De Verhalen Van Nachtschaduw

Hoofdstuk 3

Nachtschaduw word wakker in een gouden kamer. Haar wachters liggen een paar meter van haar vandaan. Nadat ze met de koning hebben gegeten (wat best saai was zonder Enzvo) stuurde de koning iedereen weg behalve Nachtschaduw. 'Wat ik je nu laat zien en ga leren is strikt geheim. Alleen jij en de draken die je vertrouwt mogen dit weten.' Zegt Zipharo.

Ze stoppen voor een deur die Zipharo, zonder de deur aan te raken, opent. 'Magie is een van de grootste geheimen van ons ras. Zelfs de grootste draken wisten niet allemaal dat het bestond. U bent een van de weinigen die er geschikt voor is.'

Ze staan in een kamer die in het uiteinde van de kamer een zwaar ijzeren kluis heeft ingebouwd. 'Dit is de kluis van geheimen. Als je de rol die erin ligt leest, leer je in korte tijd waar de oude draken jaren over hebben gedaan. Ik laat u hem lezen, op een voorwaarde. U moet de draak die ons heeft verraden, verslaan.' 'Waarom ik?' 'Ik voel dat mijn einde nabij is. Ondanks mijn macht zal ik mijn dood niet kunnen stoppen. Ik wil dat een draak die oud en wijs genoeg is om mijn volk te leiden mijn opvolger wordt.'

Nadat Nachtschaduw de rol heeft gelezen, moet ze van Zipharo verschillende dingen doen. Nadat ze dat heeft gedaan, mag ze naar de stad gaan. Wanneer ze terug komt, verrast Zipharo haar dat ze mee op jacht gaat. Ze komen terug met 12 herten en 7 geiten. wanneer ze terug komen in de stad, hoort ze ineens 3 kruisbogen. Ze wil net de anderen waarschuwen, wanneer ze een projectiel voelt afketsen op haar buikplaten. Enzvo werd gedood met de pijl die op hem was gericht net zoals Zipharo. Nachtschaduw achtervolgt de drie moordenaars door de straten, achtervolgt door haar wachters. Op het laatst komen ze in een smal straatje met een doodlopend eind. Daar ziet ze dat de moordenaars eigenlijk mensen zijn. Ze nemen de mensen gevangen en zetten ze in de kerkers van het paleis. Na de gevangenneming van de moordenaars valt ze in slaap.

Na drie dagen te hebben geslapen wordt ze gewekt door een van de paleisbediende. 'De burgers van de stad staan aan onze voordeur. Ze eisen dat u naar buiten komt.' wanneer ze buitenkomt buigt de hele menigte voor haar . 'Alle heil koningin Nachtschaduw.' roepen ze. Glyfia komt naar voren. Ze draagt een object dat met een doek bedekt is. Glyfia gaat voor de menigte staan. 'Zoals jullie weten is de koning dood. Lang heeft hij over ons gewaakt. We zullen hem herdenken met eer. Zijn laatste wil was dat de zwarte draak die de naam "Nachtschaduw" draagt zijn opvolger wordt. Het is niet vaak in de geschiedenis gebeurt dat een koning de mantel overdraagt naar iemand die niet van zijn bloedlijn is, maar de wet is overduidelijk: als een heerser zegt dat iemand hem opvolgt dan moeten we de gevraagde opvolger voor de bloedlijn opvolger zetten. Als de hoofdadviseur van de koning valt de taak op mij om de opvolger van de troon te vinden en de eed op te nemen.' Glyfia draait nu naar Nachtschaduw. 'Sinds Zipharo jouw heeft uitgekozen als opvolgster, zonder het te vragen is het nu mijn taak: accepteer je de post met alle lasten en voordelen die ermee komen?'

'Kort geleden had ik nee gezegd, simpelweg omdat ik de afgelopen 7000 jaar in een grot heb doorgebracht en weinig herinner van voor die tijd...' Glyfia was zich al om aan het draaien, maar Nachtschaduw spreekt door '... maar ik hoe langer ik weg ben van de grotten waar ik sliep hoe meer ik me herinner. Ik heb in de politiek mee gedraaid, en Zipharo heeft me verteld hoe de vork in de steel steekt. Zolang de adviseurs hun taak doen en ik de energie heb om het te doen, zal ik het volk van Dragonia beschermen en leiden. Maar als het tijd is voor mij om afstand te doen van de troon, of het vrijwillig is of niet, dan zal ik geen seconde aarzelen. Want ik weet als geen ander wat ervan komt als je te lang een land leidt. Nadat ik deze woorden heb gezegd accepteer ik de last. Niet voor mezelf maar voor het volk, in de hoop dat ik een verandering maak.'

Glyfia is van stomheid geslagen. Zijn bek is open gevallen en zijn ogen stralen. 'Nog nooit hebben wij een koning of koningin gehad die de mantel van leiderschap opneemt met nederigheid. De meeste koningen en koninginnen proberen te bewijzen dat ze beter zullen zijn dan hun voorgangers, maar nooit hebben ze het bewezen vóór ze de mantel overnemen. Zipharo was wijzer dan ik toen hij u heeft uitgekozen. U bent hierbij geschikt verklaart als koningin. Als u even zou willen buigen, dan kunnen we beginnen met de kroning.' Glyfia draait zich weer naar Nachtschaduw. Glyfia trekt de doek van het object dat ze draagt. Het blijkt een soort halsband te zijn. De halsband is gemaakt van goud, en ziet er uit als twee draken. De staarten van de draken zijn in elkaar gewikkeld, en vormen zo een scharnier. de ogen van de draken zijn van diamant gemaakt, en de voorpoten van de draken vormen de sluiting. Dan begint Glyfia weer te praten. 'Zweer jij, Nachtschaduw, dat je het volk zal beschermen en dienen, helpen waar je kan en proberen waar je niet kan helpen?'

'Ik zweer het.'

'En zweer je het volk te leiden door goede en slechte tijden, en te vechten zelfs als het je eigen leven kost?'

'Ik zweer het.'

'Dan, met de macht die ik heb als de hoofdadviseur en beschermer van Drigano Heva kroon ik je hierbij tot koningin. Mogen de jaren onder uw leiding lang en vruchtbaar zijn.' Tijdens het geven van de eed groeide de halsband uit tot hij groot genoeg was om de nek van Nachtschaduw te omvatten. Wanneer ze eed heeft gegeven probeert Glyfia de band om Nachtschaduw' s nek te doen. De groep draken en dienaren schiet in de lach als Glyfia met halsband en al achterover valt en met een harde klap op de tegels valt. Een paar draken uit de menigte komen naar voren en helpen vervolgens de band om Nachtschaduw' s nek te doen. Hij komt uiteindelijk te rusten bij de basis van haar nek, tussen de op een na laatste en laatste nekstekel. De twee helpende draken keren terug naar de menigte. Als Glyfia de sluiting eindelijk heeft gesloten, roept hij 'De koning is dood. Leve de koningin!'

De menigte roept Glyfia na. Vervolgens buigen ze massaal. Wanneer de draken weer allemaal hun koppen richting Nachtschaduw hebben gericht, zegt een van de draken uit de menigte: 'We moeten een harnas voor haar maken! De mensen zijn nog maar 4 dagen van ons verwijderd!'

'Dat harnas vind ik op het moment niet belangrijk. Dat kan later wel. Nu moeten we voorraden inslaan voor de belegeringen. Maak zo veel mogelijk stenen voor de katapulten. Maak balista' s. zorg ervoor dat we die beesten kunnen verslaan!' zegt Nachtschaduw. 'Ik wil de generaals bij me hebben binnen het uur.' 'Ja koningin.' Luid het antwoord van de menigte.