Ik hoor mijn telefoon afgaan die nog op de keukentafel ligt. Ik sta op en neem mijn telefoon op. "Hé, Tyler." "Waar zit je?" "Ik weet niet zeker of ik vanavond terug thuis ben, als ik vanavond niet ben maak je dan maar geen zorgen." "Waar ben je nu dan?" Het blijft even stil waardoor ik zijn naam herhaal. "Tyler?" "Luister ik moet gaan." "Ik hou van je." "Ik ook van jou, maar ..." voor ik mijn zin kan afmaken hangt hij op.
"Was dat Tyler?" Ik kijk naar Samira die me vragend aankijkt. "Ja." "Waar is hij?"
"Weet ik niet." "Maar het klonk niet goed." Ze staat op en pakt haar jas. "Waar moeten we gaan zoeken dan?" "Hij kan over al zijn." "Waar denk je dat het het meest logisch is?" "Ik weet het echt niet." Het blijft een tijd stil en we denken beiden na of er misschien iets is dat hij heeft vertelt.Is er misschien iets waar hij mee zit?" "Zijn familie." Ze kijkt me vragend aan. "Ja, dat is aan hem." Ze knikt begrijpelijk en we zoeken het adres op. "En wat als hij er niet is?" Ik haal mijn schouders op. "Kom we gaan." Zodra we bij het huis aankomen is het al best laat. Ee kijken elkaar even aan en kloppen dan aan. Niet veel later gaat de deur open, en komt er een enorme alcohol lucht naar buiten.
"Wie zijn jullie?" We kijken naar een wat oudere man. Waarschijnlijk de vader van Tyler, aangezien ze een paar kenmerken van elkaar hebben. "Ik ben Amy, en dit is mijn vriendin Samira." "We zijn opzoek naar Tyler." "Die is er niet." Hij wilt de deur alweer terug dicht doen maar ik zet mijn voet er nog net tussen.
"Alstublieft meneer, ik had hem net aan de telefoon." "En het klonk niet heel goed, ik maak me zorgen." "Die jongen stelt zich vaker aan en werkt zich alleen maar in de problemen." "Hij hoeft echt niet twee grietjes die hem de hele tijd achterna lopen."
"Meneer wij zijn niet zomaar twee grietjes die achter hem aanlopen." "Samira is een hele goede vriendin en ik ben zijn vriendin." Zijn ogen worden even groot maar hij herpakt zich weer. "Dus jij... jij... jullie krijgen een kind." Ik knik glimlachend.
"Wat denken jullie wel niet, jullie zijn zelf nog kinderen." "Jullie zoeken het maar met zijn tweeën uit, en met alle feestdagen hieven jullie hier niet aan te komen kloppen." Zegt hij met een kille stemt en hij zwaait de deur terug dicht.
Ik en Samira staan verbaast bij de deur. "Gaat het?" Ik knik en we lopen door. Het wordt ondertussen bes wel donker en ik begin me echt zorgen te maken. "Gaat het nog?" "Misschien moeten we terug nara huis." "Nee, ik ga niet wie zonder hem." Zeg ik koppig.
"Hij zei dat je je geen zorgen moest maken." "Ja maar dat doe ik wel." "En ik ga niet terug voordat we hem hebben gevonden." Ze knikt begrijpelijk en zucht diep. Heeft hij het nooit over een plek gehad waar hij altijd heen ging met iemand van zijn familie toen hij klein was?" "Niet da ik weet." Zeg ik schouder ophalend.
"Wacht!" "Jawel!" "Je bent een genie!" "Hij had het er altijd over sta hij met zijn vader vroeger naar een hutje ging." "Ze hadden een hutje gebouwd toen hij klein was." "Ergens in een bos, dicht bij een meertje." "Er is hier maar één bos, dus dat lijkt me niet zo moeilijk." Ik knik en volg haar naar het bos.
"Ik zie niks." "Au." "Wat doe je allemaal?" Vraag ik zodra ik Samira de hele tijd achter me hoor mompelen. "Ik kan niks zien." Ik pak mijn telefoon uit mijn broekzak en schijn voor ons. Na een lange tijd lopen komen we bij een riviertje uit. "Ja we zitten goed denk ik." "Nu moeten deze gewoon volgen." Ik kijk naar Samira die wijst naar het riviertje.
Na nog een kwartier te lopen komen we bij een hutje aan. We lopen naar binnen maar zien niemand. Ik ga verslagen op het bankje in het hutje zitten en laat mijn hoofd in mijn handen zakken. "Waar is hij?" Samira trekt me in een knuffel en laat me weer los zodra we buiten takjes horen knakken. We lopen zachtjes naar buiten en zien iemand aan het riviertje zitten.
"T-t-Tyler.." we zien een schim die zich omdraait. "Ik zie dat het Tyler is en ren snel naar hem toe. "Laat me nooit meer zo schrikken!" Zodra we iets meer in het licht staan en ik zijn gezicht zie schrik ik me kapot.
"T-Tyler." De tranen prikken me in mijn ogen en hij kijkt weg maar ik draai zijn gezicht terug. Hoe komt dit?" Ik bestudeer de blauwe plekken in zijn gezicht. Hij heeft een blauw oog, een bloedende lip, zo te zien heeft hij ook ene bloedneus gehad en hij heeft nog een paar blauwe plekken. "Wie heeft dit gedaan?" Vraag ik met een gebroken stem.
"Mijn vader." "Waarom?" "Hij vindt dat ik zijn naam niet waardig ben." "Hij vindt dat ik mijn leven heb verprutst, en ook dat van jou." "Waarom zou je dat van mij hebben verprutst?" "Dank zij mij ben je zwanger." "Ik zie dat hij tegen de tranen moet vechten.
"Tyler, je hebt me niks dan goeds gebracht in mijn leven." Ik leg mijn handen in zijn nek en kijk hem recht in zijn oog aan. "En ja ik ben zwanger, en dat is evenveel mijn fout als de jouwe." "En ik vindt het geen fout." "Ik ben er blij mee, en ik kan niet wachten om te zien wat voor een geweldige vader jij gaat zijn." "Laat niemand je daar anders over denken." Hij trekt me in een knuffel en ik merk dat hij nog steeds tegen de tranen vecht. "Ik hou van je Amy." "Ik ook van jou." Zeg ik nu ik ,ook ik vecht nu tegen mijn tranen.""Kom, we gaan naar huis." Ik pak zijn hand en zodra we thuis zijn geef ik hem een icepack." "We gaan beide op bed liggen en hij staart me de hele tijd aan.
"Amy?" "Ja?" Hij legt zijn hand op mijn buik en glimlacht lief. "Ik hou van jullie alle twee." "En wij houden ook van jou." Glimlach ik terug. "Mag ik je iets vragen?" "Tuurlijk." Hij staat op en trekt me ook overeind. "Ga hier staan en doe je ogen dicht."
Ik doe wat hij zegt en ik ga op de aangewezen plek staan en sluit mijn ogen."Oké doe maar open." Ik kijk om me heen en hij heeft allemaal kaarsjes aangestoken. En er liggen overal rozenblaadjes. "Dit heb je snel gedaan hij glimlacht en komt voor me staan.
"Amy ik hou ziels veel van je, ik kan me geen leven meer zonder jou voorstellen." "Sinds jij in mijn leven bent gekomen straalt mijn leven meer, jij laat me stralen." "Jij bent de persoon die ervoor zorgt dat ik nog opsta, jij bent de reden waardoor ik de dag door kom. "Jij bent de reden dat ik lach, dat ik gelukkig ben." "Amy ik hou van je en zou me niet kunnen voorstellen wat ik nog zonder je zou moeten doen." Straks krijgen we een baby, en worden we ouders." "Dan heb ik een koningin en een prinses in mijn leven." "Beter kan ik het me niet wensen." "Jij maakt me gelukkig."
hij knielt voor me neer en staart me recht in mijn ogen aan. Ik staar hem terug glimlachend aan met waterige ogen van zijn mooie woorden.
"Amy, wil je met me trouwen?"
Hey peeps,
Hopelijk vinden jullie het een leuk hoofdstuk.
En ik wil Luuntje123, heel erg bedanken voor haar stemmen en reacties💙-Xx me🥀
JE LEEST
Het Internaat (VOLTOOID)
Teen FictionAmy is een meisje van 17 ze heeft een passie voor surfen. Ze wordt door haar ouders naar een internaat gestuurd. Ze moet alles achterlaten haar vrienden haar sport. Maar wat als haar kamergenoot de badboy van de school is? En wat als hij niets an...