XI En zo verlieten we het paleis weer

84 19 24
                                    

XI En zo verlieten we het paleis weer

De vergadering werd beëindigd en Marrin en Jerrai werden zo wat de kamer uit geduwd om spullen in te pakken.

'We zijn hier nog niet eens een dag en we gaan al weer weg!' klaagde Marrin. 'Ik had zo gehoopt op een warm bed!' Roman die naast hen was komen lopen begon te lachen.

'We vertrekken morgenvroeg, dus een nacht warm bed zit er nog in,' zei hij en de tweeling keek hem vol ongeloof aan.

'Hoe zacht zijn ze?' vroeg Jerrai meteen. 'En hoe groot? Zo groot als die van de Koning?' Izailyr die ook met ze meeliep begon nu ook te lachen.

'Niet zo groot als die van de Koning, maar wel van aardig formaat en ze zijn super zacht,' zei de andere centaur. 'Daarnaast hebben we nog een lunch en een diner vandaag.'

'Geen aardappelen hoop ik?' vroeg Jerrai.

'Zo ver ik weet niet,' zei Roman. 'Houden jullie er niet van?'

'Nee, het liefst zou ik die gele dingen nooit meer hoeven te zien,' zei Marrin met een vieze stem. 'Dat zou het leven een stuk beter maken'

• • •

De middag ging snel voorbij en de avond daarna ook. Na de lunch was de training toch door gezet. Ze kregen instructie over wat de beste manieren waren om je te verschuilen. Wat het punt daarvan was, bleef voor Marrin en Jerrai een raadsel, maar ze hoopten er tijdens Het spel van de Koningin daar achter te komen. Na alle technieken snel, maar vaak door te hebben genomen werden ze voor het avondeten uitgenodigd. Waar -tot groot geluk van Marrin en Jerrai- geen aardappel te vinden was. Na het eten werden ze naar hun kamers gebracht. De klasseloze gingen weer terug naar hun gezamenlijke hok en de tweeling kreeg een aparte kamer toe gewezen met twee bedden, omdat ze daar om vroegen.

'Ik wist niet dat er zo veel eten bestond naast aardappelen,' zei Marrin toen ze op haar rug naar het plafond keek.

'En dat slaapkamers zo groot konden zijn,' zei Jerrai daarop. De kamer die ze deelden was drie keer de grootte van die ze in het weeshuis hadden. De bedden stonden bijna vijf meter van elkaar verwijderd, maar waren wel groot en zacht. Jerrai was voornamelijk blij met het feit dat zijn hele lichaam in het bed paste en zijn voeten er niet half uit bungelde. Naast de bedden stonden nachtkastjes en bij de kant van de deur stonden twee stoelen en een lage klerenkast.

'Ik wil helemaal niet terug naar de stad,' zei Marrin uiteindelijk. 'Ik vind het wel goed zo.

'Ja,' zei Jerrai met een zucht. 'Maar daarnaast wil ik wel weten wat dat spel van de Koningin is...'

'Daar heb je een punt,' zei Marrin en zuchtte nu ook. 'Ik vraag me ook af wat we zouden kunnen als Koningin?'

'Ons heel goed verstoppen?' Marrin lachte.

'Dat zou nog eens wat zijn,' zei ze en Jerrai lachte nu ook.

'Ik ben wel blij dat we dit samen doen,' zei hij.

'Ja, ik ook...' Ze vielen even stil.

'Wel echt vervelend dat wanneer ik me hand uitsteekt je hem echt nooit zou kunnen pakken,' zei Jerrai lachend die zijn arm even buiten het bed liet bungelen.

Het spel van de KoninginWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu