Hoofdstuk 2

374 18 1
                                    

"Jullie zijn Beroeps, en Beroeps winnen het vaakst." Cato bromt wat. Ik kijk naar hem. Hij is eigenlijk best knap. Enobaria kijkt Brutus aan en fronst. "Dit wordt niet wat. Laten we gaan eten." Ik sta op en loop achter hen aan, terwijl Cato blijft zitten. Ik voel hoe hij me aanstaart terwijl ik onze mentoren achtervolg.

We eten zwijgend. Het eten is geweldig, veel beter dan thuis. Kip met een pittig sausje, rijst en felgekleurde groentes waarvan ik de naam niet weet. En alles in overvloed. We kunnen alles eten wat we maar willen, geen limiet. Dan besef ik dat ik de enige aan tafel ben die dat heeft. Brutus en Enobaria zijn rijk genoeg om dit te veroorloven, Lalini woont zelf in het Capitool, en Cato zit nog in de andere coupé te mokken.

Na een kwartier, als wij bijna klaar zijn, komt Cato eindelijk binnen. Hij laadt zijn bord vol eten, en begint het naar binnen te werken. In tegenstelling tot mij heeft hij geen belangstelling voor de maaltijd zelf, alleen voor het feit dat hij eten krijgt. Niet dat hij altijd met een lege maag naar bed ging. Ik veeg mijn mond af aan het sneeuwwitte servet en laat er witte vlekken op achter. "Jongens, ik heb-" Lalini kijkt vol afschuw naar Cato. Oh ja, zij bestaat ook nog. "Ik heb goed nieuws! We komen aan bij het Capitool binnen een uur!" District 2 is dicht bij het Capitool, vandaar dat we er zo snel zijn.

Na een uur is het donker in de trein. We zijn nu in de tunnel in de bergen die het Capitool afscheiden van de rest van Panem. Binnen vijf minuten zal ik het dan eindelijk echt zien, het Capitool, die stad vol pracht en praal. En niemand heeft erover gelogen. Lalini kijkt trots. "Mooi he?" Alsof het haar stad is. Al die mensen zijn niet echt mooi. Blauw haar, snorharen, varkensneuzen, groene huid, het kan niet op. Het lijkt wel een verdwaald circus. Ze juichen, gaan uit hun dak als ze de tributentrein zien, zeker als ze zien dat hij uit District 2 komt, aangezien ons district het favoriete district is.

We worden meteen naar het voorbereidigscentrum gebracht, waar ze ons klaar zullen maken voor de intocht. Mijn stylisten beginnen me te ontharen, van top tot teen. Er mag geen enkel haartje meer op mijn lijf zitten, alleen mijn kapsel, mijn wimpers en mijn wenkbrauwen, maar die moeten allemaal perfect zijn. Alle overbodige haren worden weggehaald. Als ze klaar zijn, voelt het alsof ik in de fik sta. Daarna mijn make-up. Ik zie niet precies wat ze doen, de helft van de tijd moet ik mijn ogen dicht hebben. Met mijn haar zijn ze aardig snel klaar. Het is opgestoken in een simpele knot boven op mijn hoofd. Mijn voorbereidingsteam verlaat de kamer, en ik wacht op mijn stylist.

How to kill the girl on fire? (Dutch)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu