je hebt je mond voorbijgepraat' zegt hij boos tegen Astrid en dan sta ik recht, pak zijn hand en duw zijn pols tussen zijn schouderbladen. 'Ik heb geen magie nodig om je op de grond te krijgen, dus de volgende keer zou ik nadenken voor je weer beslist iemand in elkaar te slaan' sis ik in zijn oor en ik laat hem los. 'Kom Astrid' zeg ik en we lopen door de gangen. 'Ik zie je morgen' zegt Astrid en ze loopt naar haar leerlingenkamer en ik naar de mijne. Ik ren de trap op en gooi de deur van de jongensslaapzaal open waar Leo, Fred en George zitten. 'Ik heb het' zeg ik en ik plof naast George op bed, vroeger zou ik naast Fred zijn gaan zitten. 'Wat heb je' vraagt Leo verward. 'Het boek. Oh ja, je was er niet bij' zeg ik. 'Ben jij in het midden van de dag ingebroken op de verboden afdeling' vraagt George verbaasd. 'Met hulp van Astrid, ze stond op de uitkijk' zeg ik en ik blader en laat ze de pagina zien. 'Dat is niet zo moeilijk' zegt George verbaasd. 'Wacht, maken jullie een eigen spreuk' vraagt Leo. 'Ja, Flippedieflopflop' zegt Fred trots. 'Een fop-spreuk. Dat de persoon gewoon allemaal gekke dingen geeft, maar zelf weet je nooit wat het is' zegt George. 'Een snor, een rode neus, grote oren, roos haar, noem maar op' zeg ik. 'En boem, lachen' zegt Fred. 'Ik doe mee' zegt Leo en zo beginnen we met werken aan onze spreuk, we werken de hele nacht door en gelukkig is het de volgende dag weekend want in de ochtend zijn we pas klaar. 'Leo, blijven staan' zeg ik en ik richt mijn staf op hem. 'Waarom moet ik proefpersoon zijn' vraagt Leo. 'Jij bent verloren bij blad, steen, schaar' zegt Fred. 'Flippedieflopflop' roep ik en ik zwaai met mijn staf. Leo krijgt blauwe oogschaduw en een grote roze snor waardoor we lachen. 'Het lijkt dus te werken' grijnst Fred. 'Het duurt 2 uur voor het uitwerkt' zegt George. 'Wat, maar ik heb honger' zeurt Leo. 'Ik sluip wel naar de keuken' zeg ik en ik begin met wandelen. 'Hoi hoi' roep ik terwijl ik in de keuken kom. 'miss Audrey' zegt Winky. 'Winky, mag ik wat eten. Ik heb het ontbijt gemist' zeg ik vriendelijk. 'Komt eraan, miss Audrey' zegt ze en na vijf minuten krijg ik wat eten. 'Dank je Winky' zeg ik en ik loop weer naar de kamer. 'Hier is eten' zeg ik en ik geef het aan iedereen. 'George, ga je mee huiswerk maken, je had het beloofd' zeg ik. 'Best, Fred, ga je mee' vraagt George. 'Nee, ik wil jullie tijd samen niet verpesten' zegt hij zuur. 'Zuurpruim' mompel ik en ik pak George zijn pols en trek hem mee. Ik loop naar mijn slaapzaal, pak al mijn boeken en loop dan samen met George naar de bib waar we de rest van het weekend huiswerk maken en wat klieren.