Hoofdstuk 1

1.1K 51 2
                                    

~Ik kijk mijn maat geschrokken aan. 'Weet je het zeker?' vraag ik. En ik hoop dat het een grapje is. Maar helaas knikt hij. Dat betekent dat ik in levensgevaar ben... En niet alleen ik.~

'Woah, gaat-ie lekker, Evy?' Mijn medestudent Matthijs grijnst als ik direct na de opdracht gehoord te hebben, stevig aan de slag ga. 'Ik zat te denken, hè,' hij kijkt me even aan. 'Misschien kunnen we bij mij thuis vandaag de opdracht afmaken. Dan zijn we op tijd klaar en kan ik in het weekend gewoon mijn ding doen.'

Ik open mijn agenda. Donderdag studentenvereniging, vrijdag naar huis, maar bij woensdag staat er niets. 'Prima,' knik ik, 'Je woont ook in Utrecht toch?'

Het studentenleven bevalt me wel, maar ik ben toch altijd weer blij als ik aan het eind van de week naar huis kan. Je moet zóveel zelf doen. Het huis netjes houden, kleren wassen, koken... Dat laatste lukt nog steeds niet zo goed, helaas.

Samen met Pam woon ik in een antikraakpand, lekker goedkoop en er is ruimte genoeg. Maar op de één of andere manier zijn we er allebei goed in om precies dingen in te plannen als de ander vrij is. We lopen elkaar heel vaak mis. Pam zit op een andere studentenvereniging dan ik, ze doet een andere studie en ze heeft andere vrienden gemaakt. En ondanks dat ik het jammer vind, betwijfel ik of ik er wat aan kan doen.

Ik stuur Pam maar gelijk een berichtje dat ik later ben, dan hoeft ze zich geen zorgen te maken.

Aan het eind van de schooldag, om half twee, fiets ik met Matthijs mee. 'Je woont ook op kamers, toch?' 

Hij knikt. 'Ik heb één huisgenootje, maar eigenlijk heb ik vrij weinig met hem. Meestal studeren we in onze eigen kamer en een enkele keer zitten we met z'n tweeën in de woonkamer.'

Ik glimlach verrast. Hij en ik lijken steeds meer met elkaar gemeen te hebben. We zijn studiemaatjes geworden toen we toevallig naast elkaar gingen zitten op de kennismakingsdag, maar stiekem weten we nog vrij weinig van elkaar.

'Nou, dit is mijn huis, dus.'

We staan recht voor een paleisje. Echt waar. Dus dat bedoelt hij vast niet. Ik kijk naar links en naar rechts en mijn oog valt op een ouder huisje, de verf is van de kozijnen afgebladderd en ik wijs er naar. 'Die bedoel je toch?'

Hij schiet in de lach. 'Cute,' mompelt hij. 'Nee, gewoon waar je voor staat.'

Mijn wangen kleuren rood. 'Wow,' mompel ik. 'Is dit van jou?'

Van verbazing zakt mijn mond open. Hij knikt trots: 'En van mijn huisgenoot, uiteraard.'

Ik mompel een andere 'wow'. Tientallen financiële vragen tollen door mijn hoofd, maar ik durf ze niet uit te spreken. Hoe kan hij dit betalen? Dat is gewoonweg niet mogelijk.

Hij lijkt mijn gedachten te kunnen lezen, want hij mompelt: 'Beetje rijke ouders, that's all.'

Ik staar hem vol verbazing aan. Ik wist dat sommige ouders veel voor hun kinderen betalen, maar dit spant toch wel de kroon.

'Kom nou maar naar binnen,' lacht hij ongeduldig. 'Ik krijg het koud.'

En met dat ik een voet over de drempel zet, rol ik weer van de ene verbazing in de andere. Ik spreek met mezelf af dat Matthijs niet bij mij binnen mag komen. 

Mijn kamer is ingericht met goedkoop, tweedehands meubilair, maar dit zijn dure, luxe meubels die zelfs niet bij mijn ouders binnenstaan.

En ik kan er niets aan doen, maar ik begin toch wat aan het rijke-ouderverhaal van Matthijs te twijfelen. Het is toch wel een beetje onlogisch? Geef me eens niet gelijk.

Hij klopt uitnodigend op de zitting van de bank. 'Laten we het snel afmaken, misschien kunnen we daarna nog wel even chillen.'

Ik zet me over mijn verbazing heen en buig me over het scherm. Snel lees ik de laatste regels die Matthijs getypt heeft. Hoe ga ik aardig tegen hem zeggen dat hij waarschijnlijk een paar foutjes heeft gemaakt? 

Als hij wegloopt om drinken te pakken, verander ik het snel. Een beetje sneaky, maar ja, ik kon zo snel niets diplomatieks bedenken. Als hij terug komt met een glas cola voor hem zelf en voor mij thee, glimlacht hij aardig. Het maakt hem knap. Hoewel, als hij niet glimlacht is hij nog steeds knap. Zijn donkere haar matcht met zijn donkere ogen.

'Zijn we een staarwedstrijd begon, of wat zijn we aan het doen?' vraagt hij nonchalant. Oh shit. Blijkbaar kijk ik hem nog steeds aan. Ik grinnik wat ongemakkelijk. Akward.

We discussiëren over bepaalde onderwerpen en doen ons best om zo snel mogelijk de opdracht af te maken. Het duurt echter langer dan verwacht.

'Je kan wel blijven eten, hoor, ik ben vanavond toch alleen,' biedt Matthijs aan.

Ik knik. 'Top. Waar is je huisgenoot dan?' 

Even verschijnt er een blik van ergernis in zijn ogen. Ben ik te nieuwsgierig? Maar het verdwijnt zo snel, dat ik betwijfel of ik het wel goed gezien heb. 'Ik heb geen flauw idee. We vertellen niet, zoals jij en je huisgenoot, alles wat we gaan doen.'

Ik knik en ga er niet verder op in. 'Je weet dat mijn huisgenoot en ik zelf steeds verder uit elkaar groeien?' Hij knikt. 'Ja, dat is wel balen. Maar je krijgt daarvoor wel nieuwe vrienden terug, toch?' 

Ik mompel een ja. Hij begrijpt blijkbaar niet dat Pamela te belangrijk voor me is, om zomaar op te geven. Maar tegelijkertijd weet ik dus niet goed wat ik moet doen om de band weer sterker te maken.
'Zullen we pizza bestellen?' stelt Matthijs voor. En even later zitten we aan de pizza. Hij drinkt er bier bij. Na mijn 'kidnapping'  en het hele gebeuren heb ik nog een grotere hekel aan alcohol gekregen dan ik eerst al had. Ik herinner me nog vaag dat Wesley het ene shotje na het andere in mijn mond goot en dat ik het hoe dan ook moest doorslikken.

'Heb je eigenlijk weleens een vriendje gehad?' klinkt opeens Matthijs stem. Hij kijkt me geboeid aan. 

Ik verslik me abrupt in mijn drinken. Het duurt even voor ik op adem kom. 'Nee, nog nooit.'

Matthijs lacht zachtjes. Lacht hij me nou uit? Ik kijk hem een beetje boos aan. Hij begint nog harder te lachen. 'Je bent zo schattig als je je akward voelt.' Ik voel mijn wangen nog roder worden. 'Waarom heb je nog nooit een vriendje gehad?' 

Ik zucht diep. Hoe breng ik dit gesprek naar een minder ongevoelig onderwerp? 'Ik ben niet leuk genoeg zeker?' 

Matthijs lacht hardop. 'Dat slaat nergens op, Evy, dat weet je ook wel. Komt het omdat je zo kritisch bent? Of heb je altijd een stiekeme crush op iemand die eigenlijk niet te bereiken is?' 

Bijna veer ik op, maar ik houd me in. 'Wat bedoel je?' Ik snap echt niet zo goed, waar hij met dit gesprek heen wil. Een crush op iemand die niet te bereiken is... Noah...

Hij gaat even verzitten. 'Jij bent leuk genoeg om een vriendje te hebben. Dus er zijn maar twee mogelijkheden: je bent te kritisch of er iemand die jij niet kan bereiken.'

'Weet je, het is tijd dat ik naar huis ga.' Ik sta meteen op. Hij komt iets te dichtbij mijn leven. En daar heb ik geen zin in.

Maar voor ik me uit de voeten kan maken, pakt hij mijn hand. 'Ik wil niet nieuwsgierig zijn, maar... je bent leuk, Evy. Ik vind je leuk.' 

'Ik ga toch naar huis,' zeg ik met een quasi arrogante blik, maar als ik op de fiets zit glimlach ik. Hij vindt me leuk. Hij vindt me leuk! Een knappe, aardige jongen vindt me leuk!

En wees niet bang, ik ben niet gelijk hotel-de-botel, maar het is toch vleiend als je leuk gevonden word? Glimlachend bereik ik mijn appartement. Met een blik op mijn telefoon zie ik dat Matthijs een appje heeft gestuurd: Was gezellig ;) Moeten we vaker doen, maar dan zonder school. xx

Ik bloos bij het zien van de xx-jes. 

------------------------------------------

Het eerste hoofdstuk is een feit! 

Jullie zijn vast benieuwd wat er gaat gebeuren, dus lees vooral verder!

Vergeet ook niet om op het sterretje te klikken!

XX

Gered (Vervolg Op Gekidnapt)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu