Hoofdstuk 19: Klootzak

14 1 0
                                    

Hoofdstuk 19: Klootzak

        Mijn voeten tikken met het ritme van de klok mee terwijl ik ondersteboven op mijn bed lig en mijn benen tegen de muur heb gegooid. Een zeer onbehouwen houding, zullen sommigen zeggen. Maar tegelijkertijd de houding waar mijn hersenen het beste mijn overvolle gedachtes weten te verwerken.

        Het is inmiddels al twee dagen geleden dat de bus de parkeergarage naast de school op reed. Terwijl iedereen uitgebreid zijn tijd nam om hun spullen te pakken, maakte ik in hoog tempo dat ik weg kwam. De buschauffeur keek hoofdschuddend op toen ik met twee handen mijn tas uit zijn handen griste. Hij zal wel hebben gedacht: haast op de heenweg en haast op de terugweg. Haar planning zou wel overvol zitten. Integendeel; de afgelopen twee dagen heb ik geen moer uitgevoerd.

        "Ik ben moe," had ik gezegd tegen mijn ouders en zusje toen ze vroegen of ik geen afscheid moest nemen. "Heb ik al gedaan, het was heel gezellig." Dat was zeker geen leugen – het was ook gezellig, alleen de afsluiting was in het water gelopen. No way dat ik midden op de parkeergarage een uitgebreid gesprek ging houden over waarom Louise kwaad op mij was en Rafael... wel? Wat was hij eigenlijk? Een vriend? Of simpelweg slechts een klasgenoot?

        Na een volle week van socialisatie wilde ik me het liefst gewoon lekker opsluiten in mijn kamer. Ik heb Riana wel drie keer de deur moeten wijzen toen ze opgetogen mijn kamer binnen kwam, smachtend naar de verhalen over het schoolreisje. Ze kon niet wachten totdat zij 'oud' was en ook dat soort dingen mocht doen. Alleen zonder ouders en je vriendinnen naar het buitenland; super cool.

        Ik keek terug met enige jaloezie. Ik wenste dat ik nog zes jaar jong was. Alles lijkt ideaal en geweldig, ze zien de wereld door een roze bril. Nou moet ik zeggen dat ik ook positief ben aangelegd, alleen een simpeler perspectief zou ik niet afwijzen.

        "Ella, kom op nou. Over een twintig minuten moet je op school zijn." Mijn moeder komt mopperend mijn kamer ingelopen terwijl ze instinctief de zwijnenstal op begint te ruimen. "En je hebt nog je pyjama aan, je lijkt wel deprissief."

        "Ben ik ook," grap ik terwijl ik mezelf van het bed af rol. "Maandagen zijn nou eenmaal deprimerend."

        Ze perst hoofdschuddend haar lippen op elkaar en gooit een kussen van de grond op het ongemaakte bed. "Nou, hup, trek wat aan en maak je klaar. O wee als ik dadelijk een gestreste tiener door het huis heb stommelen, alleen maar omdat ze d'r bed niet uit kan komen."

        Ik kreun in protest en zet mezelf met moeite neer op twee benen. Mijn telefoon, die ik de hele ochtend aan de lader heb laten liggen zonder te kijken, gris ik van mijn nachtkastje, waarna ik hem direct ik mijn tas stop.

        "Oh gunst, moet je de rest van je tijd niet verspillen aan dat geval?" zegt mijn moeder spottend terwijl ze verder gaat met opruimen.

        "Ha-ha," lach ik quasi terug.

        "Wat ben jij toch grimmig, de afgelopen dagen. Mis je de vakantie zo erg? Gelukkig zie je je vrienden vandaag weer, niet?"

        Ik krap aan mijn hoofd en kijk naar de grond, haar blik vermijdend.

        "Hé, schat, is er iets mis?"

        Ik haal lusteloos mijn schouders op. "Ik heb ruzie met Louise."

        Ze laat zichzelf op het bed naast mij vallen. "Oh, wat vervelend. Wat is er gebeurd?"

        Voor de tweede keer haal ik mijn schouders in de lucht, te lui om het voor de tweede keer uit te leggen. "Het komt heus wel goed, ik weet hoe Louise kan zijn, maar toch. Het is gewoon naar om weer naar school te gaan zonder iemand waar je op terug kan vallen."

The BucketlistWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu