003 • Elros

17 3 0
                                    

Het was niet zo dat hij door jaloezie werd verzwolgen, maar Elros benijdde de jonge man en vrouw aan de andere tafel toch wel. Ze konden gaan en staan waar ze wilden, zonder dat ze aan iemand verantwoording hoefden af te leggen. Ze hadden veel meer gezien van de wereld dan hij en dat maakte dat hij graag met hen zou willen meegaan. Hij had sowieso weinig tijd door kunnen brengen met de mensen en wilde hun soort beter leren kennen. Hoe kon hij zijn keuze maken als hij uitsluitend door elfen werd omringd?

Elros dacht even terug aan die heldere nacht dat hij met zijn broer over het veld had gelopen. Net als iedere elf keken ze graag naar de sterren, maar hun ogen waren groot als schoteltjes geworden toen een van de sterren steeds dichterbij kwam en uiteindelijk een gouden verschijning vormde.

Een stem had geklonken als de zuiverste toon die hij ooit gehoord had en hun verteld dat de Valar een geschenk wilden bieden: ze mochten zelf besluiten met welk ras ze zich het meest verbonden voelden en zouden de keuze maar één keer kunnen maken.

Hij wierp weer een blik naar de overzijde en zag dat Jayne een druif losmaakte van de tros en deze tussen haar lippen door schoof. Vanuit zijn ooghoek zag hij dat Elrond naar haar staarde en hij gaf zijn broer ongemerkt een elleboog in zijn zij. Als hij zichzelf voor schut wilde zetten moest hij vooral zo doorgaan.

'Jullie wonen in Emyn Uial, heb ik begrepen?' vroeg Elros, gezien zijn broer zijn tong verloren leek te zijn. Hij had Elrond nog nooit zo gezien en maakte zich eigenlijk wel een beetje zorgen. Als hij zo bleef sukkelen als Celebrían er straks ook was, kon het nog wel eens een vreemde week worden.

'Dat klopt,' antwoordde Angmar. 'Weet je waar het ligt?'

Elros moest helaas zijn hoofd schudden. Hij was niet zo bekend in het noorden – wat niet verwonderlijk was, gezien hij Eriador nooit verliet.

'Ten noorden van de landen waar de hobbits wonen. We wonen in een vallei aan een meer dat Nenuial wordt genoemd.'

Opnieuw voelde Elros een vlaag van jaloezie toen hij hoorde dat ze vlak bij de mystieke hobbits woonden: bewoners van Midden-Aarde waar eigenlijk niemand het fijne van wist.

'Hoe zijn de hobbits?' wilde Elrond weten, die blijkbaar niet als een stomme wilde overkomen. 'Doen ze echt niets anders dan eten en luieren?'

'Ze genieten van het goede leven,' antwoordde Jayne schouderophalend. 'Ze zijn snel tevreden met hun tuintjes en gezellige buren.' Een baldadige grijns tekende haar lippen. 'En ze zijn heel makkelijk bang te maken. Vertel dat een paard tanden heeft en boven hen uittorent en ze verstoppen zich onder hun tafels alsof ze door orks belaagd worden.'

Hij zag haar blik even naar de overkant van de tafel schieten – en niet naar hem. Een zweem van een glimlach was zichtbaar op het gezicht van zijn broer en hij vroeg zich af of hij ooit zo snel iets had zien opbloeien.

Elros besloot zich er verder niet mee te bemoeien. Als Elrond straks zijn eigen strijd wilde voeren tussen twee vrouwen dan moest hij dat vooral doen. Hij kon wel begrijpen dat de wandelingen in de bossen en het vissen in de rivier hem een beetje begonnen te vervelen. Hij ervoer hetzelfde gevoel en overwoog om met deze tweeling mee te gaan op hun reis. Ze kwamen niet over alsof ze gezelschap schuwden en het idee om het paleis een paar weken achter zich te laten vervulde hem met energie. Hij zou de komende dagen maar een beetje met Angmar optrekken. Zo leerde hij de mens wat beter kennen en had hij misschien ook nog een onvergetelijk avontuur in het vooruitzicht!

Bevroren watervallen ✔Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu