Hoofdstuk 25

88 10 13
                                    

Veertien februari was aangebroken. Valentijnsdag. De slaapzaal van de meisjes was weer helemaal compleet, ieder bed was bezet. Niemand leek het erg te vinden dat Carmen weg was, behalve Celia dan. Druk pratend maakten de meisjes zich op. Ik zocht in mijn tas naar een elastiekje, en ving het gesprek op tussen Celia en een nieuw, blond meisje.
'Samuel was samen met Carmen, maar ze is een tijdje naar huis. Hij is nu dus even vrij, en ik weet zeker dat hij op blondies valt,' zei Celia met een knipoog. Het meisje zuchtte. 'Hij is zo knap, maar heeft hij niet vreselijk veel aanbidders?' Celia knikte instemmend. 'Jawel, maar schat, kijk naar je lichaam. Daar houdt hij van, echt zo'n badboy,' giechelde ze en ze gaf het blonde meisje een por in haar buik. Ik rolde met mijn ogen en bond mijn haar vast in een staart. Op wat voor soort meisjes Sam viel kon me niets schelen. In mijn eentje liep ik de kamer uit en liep naar het kantoor om mijn takenlijst op te halen. Het was zaterdag, en we mochten iets eerder weg. Om twee uur zou ik vrij zijn. Na een paar minuten in de rij gestaan te hebben pakte ik mijn takenlijst aan en bekeek de eerste taak: Sam zijn kamer schoonmaken, en daarna het washok. Zuchtend liep ik naar de tweede verdieping en begaf me naar Sam zijn kamer. Hij was weer mijn baas, en ergens schaamde ik me daarvoor. Hopelijk was hij er niet.

Toen ik bij zijn kamer aankwam lag er een stapel cadeautjes voor de deur. Drie giechelende, waarschijnlijk nieuwe meisjes legden er een roze brief bij, en een doos bonbons. Ik gromde en duwde ze aan de kant om bij de deur te komen. In dit zwijmelachtige gedoe had ik geen zin. 'Bitch,' mompelde het meisje dat ik nog nooit had gezien. Boos draaide ik me om. 'Wat zei je?' Ze rolde met haar ogen en bekeek haar nagels. 'Zak er lekker in,' mompelde ik gefrustreerd. 'Problems, ladies?' Sam leunde nonchalant tegen de muur naast de deur en sloeg ons glimlachend gade. Ik had hem niet zien aankomen. 'Je hebt fans,' gromde ik tegen hem. De meisjes giechelden nogmaals en ik moest moeite doen om niet gewoon om te draaien en weg te lopen. 'We hebben je een paar cadeautjes gebracht,' zei de blondie die me een bitch had genoemd flirterig, en ze wees naar de stapel cadeaus. Toen was ik het zat, deed de deur open en smeet hem met een smak weer dicht. Ik was verbaasd over mijn eigen gedrag, zo gewelddadig was ik niet. '..kan er niet tegen dat wij...' Ik verstond de helft en richtte me op het dweilen van de kamer. Een paar minuten later kwamen de blondies en Sam binnen. Hij droeg de stapel brieven en cadeaus en legde ze op de tafel. Ondertussen keek hij niet naar de andere meisjes, maar naar mij. Omdat we met zijn vieren de kamer moesten schoonmaken, had iedereen zijn eigen taak. Ik moest dweilen, en daar was ik nu mee klaar. Zwijgend pakte ik mijn schoonmaakspullen bij elkaar en wilde de deur uitlopen. Een warme, sterke hand hield me tegen. 'Kan je vanavond komen?' Zijn ogen stonden hoopvol. De blondies staarden ons met open mond aan. Ik knikte naar hen. 'Heb je geen date?' Het kwam er bot uit en beschaamd keek ik naar mijn voeten. Hij liet me los en keek me gekwetst aan. Ik wreef in mijn nek, hij kon er ook niets aan doen dat alle meisjes hem leuk vonden. Behalve ik natuurlijk. 'Sorry,' mompelde ik. 'Waarheen?' De glimlach brak weer door toen hij antwoord gaf. 'Het plekje in de tuin, acht uur.'

Het was al lang donker toen ik met veel gepuf de zware tuindeur opende. In februari begon het in Londen om ongeveer half zes te schemeren, en om zeven uur was het echt helemaal zwart buiten. Met de zaklamp die ik zojuist nog even mee had gegrist uit het hok bescheen ik het pad voor me, al hielp dat niet veel. Het was windstil, maar toch behoorlijk koud. Het maanlicht gaf een spookachtig effect op het pad en ik keek af en toe schichtig om me heen. Een donker, verlaten tuinpaadje was de perfecte plek voor een psychisch gestoorde om toe te slaan.. handig Kate, om dit nu pas te bedenken. Ik begon te rennen, steeds sneller en sneller tot ik bijna bij het plekje was. Maar natuurlijk stak er een tak uit en struikelde ik erover. Met een zachte plof viel ik languit op de grond, hevig vloekend. Zuchtend trok ik mijn broek een stukje op en bekeek de schram op mijn been. Het maanlicht viel door een spleet tussen de bomen, en verlichtte een stukje bos. Een silhouet verscheen vanachter de boom en verduisterde al het maanlicht. Trillend keek ik hoe hij dichterbij kwam, en gilde. Het was de ontvoerder, het kon niet anders. Pas toen hij uit de donkere schaduwen van de boom was gestapt zag ik goed wie het was. 'Sam,' zuchtte ik opgelucht. Heel even had ik gedacht dat het echt voorbij zou zijn, en dat was heel erg akelig geweest. 'Kom, ik help je even overreind.' Ik schudde mijn hoofd. 'Nee, nee we moeten terug naar het huis. Het is hier niet veilig!' Ik viel stil en keek Sam angstig aan. We draaiden ons allebei tegelijk om en luisterden met gespitste oren naar de zachte, onbekende voetstappen die steeds dichterbij kwamen.

RulesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu