De verschrikkelijke ziekte

26 4 2
                                    

POV Brigitte

Het geluid van mijn ringtone haalt mij uit mijn slaap. Slaperig tast ik het nachtkastje af op zoek naar mijn gsm. Wie belt er mij nu op dit uur? Ik had mij toch ziek gemeld gisteren. Op het scherm zie ik Eric zijn naam staan. Eric belt nooit zomaar, dus het moet erg belangrijk zijn. ''Ja schat?'' 
Ik wrijf enkele keren in mijn ogen ''Wat scheelt er Eric? Ik voel dat er wat scheelt.'' ''Brigitte, ik wil dat ge wat voor mij doet. Kunt ge vandaag met Emma naar het ziekenhuis gaan?'' ''Waarom?'' 
''Doe het nu maar gewoon. Ik kom ook af.'' Met een verwarde blik leg ik mijn gsm af. Wat scheelt er met Emma, waarom moet ik met haar naar het ziekenhuis en vooral waarom doet Eric zo mysterieus. Met een diepe zucht sla ik de dekens van mij af. Op rap tempo doe ik mijn jeans en trui aan. Nogmaals wrijf ik slaperig in mijn ogen, een geeuw kan ik nog net onderdrukken waardoor ik mijn hand wel voor mijn mond moet slaan. Wat is dit een ruwe manier van iemand wekken zeg. Op mijn tenen sluip ik naar Emma haar kamer, ik open de deur zo zachtjes mogelijk. Het gekraak van de deur haalt Emma uit haar slaap. ''Mama?'' Met een vragende blik en slaperige oogjes kijkt mijn meisje mij aan. ''Ja schat, mama is hier. Luister, kleed u nu zo vlug mogelijk aan oké?'' ''Waarom mama?'' ''We moeten naar het ziekenhuis.'' Met een vragende blik kijkt ze mij aan, haar ogen staan triest. ''Ik wil niet naar het ziekenhuis mama.'' ''Ik weet het schat. Kom kleed u aan.'' Langzaam slaat Emma de dekens van haar af. Het aankleden duurt langer dan normaal waardoor ik wat geïrriteerd raak. ''Kom aan Emma, we hebben niet de hele dag de tijd.'' Bezorgd kijk ik haar aan als ik merk dat ze wat moeite heeft met ademhalen. Met een piepende ademhaling kleed Emma zich aan. Heeft Eric al die tijd een voorgevoel gehad? Haar longen zijn toch niet terug hé.... Verdomme.... Voorzichtig pak ik haar handje beet en knijp erin. ''Emma, zet u neer.'' Dankbaar kijkt ze mij aan, haar benen trillen. We zullen hoe dan ook naar de wagen moeten, desnoods til ik haar de hele weg. ''Schat, haal rustig adem.'' Voorzichtig knikt ze terwijl ze naar adem hapt. De paniek is in haar ogen af te lezen. Halen we het ziekenhuis nog wel? Kan ik niet beter de 100 bellen?  Kan ik niet beter Luc bellen? Hij staat onder mijn sneltoets, voor noodgevallen. Met trillende handen pak ik mijn hand  vast terwijl ik angstig naar Emma kijk. Hou vol meisje, hou vol... Met  een bevende stem neem ik de telefoon op. ''Luc, ge moet nu komen er is iets met Emma.'' Vechtend tegen de tranen probeer ik sterk te blijven voor mijn dochter. ''Ho, wacht Brigitte ik kan niet volgen. Vertel eens rustig, wat scheelt er?'' ''Ze... ze ademt heel moeilijk en....'' Paniekerig kijk ik naar mijn dochter. ''En... Luc, ze kan niet meer op haar benen staan.'' ''Waar ben je nu?'' ''Bij ons thuis.'' ''Brigitte, blijf waar je bent ik kom er direct aan!'' Ik zet mij neer naast Emma en pak haar hand beet, met mijn andere hand wrijf ik over haar arm. ''Sterk blijven lieverd.'' Ze knikt en kijkt mij met verdrietige ogen aan. Met gillende sirenes komt een ambulance de hoek om gereden. Dat zal Luc zijn. De deurbel rinkelt doorheen het huis. Op rap tempo wandel ik naar beneden, de trap af. ''Brigitte, waar is ze?'' ''Boven.'' ''Oké, mannen schep brancard, zuurstof en een baxter, 100 ml en rap een beetje. Mijn hart breekt in duizend stukjes, ik sla mijn handen voor mijn ogen en begin te wenen. Tranen vloeien over mijn wangen. ''Luc, het is toch niet wat ik denk?'' Snikkend veeg ik mijn tranen weg terwijl de ambulance broeder naar boven toe loopt. ''Ik weet het niet Brigitte, laat ons nu maar gewoon ons werk doen oké?'' Langzaam knik ik met mijn hoofd terwijl Luc naar boven sprint. Op langzaam tempo volg ik hem. Twijfelend of ik deze gebeurtenis wel wil zien zet ik mij toch maar in de kamer. Wat ik daar zie breekt mijn moederhart. Meerdere slangetjes liggen om Emma heen, de hartmonitor is aangesloten en ze heeft een masker op haar gezicht. Haar ogen zijn gesloten. Met een zwaai wordt ze op de schepbrancard getild. Rap pak ik haar hand beet. ''Mag ik mee in de ambulance?'' ''Ja, ge moogt mee maar wel van voor Brigitte.'' Ik knipper met mijn ogen als teken dat ik het begrepen heb. Als Emma in de ambulance wordt gereden neem ik plaats van voor. Met gillende sirenes rijden we weg, richting het ziekenhuis. Eric, shit ik moet Eric bellen... Met trillende handen en tranen die over mijn wangen lopen toets ik Eric zijn nummer in. ''Eric, ge moet nu naar de intensieve gaan.'' ''Brigitte, wat scheelt er?'' ''Emma, het gaat niet goed.'' ''Ik kom er nu direct aan! Brigitte, wacht op mij bij de ingang oké?'' ''Oké.'' ''We komen hier samen doorheen lieverd, echt waar.'' ''Ik hoop het Eric, ik hoop het.'' ''Hou vol lieverd, ik ben er direct.'' Met tranen die nog steeds over mijn wangen lopen, leg ik af. Ik bijt op mijn nagels, het doet zeer maar het kan mij niks schelen. Als de ambulance stil staat, stap ik uit. Emma wordt uit de ambulance gereden. Even pak ik haar hand beet. ''Komaan meisje, wees sterk. Doe het voor mama.'' Ik geef haar een kus op haar voorhoofd waarna ze naar de intensieve wordt gereden. 

POV Eric

Vol gas rijdt ik weg bij het politiekantoor. Dat mijn collega's nu mijn onbezonnen rijstijl kunnen zien kan mij niks schelen. Voor het stoplicht trap ik bruut op mijn rem. ''Shit!'' Met mijn hand op de claxon kijk ik om mij heen. Het licht is inmiddels al op groen gesprongen. ''Komaan mannen, ik heb haast.'' Enkele vuile blikken worden mijn kant op geworpen. Vuil kijk ik ze terug aan, waarna ik met mijn vinger op mijn voorhoofd tik. Het laatste wat ik nu kan gebruiken is een verkeersruzie. Met gierende banden kom ik tot stilstand bij het ziekenhuis. Ik smijt het portier van de wagen dicht en loop op rap tempo naar de ingang. Voor mij zie ik Brigitte zenuwachtig heen en weer lopen. Haar blik staat paniekerig en ze is op haar nagels aan het bijten. ''Eric!'' Haar blik veranderd voor even in een zachte glimlach. Vlug geven we elkaar een zoen op de mond. ''Lieverd toch, wat is er allemaal aan de hand?'' ''Ik heb zo een schrik Eric, echt waar!'' ''Lieverd, het komt allemaal wel weer goed.'' Zachtjes pak ik haar hand beet waarmee ze op haar nagels aan het bijten is. De littekens zijn nog altijd zichtbaar op haar pols. Eventjes breekt mijn hart in een heleboel stukjes. Ik knijp in haar hand. ''Kom hier.'' Zachtjes sla ik mijn andere arm om haar schouders heen. ''Ze komt er wel door Brigitte, echt.'' Tranen glijden over haar wangen en ook ik voel mijn ogen prikken. Voorzichtig wrijf ik over haar rug. ''Eric, het was zo eng. Ze... ze kreeg geen adem meer. Het is toch niet wat ik denk? Het is toch niet terug? Eric, zeg mij dat ik droom.'' Ze legt haar hoofd tegen mijn schouder waarna ik door haar haren strijk. Stilletjes staan we daar te wachten in de wachtzaal. Eindelijk komt Luc naar ons toegelopen. ''Eric, Brigitte ik wil dat jullie je even zetten. Ik heb geen goed nieuws.'' Verslagen kijken we elkaar aan terwijl we ons neer zetten op een van de stoelen in de wachtruimte. Brigitte trilt van top tot teen. Liefdevol streel ik haar over haar schouders heen terwijl ik zelf zo sterk mogelijk probeer te blijven. 
''Emma heeft opnieuw een longontsteking gehad maar deze was erger dan de vorige keer. Er is nog maar een ding wat haar kan redden, een longtransplantatie in het buiteland.'' ''Neen, Luc zeg dat het niet waar is. Dat kan niet!'' Huilend valt Brigitte mij in de armen. Met mijn handen streel ik zachtjes over haar rug. ''Luc, is ze wakker? Mogen we haar zien?'' ''Ja jullie mogen haar zien. Ik laat jullie even alleen.'' Ik wist het verdomme, al die tijd wist ik het gewoon. Mijn armen sla ik stevig om Brigitte heen waarna we samen naar Emma haar kamer wandelen. 

Forever a mum (1)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu