Donderdag was Sarah (gelukkig) inderdaad weer op school. Ze was weer helemaal zichzelf.
'Hé, Daan,' riep ze blij toen ze hem zag (alweer bij het fietsenrek).
'Hoi, Sarah! Ben je weer helemaal oké?' vroeg Daan opgewekt.
'Ja, hoor,' zei Sarah, ook blij.
'Mooi!' zei Daan lachend. 'Ik ben echt blij dat je er weer bent.'
'Haha, ik ook'
'Toevallig dat ik je echt elke dag bij het fietsenrek tegenkom!' zei Daan toen hij daar opeens aan dacht.
'Ja!' zei Sarah, eerst nog lachend. Maar toen leek er iets tot haar door te dringen. 'Ja...' zei ze nog een keer, maar nu wat zachter, en een stuk minder blij.
Daan vroeg niks meer. Hij was wel benieuwd naar wat er was, maar ze kon het waarschijnlijk toch niet vertellen.
Sarah was nog steeds stil, en leek te wachten tot Daan iets zou vragen. Toen hij dat niet deed, keek ze hem opgelucht en dankbaar aan. Maar ze zei nog steeds niks.
Toen doorbrak Daan de stilte. 'Laten we maar naar binnen gaan.'
'Oké.'
Het was die dag inderdaad veel leuker op school dan de dag ervoor. Maar met Nederlands veranderde de stemming weer.
Mevrouw de Vries stond voor de klas en gaf uitleg over een spreekbeurt die ze moesten houden.
'Het onderwerp mogen jullie zelf kiezen.'
Daar was de klas wel blij mee, maar niet met het feit dat ze een spreekbeurt moesten houden.
'Jullie werken in een tweetal'
Oh nee, dacht Daan, ik blijf natuurlijk weer als laatste over, en dan moet ik in mijn eentje, of met Simon. Of ik wordt zomaar in een groepje gestopt waar bijvoorbeeld Niels ook in kan zitten! Dat gebeurde heel vaak. Maar toen bedacht hij opeens dat Sarah er ook nog was! Er was weer hoop!
Sarah was niet zo blij. Ze zat ongerust op haar stoel heen en weer te bewegen.
Door de hele klas werd gefluisterd: 'hé, Lara, met mij in een groepje?' ... 'Thomas, wij samen' ... 'zullen wij samen, Nina?'. Dat hoorde De Vries, en ze besefte dat ze iets was vergeten te zeggen.
'Jullie werken met degene naast je, dat is je tweetal en niks anders.'
'Nee!' riep Lara hard. Maar behalve Lara vond niemand het echt erg om met de persoon de naast je zat een spreekbeurt te maken. 'Tja...' zei Lara later zacht. 'Nu krijg ik misschien eindelijk een keer een tien...'
Daan was erg blij. Hij mocht met Sarah! Hij keek naast zich om tegen Sarah te zeggen hoe leuk hij het vond dat ze samen de spreekbeurt zouden houden. Maar toen hij zich omdraaide zag hij tot zijn verbazing dat Sarah bijna in huilen uitbarstte.
Toen Sarah zag dat Daan naar haar keek haalde ze diep adem en zei niet bepaald overtuigend: 'fijn dat we samen mogen.'
Ze leek eerder ongerust dan verdrietig, alsof ze aan het vechten was, met zichzelf, in haar hoofd. De ene keer leek ze bezorgd, dan weer blij, wat vaak weer snel veranderde in bezorgd. Daan vroeg zich af wat er was. Sarah was eigenlijk heel geheimzinnig. Haar stemming veranderde heel gauw. Zou ze een ziekte hebben? Ze vertelde ook bijna niks... Ze was ook heel aardig hoor! Maar ze zei eigenlijk niet zo veel over zichzelf. Daardoor kenden ze elkaar nauwelijks. Hij was een open boek, maar Sarah? Er was zo vaak iets wat ze niet kon vertellen, maar dat was op hele rare momenten. Als je het dan niet wílt vertellen, oké. Maar niet kúnnen vertellen? Dat is echt raar, vond Daan.
JE LEEST
Je kent me niet
FantasyEr komt een nieuw meisje bij Daan in de klas; Sarah. Ze zijn meteen beste vrienden, maar Daan merkt iets raars aan Sarah. Ze is geheimzinnig en heeft rare reacties op bepaalde gebeurtenissen. Er blijkt iets te zijn met Sarah wat niemand had verwacht...