1. Wraak

1.3K 41 6
                                    

Ik loop door het bos naar het meer. Het is koud en overal ligt sneeuw en ijs. Ik heb een nieuwe muts aan en handschoenen. Ik heb het gelukkig nooit meer koud. En mijn familie gelukkig ook niet. Alles is echt veranderd sinds de laatste spelen. We wonen in een nieuw huis en hebben het nooit meer koud. We hebben nooit meer honger. Tuurlijk ga ik nog wel jagen in het bos, ik kan de mensen in de As niet in de steek laten. Ik deel ook regelmatig eten en kleren uit. Ik zie Katniss zitten en loop naar haar toe. Katniss schiet op met een pijl in de aanslag. 'Ho ho,' roep ik snel. 'Ik ben het maar.' Ze veegt snel een traantje weg. Snel begin ik te praten, we houden allebei niet zo van lange stiltes. 'Ik zag wat kalkoenen op de heenweg,' zeg ik tegen haar. 'Zullen we gaan kijken?' Katniss knikt en loopt met haar hoofd omlaag naar het kalkoenenstuk. Ze is verdrietig, dat zie ik aan haar. Ik zou haar het liefst troosten. Ik vind het vreselijk om haar zo te zien. Ik zie de kalkoenen en Katniss en ik springen snel omlaag. De kalkoenen rennen een beetje om zich heen, ze hebben ons niet opgemerkt. Katniss houdt een pijl in aanslag. Ze blijft geconcentreerd kijken en ik kijk mee. Katniss kijkt nog een keer heel goed en schiet dan. De pijl mist, maar Katniss schiet op en begint half te hyperfentileren. Ze kijkt helemaal in paniek om zich heen en begint te gillen. 'Hé, wohow, rustig!' roep ik. Ik sla mijn arm op haar schouder. Ze trekt hem van haar af en begint nog harder te gillen. 'LOS!' gilt ze helemaal in paniek. Dan komt ze weer bij. Ze is er weer en ziet mij nu staan. 'Het was hem!' roept ze terwijl ze nog steeds onregelmatig ademd. Vragend kijk ik haar aan. 'De jongen uit 3,' snikt Katniss. Oh, hij... denk ik in mezelf. Het is in iedergeval wel duidelijk. Katniss heeft een groot trauma overgehouden aan de arena.

We lopen door de As en handelen wat spullen rond. De mensen lijden honger en ik probeer ze zo veel mogelijk te helpen. Ik kijk verdrietig om me heen. Ik haat het verdomde Capitool. Echt, ik háát ze. Ze lijden hier allemaal honger en ze doen er geen flikker aan. Ik moet me zo klaar gaan maken voor de zegetoer. Het liefst zou ik schreeuwen in de microfoon hoeveel ik die mensen haat. Maar dan loop ik alleen nog maar meer gevaar. Ik ben allang blij dat er nog niks is gebeurd. Met mij én met mijn familie. We verkopen de konijnen en eekhoorns en lopen weer naar de Winnaarswijk. Het is echt verlaten en vreselijk grauw en grijs. Overal ligt ijs. Buttercup, Prim's kat, ligt op een stenen muurtje. Ze kijkt boos naar Katniss en ik steek mijn tong uit naar het beest. Ik loop eerst langs Katniss huis. We stappen naar binnen en stampen onze laarzen uit. 'Hoi!' roepen Prim en Katniss' moeder als ze aan komen lopen. Er klopt iets niet. Ze lopen te snel en praten te paniekerig en gespannen. 'Fijn gewandeld?' vraagt Prim snel. Ik maak een spottend geluid. 'Huh, wandelen,' roep ik, maar Prim onderbreekt me. 'We hebben bezoekers,' zegt ze gespannen. Er stappen twee vredebewakers de hoek om. 'Deze kant op, miss Everdeen en mister Hawthorne,' wijzen ze naar de werkkamer. Katniss en ik lopen gespannen naar de kamer, benieuwd wie we hier zullen treffen. De deur wordt opengemaakt en de persoon die ik het meeste haat, voor wie ik het meeste vrees. Ik kijk recht in de vreselijke ogen van President Snow.

Ik hoor Katniss een shock geluidje maken en ik klop haar op haar rug. 'Wat een waar genoegen,' zegt President Snow. 'President Snow,' zeg ik tegen hem. 'Wat een verrassing en wat leuk om u weer te zien.' Het sarcasme spat ervan af. 'Laten we beginnen door niet tegen elkaar te liegen, nietwaar?' zegt President Snow een beetje geïriteerd. 'Ga zitten.' Katniss en ik nemen plaats op de stoel. 'Kijk, ik heb een probleem,' begint Snow. 'Er zijn opstanden in de districten. Die zijn begonnen toen jíj die bessen in de arena tevoorschijn haalde en jíj die ermee toestemde.' Hij wijst ons een voor een boos aan. Op een aparaatje uit het Capitool zien we de scéne die zich herhaald. 'De districten zien dit als een rebelse opstand,' gaat Snow. 'Districten komen in opstand, omdat een simpele jongen en een meisje uit 12 hier zo gemakkelijk mee vanaf komen.' Hij kijkt boos, met zijn vieze slangenogen. 'Dan is het systeem ook wel erg slecht als ze niet eens tegen een stelletje besjes kunnen,' zegt Katniss brutaal tegen Snow. Ik onderdruk een lachje. Lekker, dat lef. Snow doet alsof hij het niet hoort en gaat verder met praten. 'Ik moet deze problemen oplossen,' zegt hij met een doordringende blik. 'Waar jullie inzaten, waren maar spelen. Willen jullie in een échte oorlog komen?' 'Nee,' antwoorden Katniss en ik allebei in koor. Eigenlijk wil ik het liefst "ja" zeggen, maar dat laat ik maar even achterwege. 'Fijn, ik ook niet,' zegt hij. 'Wat moeten we eraan doen?' zeg ik tegen hem. 'Jullie moeten overdrijven over jullie vriendschap,' zegt hij. 'Vertellen dat je het liefst niet wilde leven zonder je beste vriend, niet zonder hem of haar kon, enzovoort.' 'We zullen ze overtuigen,' zegt Katniss een beetje bang. 'Nee,' zegt Snow kil. 'Overtuig mij.' Dan geeft hij ons een hand en loopt de kamer uit.

Gale's Games ~Part 2Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu