This Is Us (Voltooid)

20

Sander begint te lachen. "Ik denk dat dat wel duidelijk is toch" zegt hij met een kwaadaardige grijns.

"En toch willen we graag dat je het verteld" zeg ik. Sander schud met zijn hoofd. "Kleine, mooie, naïeve Diana" begint hij zijn zin. Ik blijf hem emotieloos aankijken. "Wij komen terugnemen wat van ons is" zegt hij.

Lilly geeft antwoord, maar ik richt me op de persoon die naast Sander staat. Hij is breder en heeft schubben over zijn hele gezicht en lichaam. Als hij merkt dat ik hem aanstaar tilt hij zijn lip een stukje op en gromt hij naar me. Zijn bloeddorstige tanden komen tevoorschijn en zonder dat ik het wil zwem ik een stukje achteruit.

Sander merkt het. "Is kleine Diana bang?" vraagt hij. Ik werp hem een woedende blik toe. "Niet voor jou, klootzak." Als ik dat heb gezegd vliegt er een pijl rakelings langs mijn hoofd.

"Zeg dat nog is en ik zorg dat hij je wel raakt" zegt Sander. Ik zwem naar voren zodat onze neuzen elkaar bijna raken. "Klootzak" sis ik. Daarna draai ik me snel om en geef ik hem een klap met mijn staart.

"Pak haar!" schreeuwt Sander naar achter. Gelijk zwemt de hele groep op me af en ik ga sneller zwemmen.

De mensen van Mermadia komen ook in beweging. Ik heb geen tijd om te kijken wat er gebeurt, want er zitten nog zeker 5 mensen achter me aan. Of nou ja, mensen. Eerder een soort beesten, die kunnen praten. Als dat logisch is.

Ik zwem zo snel als ik kan en zwem langs een rotsblok zodat ik nu bijna naast ze zwem. Ze kijken alle 5 zoekend om zich heen.

Ik geef degene het dichts bij mij een klap. Hij zweeft bewusteloos naar de grond 3 meter onder ons. Ik stuur een waterstraal naar de 3 wezens die op me afkomen. Ze worden zeker 5 meter naar achter geduwd. Ik draai me om en geef de overgebleven persoon een klap met mijn staart. Daarna zwem ik snel naar de groep om te helpen.

Ik kijk om me heen. Mijn blik valt op Yentl die het moet opnemen tegen 3 vissen. Ze kunnen allemaal vanuit hun ogen laserstralen schieten en ze zijn pikzwart. Het ziet er angstaanjagend uit.

Ik zwem vanachter op ze af. Ik pak mijn mes en steek door een vis heen die een ijzige gil laat horen en naar beneden valt. Yentl kijkt me dankbaar aan. Ik schiet een straal op een andere vis. Hij komt naar me toe gezwommen en ik ontwijk op een haar na een laserstraal.

Ik strek mijn hand en schiet een straal recht in zijn ogen. Hij kijkt me kwaad aan en probeert zijn laserstralen. Daardoor is hij afgeleid en ik steek hem in zijn vin. De vis wil een laserstraal schieten, maar het werkt niet meer. Ik kijk naar de verwarde vis en voel een steek van medelijden.

Opeens gil ik. Ik draai me om en het puntje van mijn staart is zwart geworden. Ik gooi mijn mes op de vis af en hij doorboort het. Ondertussen heeft Yentl de vis voor me afgemaakt.

Ze geeft me een high five en ik zwem naar Jayden toe die ook wel wat hulp kan gebruiken. Hij geeft me een van zijn messen als hij ziet dat ik de mijne niet meer heb. Daarna kijkt hij bezorgd naar het uiteinde van mijn staart. "Het is niks" zeg ik tegen hem.

Ik zie vanuit mijn ooghoek een zeemeermin aankomen. Ik richt onverwacht mijn hand op hem en laat er een keiharde straal uitschieten.

Hij valt naar achter, maar herstelt zich snel weer. Hij komt in razendsnel tempo op me afgezwommen. 2 andere zeemeerminnen duiken achter hem op. Het meisje met de zwarte haren glimlacht gemeen naar me. Ik stuur een straal haar kant op en ze valt naar beneden. Karma bitch!

Ik grijns triomfantelijk als de voorste zeemeermin naar achter kijkt. Daardoor let hij niet op en ik steek mijn mes door zijn hand heen. Hij draait meteen zijn hoofd en kijkt me vuil aan.

Ik zwem een stukje naar achter en ontwijk maar net zijn klap. Daarna zwem ik onder ze door en stuur de zeemeermin achter hem een harde straal. Hij valt bewusteloos naar beneden.

Met een ruk draait de enige die nog over is zich om. Ik sta grijnzend achter hem. Ik haal naar hem uit, maar hij ontwijkt. Niet veel later vang ik een klap en ik voel bloed uit mijn neus komen. "Fuck you" zeg ik.

Daarna zwem ik naar onder en ik steek hem een stuk of 5 keer in zijn staart. Hij schreeuwt het uit. Ik ga weer voor hem staan. Hij ademt zwaar. "Doe het dan. Vermoord me" hijgt hij.

Ik kan het niet. Hij is ook gewoon een mens. Ik ben geen moordenaar. "Je durft het niet hè" hij laat een bulderende lach horen en heft zijn hand met zijn mes erin. "Dan doe ik het wel" zegt hij.

Ik zwem steeds verder achteruit totdat ik geen kant meer op kan. Shit. Ik kijk hem recht aan. Ik weiger om hier dood te gaan. "Nu is het te laat" zegt hij en hij geeft me een stroomstoot. Het word even wit voor mijn ogen en mijn hoofd bonkt als een gek. Ik zie hoe hij steeds dichterbij komt.

Ik onderdruk een gil als hij zijn mes in mijn voorhoofd zet. Het bloed druppelt eruit en ik bijt op mijn lip. Hij haalt het mes uit mijn huid en wil het in mijn nek zetten. Plotseling valt zijn hand slap naar beneden.

Ik kijk op en zie een pijl dwars door het hart van mijn belager. Ik kijk om me heen en zie Milo achter me. Ik glimlach dankbaar naar hem en zwem weg.  Ik wil me verschuilen achter een rots, maar ik word achteruit getrokken.

Ik kijk achter me. Drie keer raden wie daar staat. Sander. Ik richt mijn hand op Sander en stuur een straal recht op zijn maag. Hij klapt voorover en kreunt pijnlijk. "Bitch" mompelt hij.

Ik grijns naar hem. "Wat zei je?" Hij komt omhoog en slaat zijn staart in mijn gezicht. Ik val naar beneden. Diana, wakker blijven. Ik zie allemaal zwarte vlekken. Al snel heb ik door dat ik aan het vallen ben en ik schiet omhoog.

Boven wacht niet alleen Sander op me, maar ook 3 andere zeemeerminnen. Ik zucht. Als ik er bijna ben probeer ik de allerhardste straal te schieten. Ze vallen een stuk achteruit en kijken verbaast om zich heen. Ik zwem boven ze uit en kijk naar beneden. Ik zie Sander nergens meer.

Opeens voel ik een hand op mijn mond. Ik probeer te gillen maar het word gedempt door de hand. "Ga maar slapen" zegt Sander en hij duwt iets in mijn nek.

Ik voel mijn ogen langzaam dichtvallen. Ik probeer ze met alle kracht die ik heb open te houden. Mijn hoofd klopt pijnlijk van de snee. Het laatste wat ik hoor is Lilly die mijn naam schreeuwt.