Hoofdstuk 1

301 23 11
                                    

Mijn kamer was leeg, de dozen waren vol. Alleen het rafelige blauwe gordijntje hing nog voor de ramen. Mijn moeder stond sniffend voor het raam. Ze wilde nog steeds niet dat ik ging. Zelf kon ik het ook nauwelijks geloven, ik bedoel, het is Londen! Het huis waar ik ga werken is groter en mooier dan alle huizen in mijn straat bij elkaar, met een tuin die de omvang heeft van twee voetbalvelden.
'De laatste dozen zijn ingeladen, we moeten gaan,' snufte mijn moeder. 'Je vliegtuig vertrekt over anderhalf uur.' Ik knikte en liep achter haar aan mijn kamer uit. Vlak voordat ik de overloop op liep bleef ik nog even staan. Mijn ogen gleden door de kamer, voor de allerlaatste keer. Ik zou heus nog wel terugkomen, maar het voelde als een afscheid. Met een diepe zucht pakte ik de deurklink vast, stapte naar achteren en trok de deur met me mee. Langzaam liep ik de trap af. 'Kate!' riep mijn moeder van beneden. 'We moeten nu echt gaan!'

Vlug rende ik de laatste treden af en liet mijn blik door de huiskamer gaan. Hier was niets veranderd, behalve de foto van ons drieën dan. Die hing niet meer op z'n vaste plek, ik wilde hem mee naar Londen. De plek waar hij altijd gehangen had was nu grijzig, dat stukje muur had vijf jaar zonlicht gemist. Mijn vader kwam de hoek omlopen en gezamenlijk droegen we mijn handbagage naar de auto. Zwijgend namen we plaats, mijn moeder bedroefd, mijn vader stil en ik opgewonden. Ik kon het nog steeds niet geloven dat ik echt uit huis ging. In een kast van een huis nog wel, samen met vijfentwintig andere meiden. Ik had er nu al zin in. We zouden hard moeten werken, alles doen wat de Graaf ons opdroeg, maar dat had ik er voor over. Zolang ik er kon blijven, vond ik alles prima. Mam startte de auto en we reden de oprijlaan af. Ik vergat achterom te kijken en een laatste blik te werpen op het huis waar ik zeventien jaar had gewoond.

Na driekwartier in de auto kwamen we aan op Schiphol. Pa checkte in, terwijl ma ondertussen de kar met mijn spullen op de bagageband laadde. Zelf keek ik toe en luisterde met mijn oortjes naar muziek. Mijn ouders kwamen terug en samen liepen we naar de wachtruimte. Na zes liedjes kwam er een stewardess aanlopen die wenkte dat iedereen naar binnen mocht. Ik deed mijn oortjes uit en borg ze op, die pakte ik later in het vliegtuig wel weer. 'Nou, dag mam, dag pap.' Ik stond op en we omhelsden elkaar. 'We komen je zo snel mogelijk opzoeken,' zei mijn moeder met tranen in haar ogen. Ik begreep haar wel, het is niet niks als je zeventien-jarige dochter naar Londen vertrekt om daar als dienstmeisje te gaan werken en later te gaan studeren. Ik zuchtte en maakte me voorzichtig los uit de stevige omhelzing van mijn ouders. 'Het is tijd,' piepte ik met een klein stemmetje. Na een kus op mijn voorhoofd van mijn vader en een allerlaatste knuffel van mijn moeder liep ik door het poortje de lange gang door die naar het vliegtuig zou leiden. Toen ik bijna de hoek om was zwaaide ik nog even, en liep verder.

Het vliegtuig had aangename stoelen, met een klein TV'tje dat bevestigd was aan de rugleuning van de stoel voor me. Ik had geen zin in een film, en besloot mijn oortjes weer te pakken en een dutje te doen. De stoel naast mij was nog leeg, ik zat aan het raam. Er kwamen nog mensen binnen, dus er zou zo wel iemand naast me komen zitten. De vlucht van Schiphol naar Londen duurde anderhalf uur, net lang genoeg voor een tukje. Ik sloot mijn ogen en luisterde naar de beat van Superheroes. Ik zong zachtjes mee in de veronderstelling dat ik nog steeds alleen zat, maar hield daar abrupt mee op toen ik de stoel naast me voelde inzakken. Ik opende mijn ogen en keek naar degene die naast me zat. Een zwart-harige blanke jongeman met blauwe ogen was bezig zijn tafeltje uit te klappen. 'Hallo,' zei ik. De jongen keek op en zei hetzelfde terug. Hij had een vriendelijk gezicht en ik schatte hem rond de vijfentwintig. Langzaam zakten mijn oogleden weer naar beneden, en viel ik in slaap.

'Attention please, fasten your seatbelts, we're going to land.' De stem van de steward galmde door het vliegtuig, en verschrikt keek ik op. Had ik de hele vlucht geslapen? Nog een beetje suf wreef ik in mijn ogen en keek opzij. De jongeman met de blauwe ogen las een tijdschrift, en zag eruit alsof hij ook net wakker was geworden. Het vliegtuig zakte een beetje naar beneden, en ik voelde dat we aan het dalen waren. Toen we stilstonden en de landingsbaan achter ons hadden gelaten stond iedereen op en zei ik mijn buurman gedag. Ik haalde mijn koffers van de bagageband en vroeg in het Engels om een taxi. Die kwam er snel, en de chauffeur hielp me mijn bagage in de achterbak te proppen. Toen we weer in de auto zaten zette hij de radio aan, en luisterde ik naar de stem van Michael Jackson. Het was twee uur rijden naar Green Avenue 38, en om iets te doen te hebben knoopte ik een gesprek met de chauffeur aan. Ik vroeg hem hoe hij zijn baan vond, (zelf begreep ik totaal niet hoe je het leuk kon vinden om de hele dag chagrijnige mensen van hot naar her te brengen, maar hij vond het blijkbaar geweldig). Toen hij over zijn salaris begon hield ik op met luisteren. Het waren twee lange, maar zeker niet geen vervelende uren in de taxi van het vliegveld naar Londen. Toen de TomTom aangaf dat het nog acht minuten duurde voordat we op bestemming waren werd ik zenuwachtig. Vijfentwintig andere meiden, en een oude, rijke Graaf. Wat als ik niet goed genoeg was? Schoonmaken en poetsen kon ik wel, maar omgaan met zoveel mensen? Een rilling ging door me heen, en voor ik het goed en wel doorhad zat ik te trillen. Het grote huis aan het einde van de straat was nu goed zichtbaar. Reikhalzend probeerde ik over het hoge toegangshek te kijken. De chauffeur sprak iets tegen de intercom en na een paar seconden gleed het hek geruisloos open. Ik sperde mijn ogen wijd open en keek vol ontzag naar het enorme gebouw voor mijn neus. De chauffeur reed nog een stukje door tot we voor de poort stonden, en zette toen de auto stil. Ik deed de deur open en stapte uit. Het was nog groter dan ik in gedachten had. Een groene klimop overwoekerde het grootste gedeelte van de voorkant, maar zag eruit alsof het zo bedoeld was. Een poort van ongeveer drie meter hoog en vier meter breed moest de voordeur voorstellen. Boven de poort stond met gouden, krullerige letters de naam 'Lincoln.' De achternaam van de Graaf. Een vermoeid uitziende vrouw met grijs haar stond voor de poort te wachten. Schuchter liep ik naar haar toe en stak mijn hand uit. 'Hallo, bent u Madame Tourande?' Ze knikte en schudde mijn hand. 'Jazeker, en jij moet Kate zijn. Kom binnen, dan geef ik je een rondleiding.' Ik bedankte en betaalde de chauffeur, zette mijn koffers in de vestibule en liep toen achter Madame Tourande aan. Zij was degene die alle mailtjes en brieven had verstuurd, de enige persoon waar ik contact mee had gehad. Het interesseerde de Graaf waarschijnlijk niets dat er een zesentwintigste dienstmeid bij gekomen was. Ik liep achter Madame Tourande aan de hal in. Een rode gloed verspreidde zich door de enorme ruimte. Glas in lood zat in alle ramen, waardoor je slechts een glimp kon opvangen van de volgende kamer. 'Hang hier je jas maar op.' Madame Tourande wees naar een zwarte kapstok en ik trok mijn jas uit en hing hem op. We liepen verder, naar wat waarschijnlijk een van de dertig lounges was. 'Dit is de ontvangst verdieping, en die hierboven die van de Graaf.' Madame Tourande snoot haar neus in een zakdoekje dat ze uit haar borstzak had gevist. 'De derde verdieping behoort tot de zoon van de Graaf, en jullie verdieping, de verdieping van al het personeel, is op de vierde etage.' Ze verfrommelde het zakdoekje en stopte het terug in haar borstzakje. Toen keek ze me van onder haar bril aan of ik het tot nu toe begrepen had en ik knikte. 'Je komt alleen op de verdieping van de Graaf als het je gevraagd wordt. Morgen krijg je je lijst met taken.' Ze liep de houten trap op, en ik volgde haar. Ze was streng, maar niet onvriendelijk. 'Dit,' ze wees naar de gang voor ons, 'is dus de verdieping van de Graaf. Je zult hier niet vaak komen, alleen ervaren personeelsleden worden geacht hier schoon te maken.' Ik knikte, en we liepen door tot we bij een volgende trap kwamen. Onderweg zag ik tientallen deuren en gangen, dit huis leek net een paleis. De volgende trap was even groot en mooi als de vorige, alleen net iets onopvallender. De derde verdieping was dus helemaal alleen van de zoon van de Graaf. 'Mooi optrekje,' mompelde ik, maar Madame Tourande hoorde het niet. 'Hier zul je wel veel komen, Samuel hecht niet zo veel waarde aan de kwaliteit van het personeel.' Ze trok haar neus op, ik kreeg niet echt het idee dat ze hem mocht. Veel van deze verdieping kreeg ik niet te zien, ze loodste me alweer verder naar de volgende trap. Ik ving alleen een blik op van drie meisjes die een grote glazen ruimte aan het poetsen waren, maar zodra ze Madame Tourande in het oog kregen vluchtten ze gauw een andere kant op. De trap die leidde naar de etage van het personeel was steiler en smaller dan de andere twee. Ik moest mijn voeten goed neerzetten, anders donderde ik er vanaf. Madame Tourande stapte opzij zodat ik een aanblik had op mijn toekomstige woonplek. Het was iets donkerder, veel minder mooi dan de vorige etages, maar toch klassieker dan de meeste huizen in Londen. Het was de zolder, maar met grote ramen en felle lampen. De etage was verdeeld in twee grote kamers, en terwijl we erdoorheen liepen voelde ik overal ogen in mijn rug prikken. Af en toe keek ik om en zag ik mensen snel hun blik afwenden. Mijn kamer was de kleinste van de twee, en ik deelde hem met 11 andere meiden. In de tweede kamer zaten de andere 15. In totaal 31 personeelsleden, waaronder 26 meisjes. De vijf mannen die werkten voor de Graaf waren tuinman, klusjesman of kok. We waren allemaal niet ouder dan 27, zei Madame Tourande. Zij was een soort baas over het personeel, en de Graaf was dan weer háár baas. Madame Tourande wees me een bed aan en zei dat mijn koffers later die dag gebracht zouden worden. Toen liep ze weg. Ik ging op het bed zitten en veegde mijn handen af aan mijn broek. Ik was er, ik was in Londen. Eindelijk.

Ik zou het superleuk vinden als jullie op dit verhaal zouden stemmen :)

RulesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu