Hoofdstuk 14

391 24 5
                                    

Omdat zoveel van jullie erom vroegen... (why in devilsname?) Hier is een nieuw hoofdstuk van Melissa!

Jeej 

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------

                                                                    Melissa

Er is weinig veranderd in mijn kamer. Mijn altijd rommelige bed is opgeruimd en opgemaakt, maar voor de rest is alles nog hetzelfde. Zoals ik het me herinner.

Ik pak een stapel schone kleren uit de kast. Een spijkerbroek met dat nette truitje dat ik nooit draag. Sinds mijn tijd bij Christiaan verkies ik chic boven casual. Ik weet niet of ik daar nou zo blij mee moet zijn.

Ik laat het bak vollopen. Ondertussen maak ik beneden wat te eten voor me klaar, yoghurt met fruit en cornflakes. Mijn telefoon vind ik op het dressoir in de hal. Ik had hem niet meegenomen naar het feest, omdat ik geen zakken had in mijn jurk en ik wou niet de hele tijd met een tas rondlopen. 

Het is een simpel mobieltje die ik ooit heb gekregen voor mijn verjaardag. Het enigste wat tegenvalt aan dat ding is dat hij heel snel leeg gaat. Dus ben ik gedwongen om mijn oplader mee te nemen naar de badkamer. 

Mijn moeder heeft ooit zo'n leuke plank gekocht die je op de randen van je bad laat steunen, zodat je er dingen op kan zetten. Ik zet mijn bak yoghurt erop, zodat ik mijn handen vrij heb om een boek te lezen. Normaal ben ik niet zo'n lezer, maar nogmaals, ik ben veranderd.

De zon schijnt in mijn gezicht. Mijn moeder heeft na de dood nieuwe ramen in ons huis laten zetten, ramen die bijna tot de vloer komen. Eigenlijk heeft ze heel veel aan het huis gedaan. En aan ons leven. Mijn vader was nog geen halfjaar verdwenen toen ze een nieuwe vriend kreeg. Alsof ze mijn vader uit ons leven wou bannen. 

                                                                           ???

'Ze is weer thuis. Moet ik...?' Mijn eerste luitenant staat in de deuropening. Hij kijkt twijfelachtig om me heen. Ik snap wel waardoor het komt. Iedereen is niet zo zeker door de komst van een halfengel. 

Ik knik bemoedigend. 'Ja, geef hem maar het seintje.' 

'Eh meesteres?' Ik kijk vragend op. 'Wat gaat u doen als de halfbloed er is?' 

Het liefste zou ik dat kind uit de weg ruimen, om de Duistere Engelen, maar ook de Lichte. Niemand zit te wachten op een oorlog, zeker hier niet, dichtbij de mensen. Maar dat zeg ik niet tegen Jake. 'Stuur haar hierheen. Ik handel de rest wel af.' 

Jake knikt en verdwijnt weer. Ik sta op uit mijn stoel en loop naar de andere kant van de kamer. Mijn ogen zijn in de jaren goed gewend geraakt aan het donker, dus heb ik geen extra licht nodig als ik door mijn spreukenboek blader, op zoek naar een oplossing van het probleem.

                                                             Christiaan

Het is stil zonder Melissa. Heel stil.

Ook al is ze nog maar een paar uur weg, ik mis haar. Haar lach, haar geconcentreerde blik als ze bezig is met het leren van magie. Zelfs haar felheid mis.

Volgens mijn moeder is het beter dat ze nu weg ik, zodat ze geen gevaar voor ons meer vormt. Maar daar ben ik nog niet zeker van. Voor je het weet valt ze in de handen van Bas, de leider van de Duistere Engelen. Hij zal Melissa proberen te manipuleren, ook al zal ze niet meer zo snel happen. Misschien had ik wel een goede keus gemaakt door haar hier heen te brengen. Nu kan ze zich tenminste verdedigen als ze in gevaar is.

Ons huis staat er weer, met dank aan mijn vaders status in de hemel. Maar mijn informatie over halfengelen is weg. Dat kunnen we niet meer terug halen. Nu moet ik opnieuw research moeten doen.

'Laat die obsessie van je rusten.' waarschuwt mijn moeder. Voor een mens kan ze heel goed gedachtes lezen, dat moet ik haar nageven. Ik sla geërgerd mijn armen over elkaar en loop van haar weg. 'Cornelis!'

Ze komt me achterna. 'Wat?' snauw ik. Iedereen en alles irriteert me. Ze doet haar mond open. 'Als je weer een spreek gaat afsteken, dan kan je beter je mond houden.' 

Ze knijpt haar ogen tot spleetjes. 'Dan niet.' Ze trekt mijn armen onder mijn oksels vandaan. Ik kan haar wegslaan alsof ze een zak veren is, maar ik laat het toe dat ze mijn handen in de hare neemt. 'Ze is gevaarlijk, Cornelis. Jij en zij passen niet bij elkaar.' Daar moet ik haar gelijk in geven, denk ik. 'Je hield van Claire, niet van Melissa.' Ze kijkt me indringend aan. 'Vergeet dat niet.'

'Ja, mam.' Opeens voel ik me heel jong. Mijn moeder trekt me tegen zich aan en aait me over mijn rug, mijn vleugels negerend. Ze heeft zich nooit een buitenstaander gevoeld bij ons. Ze hoefde geen vleugels en toch behandelen we haar alsof ze één van ons is. Misschien komt dat omdat ze onstervelijk is en ik als engel vleugels amper meer zie. Het is net als dat je na een tijdje niet meer niet let of iemand een neus heeft of niet. 

Als mijn moeder me los laat kijkt ze me doordringend aan voordat ze weer naar mijn vader loopt. Iets zegt me dat ik gewaarschuwt ben.

                                                    Melissa

Ik kleed me aan met de essentie dat ik naar beneden ga om mijn moeder te bellen. Hopelijk komen ze snel naar huis.

Ik zet net mijn kom in de vaatwasser als een rilling over mijn rug loopt. Ik draai me om. Niks. De woonkamer ziet er leeg uit. Voor de zekerheid loop ik de keuken uit, zodat ik de hele woonkamer goed kan zien. Buiten hippen alleen een paar vogels, op zoek naar eten.

Toch concentreer ik me heel hard. De koepels om de vogels krijgen vorm. Koele kleuren vormen de basis van hun aura. Niks bijzonders. Ik scan de ruimte op nog meer aura's, maar er is niks anders te zien. 

Opeens ben ik moe. Ik heb geen zin om mijn moeder te bellen. Dat zou toch alleen maar paniek zaaien. 

Ik loop naar me kamer en laat me op het bed vallen. Gelijk zak ik weg.

Ik ben weer onderwater. Claire's gezicht zweeft voor de mijne. Ze heeft een felle blik in haar gespikkelde ogen. Míjn ogen. 

We staren elkaar aan. Gelijk moet ik denken aan Christiaan. Zou hij ook zo zijn geweest tegen Claire, haar gebruikt hebben om zijn onderzoek te kunnen voortzetten?

Claire knikt. Heeft ze me gehoord. Weer knikt ze. Ze steekt haar hand naar me uit. Hij hield van mijn zeldzaamheid. Haar stem klinkt zoet, kinderlijk. Is de geliefde van een halfengel zeldzaam dan? Ik was Daniëls zielsverwant. Zoiets komt weinig voor. 

Nou ja, een halfengel komt ook weinig voor. Ik grijp haar hand. Hebben we in iedergeval iets gemeen.

Iets hards duwt tegen mijn borstkast. Paniekerig kijk ik om me heen. Een hand word over mijn mond gelegt voordat ik kan schreeuwen. 

Ik til mijn armen op en duw tegen de borstkast van de man boven me. Ik krijg met niet omver. Hij is niet menselijk!

O shit. Ik heb een probleem. Ik schreeuw tegen de handschoen voor mijn mond. Zijn arm wikkelt zich om mijn middel en hij tilt me op. 'Laat me los!' Schreeuw ik voordat hij me over zijn schouder tilt en door mijn slaapkamer raam springt.

----------------------------------------------------------------

Sorry voor al die personagewisselingen... Ik wist niet zoveel

EngelenkusWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu