22

85 6 0
                                    

NORA
Ik rende maar buiten met mijn koffer. Wild keek ik om me heen, mijn ogen rood van de tranen. Toen zag ik een groepje mensen. Peter, Jake, Annie, Wyatt en nog twee jongens. Ik haastte me ernaartoe en Peter trok me in een ongevraagde knuffel. Ik vond het niet erg. Ik had het nodig.

Ik begroef mijn hoofd in zijn schouder. "Hey guys." Het verliet op fluistertoon mijn mond.
Een tijdje bleven we zo staan, totdat we in een busje gingen zitten. Een bruinharige jongen die zich had voorgesteld als Noah reed. Mason zat op shotgun.

Annie legde me ondertussen het plan uit, terwijl ze haar haren om haar vinger draaide. Ik mocht die bitch niet, maar op dit moment deed ze aardig. Nooit was ze aardig geweest tegen me. "Waarom doe je zo aardig?" Siste ik.

"Voor Jakie, wie anders?" Ze glimlachte overdreven en bracht een dikke kaag lipgloss aan op haar lippen. Ik walgde. "Maar snap je het plan Nora?" Ik knikte.

"Wil je wat muziek opzetten? Dat zorgt er misschien voor dat de sfeer iets beter wordt." Jake's stem klonk zachter dan normaal. Mason knikte en zette de radio aan.

I see you driving 'round town with the girl I love, and I'm like,
Fuck you-u-u

Ik zing hard mee. Dit was het favoriete liedje van Ali. Noah en Peter zongen ook mee. Mason wist kleine stukjes, maar Jake en Annie kenden het nummer niet.

Ik dacht aan het plan. Het plan was gevaarlijk, maar het was het waard. Alles was Ali waard. Ik zou alles voor haar doen.

JIJ
De deur vloog open. "Test 2. Nu."
Je schrok en keek naar Jonah. "Je hoort hem." Hij greep je vast en trok je mee.

"Ik kan zelf lopen." Siste je. Je rukte je los en liep mee.

Je liep in dezelfde gang als gisteren maar nu keek je om je heen. Het was een witte gang met lichtblauwe deuren. Aan het einde van de gang was een nooduitgang. Je grijnsde. Morgen.

Voor je het wist werd je weer een onderzoekskamer ingesmeten. "Hey!" Boos bonsde je op de deur.

"Daar ben ik weer." Twee bekende blauwe ogen staarden je aan. "Top dit." Fluisterde je binnensmonds. "Als je meewerkt gaat het sneller dan de vorige keer. Ga gewoon liggen."

"Ik wil gewoon weten wat het is." Je liep weer naar achter tegen de muur. "Het is oranje." Gister was het rood, en nu oranje. Wat gaan ze testen? Of ik regenboogbloed kan krijgen?

"Het is voor de baas. Ga nu liggen."

"Waarom doe je dit?"
"Ga liggen!"
"Je hoeft dit niet te doen."
"Ga NU liggen!"
"Het is fout om-"
"LIGGEN!"

Je zuchtte maar ging liggen. Hij snoerde je weer vast en drukte de oranje spuit in je nek. Je lichaam werd heet en het zweet brak je uit. Een steek ging door je buik en je schreeuwde. "Stop het! STOP!" Na vijftien seconden stopte het. Met een neutrale blik maakte de jongen aantekeningen.

Hij maakte je los. "Geslaagd." Mompelde hij.

"Vertel wat je van me wilt!" Je keek hem woedend aan. Deze pijn hoefde je nooit meer te voelen.
"Hou je mond dicht" was zijn reactie.

Terug in je kamer barstte je in tranen uit. Jonah trok zich er niets van aan. "Jonah waarom?" Snikte je.

"Ik- Ze wille-" Hij stopte abrupt.

Jonah wist wat ze wilden. Hij versprak zich, en dat kon weer gebeuren. "Laat ook maar." Zei ik moeizaam. "Zullen we een spel doen?"

Hij knikte twijfelend. "Sure."

"Truth or Dare?"

"Wat als ik weiger iets te doen?" Jonah keek me verdacht aan.

"Dat mag niet. We spreken af dat ik niets mag vragen waarbij je de deur moet open doen." Je was echt slim bezig.

Jonah knikte bedachtzaam. "Oké. Maar niets vragen over de situatie hier." Je knikte als antwoord.

"Truth or Dare Jonah?"

"Truth."

"Heb je familie?" Je was oprecht benieuwd. Zou zijn familie hiervan weten? Het goedkeuren?
"Ja. Maar ik woon niet meer thuis." Zijn blik stond strak. Geen emotie. "Truth or Dare Alexandra?"

"Truth."

"Heb je een vriendje? Of een crush?"

"Geen vriendje, misschien een beginnende crush. Mason." Je sloeg je hand voor je mond. Namen noemen was nooit slim in dit soort situaties. Jonah grijnsde. "Oké. Ik kies Truth."

"Waarom werk je hier?"

"Ik heb zo mijn redenen" zei hij kortaf, en hij keek weg. "Jonah, dat is geen antwoord op de vraag." Ik grijnsde vanbinnen. "Omdat ik van mijn vader houd." Je keek hem vragend aan. Huh? Wat heeft zijn vader hiermee te maken?

"Uhm, ik kies Dare." Je had gelijk spijt van de keuze. "Laat me even denken." Jonah keek om zich heen, op zoek naar ideeën. "Maak je shirt doorweekt in de wasbak."

"Maar ik heb geen andere kleren!"

"Het is een Dare!"

Je liep met tegenzin naar de wasbak. Je goot water over je witte shirt en liep terug. Toen pas had je het door. Witte shirts schijnen door als ze nat zijn. Oh my god. Je sloeg je handen voor je bovenlichaam en keek Jonah boos aan. "Kutstreek."

Hij lachte. "Ik vind het wel een goede dare. Truth voor mij."

"Wat voor rol speelt je vader in jouw motivatie om hier te werken?"

Jonah keek je dreigend aan. "Ik ben klaar met dit spel."

Een grote rol dus. Jonah stond op en liep de deur uit.

"Wat ga je doen?" Je liep naar deur, die hij op een kier had gelaten. "Jonah?"

Geen reactie. Je duwde de deur zachtjes open en keek de gang in. Een van de blauwe deuren stond open. Je hoorde Jonah discussiëren met iemand anders. Dit was je kans. Je stapte de deur uit en deed hem zachtjes dicht. Links waren de jongens, maar ook de nooduitgang. rechts was een andere deur, die uitkwam bij een andere kamer. Je nam diep adem en liep erheen.

"Oké! Ik ga al!"

Shit. Jonah kwam terug. Je rende door de deur heen. "Fuck!" Hoorde je vanachter de deur vandaan. Je rende verder. Je trok aan iedere deur, maar ze waren allemaal gesloten. Het was net een doolhof. Rechts, Rechts, Rechts, Links, Links. Je probeerde de richtingen te onthouden.

Je arriveerde bij een berging en glipte er naar binnen. Het was stoffig en ingericht met lange, houten kasten met kleren. Je liep door de berging heen en vond een uniform. Hetzelfde uniform als de medewerkers hier. Je trok het rokje en de blouse van de plank en kleedde je gehaast om. Je oude kleren propte je in een hoekje achterin. Net toen je de deur wilde openen hoorde je voetstappen. Met je adem in drukte je jezelf tegen de muur.

De deur ging open en er liep iemand naar binnen. De deur stond ver open, zodat hij jou bedekte. De vloer kraakte onder het gewicht van de persoon. Heel zachtjes liet je je adem gaan, en hapte je opnieuw naar adem. Toen de persoon stil bleef staan brak het zweet je uit. Je hart klopte in je keel. Heel langzaam liep de persoon weer richting de deur. Het gekraak van de vloer wekte meer spanning dan nodig was.

Toen de deur voor je vandaan getrokken werd bleef je versteend van schrik staan, maar de persoon had alleen de deur achter zich dicht gedaan, niet erachter gekeken. Opgelucht hield je adem. Dat was close. Maar wat nu?

Bad or SoftWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu