Tobias

127 7 0
                                    

Vanochtend voelde ik me weer wat vrolijker en lichter worden. Maar nu is dat gevoel weg en heeft het plaatsgemaakt voor een grote bezorgdheid. Dat komt door verschillende dingen: Waarschijnlijk gaan ze degene die David heeft vermoord heel zwaar straffen en ik moet voorkomen dat ze erachter komen dat ik dat ben. En Tris moet rusten, ze is zich de laatste tijd teveel aan het inspannen. Ze had bijvoorbeeld vanochtend niet in de rolstoel helemaal naar mij toe moeten komen, want daarna zag ze er erg vermoeid uit. Met deze gedachten loop ik de kantine in. Ik sluit achteraan in de rij en schep wat op. Ik kijk om me heen of ik ergens Zeke en Shauna kan vinden maar ik moet mezelf teleurstellen. Ik loop naar een lege tafel achterin de hoek. Als ik ga zitten komen er nog twee mannen naast me zitten. Ze zijn in een druk gesprek: ‘Ik heb geen idee wie het gedaan zou kunnen hebben, maar ze zeiden dat ze wel zo hun vermoedens hadden.’ Zegt een van de mannen. ‘Ik hoop dat ze degene zwaar straffen, dat heeft hij wel verdient. Zomaar de directeur vermoorden!’ Zegt de andere man verontwaardigt. Ze hebben echt geen idee over hun verleden, dat ze werkten aan een project waarbij ze honderden mensen vermoordden. Ik buig me steeds dieper over mijn dienblad en raak in een lichte paniek. Want ik weet waar deze mensen het over hebben.

Ik heb het gevoel dat ik er heel schuldig uit zie, dat ze kunnen merken dat ik het heb gedaan, maar de mannen lijken niks in de gaten te hebben. Gelukkig maar. Een van de mannen krijgt mij in het oog.Hey.’ Zegt hij, in een poging om vriendelijk te klinken. ‘Hallo.’ Zeg ik terug. Ik heb absoluut geen zin in een gesprek met een van deze mannen. ‘Ik ben Julius, werd me verteld, en waarschijnlijk mijn vriend hier, heet Robby.’ Het is bijna grappig dat ze niet eens wisten hoe ze heten en met wie ze bevriend waren. Gelukkig zijn alle mensen meteen behandelt, ze hebben iedereen een andere naam gegeven en meteen in een systeem gezet. Zodat het officieel bewezen word dat ze zo heten, mochten ze het vergeten. Ook werd hun verteld wie hun vrienden en familie waren. Hun hele geschiedenis werd half verzonnen. Het was alsof het robots waren die geregistreerd moesten worden. Maar zo voorkwamen we een heleboel chaos, en dat is maar goed ook. ‘En wie ben jij?’ vraagt Robby, als ik geen antwoord geef. Ik moet niet schuldig lijken, dus doe ik alsof ik een aardig en open iemand ben. ‘Aangenaam kennis te maken,’ zeg ik met een nepglimlach, ze lijken het niet door te hebben. ‘ik ben Tobias Eaton.’ Die naam heb ik lang niet meer uitgesproken, ik moet even slikken, maar ik blijf in mijn rol. ‘Heb je het al gehoord?’ vraagt Julius. ‘De directeur is vermoord.’ Zegt hij op fluisterende toon. Ik doe net alsof ik het vreselijk vind. ‘Nee, echt waar?’ ik zet een geschokt gezicht op. Julius knikt. ‘Robby en ik zijn er om de zaak uit te zoeken.’ Ik weet even niet wat ik moet zeggen. ‘Hoe bedoel je?’ Vraag ik verwart. ‘Ik bedoel,’ begint Julius. ‘Dat wij zijn gevraagd, om de dader zo snel mogelijk te vinden en aan te houden.’Ik raak een beetje in paniek en begin zenuwachtig aan mijn brood te frunniken. ‘Wat word de straf als jullie hem vinden?’ vraag ik behoedzaam. ‘We denken erover om hem of haar te laten kiezen tussen zware lijfstraffen of om diegene zijn leven te laten beteren en opnieuw te beginnen door het Zelfverloocheningsserum.’ Even zie ik niks meer, alles word zwart voor mijn ogen en mijn hoofd bonkt. Ik weet niet meer wat boven of onder is, het enige wat ik voel is het bonken van mijn hart. Maar na een paar tellen kijk ik weer recht in de ogen van Julius. Robby kijkt me onderzoekend aan. ‘Gaat het wel? Je ziet een beetje bleek.’ Mijn hoofd tolt en ik krijg het benauwd. Ze mogen het niet ontdekken, ik kan Tris niet vergeten, dat mag niet. Als ze het ontdekken kies ik voor de zware lijfstraffen. Robby kijkt me nog steeds onderzoekend aan, ik word er zenuwachtig van. Alsof schuldig in koeienletters op mijn voorhoofd staat. ‘Relax.’ Zeg hij. ‘Ik bedoel, jij hebt het toch niet gedaan?’ Julius en Robby beginnen allebei te lachen, ik weet niet waarom, maar ik lach met een bekrompen gezicht net zo hard mee. Misschien dat dat me wat minder schuldig maakt. Het lijkt te werken. Robby lijkt zich nu gelukkig te ontspannen en zeurt niet meer over hoe het met me gaat. Julius glimlacht naar me. ‘Je lijkt me een aardig persoon, Tobias. Zin om een keer iets leuks te gaan doen met ons? Misschien een korte vlucht in het vliegtuig als dat mag.’Ik voel dat ik het ongemakkelijk begin te vinden, ik kan geen vrienden worden met de personen die mij uiteindelijk zware lijfstraffen gaan geven. Ik glimlach even naar hun, ik was bijna vergeten dat ik een open en aardig iemand speelde. ‘Het spijt me, maar ik heb het veel te druk. Ik heb geen tijd voor dat soort dingen. Mag ik me nu excuseren?’ Julius lijkt even van zijn stokje gebracht. ‘Eh ja natuurlijk, zoek je ons op wanneer je wel tijd hebt?’ vraagt hij nog. Ik geef een kort knikje. Nooit dus. En dan loop ik snel weg. Als ik de kantine uit ben, besef ik dat ik vergeten ben wat eten voor Tris mee te nemen. Snel loop ik de kantine weer in, ik hoef me geen zorgen te maken over Julius en Robby, want die zitten nog steeds achterin de kantine te kletsen. Ik pak veel te veel eten, maar beter te veel dan te weinig. En ze zal vast ook wel honger hebben. Als ik klaar ben, loop ik eindelijk de kantine uit. Weg van de twee mannen.

 

Allegiant part 2- Happily ever afterWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu