Help me alsjeblieft

988 39 1
                                    

TW: sh

Matthy's POV:

Het is een dag na de wedstrijd. Robbie is gisteravond thuisgekomen en is sinds dien niet meer van zijn kamer gekomen. Het is kwart over 4 's middags en ik lig in m'n bed. Ik voel me kut. Ik denk steeds meer aan Sofie en dat Robbie zich zo slecht voelt helpt ook niet mee. Ik bedenk me dat ik de hele dag nog niet uit mijn bed ben gekomen en dat het tijd is om iets te gaan doen. Ik stap uit mijn bed en loop naar de badkamer, snel gris ik een boxershort mee en sluit dan de badkamerdeur. Ik zet de douche aan, kleedt me uit en stap erin. Als ik net sta te genieten van het warme water dat over mijn lichaam stroomt verschijnt er een waas voor mijn ogen.

"je doet het verkeerd Matthyas. Niemand heeft zin in jou. Verdwijn, en de wereld zal een stukje mooier worden. Mensen hebben last van je. Kijk naar het lichaam van Koen, hij is een stuk dunner dan jij. Raoul heeft een liever karakter, en is zorgzaam. Robbie is altijd vrolijk en Milo heeft een mooie lengte. Jij Matthyas? Jij hebt niks van dit alles."

Als de waas langzaam verdwijnt merk ik dat ik lig. Ik lig in de douche. Ik voel de tranen over mijn wangen stromen. Ik krijg mezelf, en mijn ademhaling niet onder controle, tot mijn blik op het scheermesje valt. Heel langzaam trek ik mezelf overeind, pak het scheermesje en laat me weer zakken.

"dit is de enige oplossing Matthyas. Doe jezelf pijn. Straf jezelf. Je verdient het."

Ik pak het mesje stevig vast en zet het zonder enige twijfel in mijn onderbuik. Mijn lelijkste lichaamsdeel. Ik trek het mesje door tot aan de andere kant van mijn buik. Het bloed mengt zich meteen met water en stroomt weg. Ook al doet het vreselijk veel pijn, het voelt goed om mezelf te straffen. Ik herhaal de beweging met het mesje, net onder de oude snee. En nog een keer, en nog een keer, en nog een keer, en nog een keer.

Zes rode krassen, onder elkaar op mijn onderbuik. Ben ik er trots op? Zeker niet. Had ik dit even nodig? Absoluut. Ik kijk naar de doucheknop. Het kan erger. Ik twijfel even, maar ik verdien het. Zonder erbij na te denken draai ik de knop op het aller heetst. Na een paar seconden brandt mijn hele lichaam. Het voelt slecht en goed tegelijk. Ik doe mijn ogen dicht en probeer me niet te focussen op de sneeen, die nog wel het meest branden. Ik probeer mijn ogen strak dicht te knijpen, zodat mijn tranen geen mogelijkheid hebben om weer te gaan rollen. Het werkt niet.

"Ik lig in de douche, onder bloedheet water, het uit te schreeuwen van de pijn. De pijn van mijn sneeen, en mentale pijn. Ik ga kapot. Maar toch is het even het fijnste gevoel dat er bestaat. Ik snap het niet. Ik snap niet waarom ik dit wil. Ik kan niet anders. Wat is er dan? Ik weet het niet. Ik weet niet wat er is. Dat is het erge."

Langzaam hijs ik mezelf overeind. Ik zet de douche uit, en loop uit de douchekabine. Ik droog me een beetje af en doe mijn boxershort aan. Dan pas zie ik de gigantische sneeen op mijn buik, en dat het bloed eruit gutst. Kut, dit is teveel bloed. Ik zet mijn handen op mijn buik in de hoop dat het stopt. Langzaam begin ik wazig te zien. Ik probeer me met mijn inmiddels bebloede hand vast te pakken aan de wastafel. Alles wordt wazig en ik voel me ligt in mijn hoofd. Ik hoor nog snel een harde klap net voor ik niks meer opneem.

Robbie's POV:

Wat was die klap? Ik schrik op. Ik heb geen idee waar het vandaan komt. Ik klop aan bij Koen. 'Binnuh' Hoor ik hem brommen. 'Hoorde jij die klap ook?' Vraag ik gestrest. 'Nee', hij draait zijn stoel om naar mij. 'Wat voor klap?' Dit duurt te lang, ik ren weg uit zijn kamer en open de eerste de beste deur, de badkamer. Als ik de deur opentrek komt er een wolk van stoom uit de ruimte. 'Jesus apentering wat heet hier', zeg ik terwijl ik het rook probeer weg te slaan. Als het een beetje is verdwenen zie ik iemand liggen. 'MATT!' Ik kniel bij hem neer en pak zijn pols. Zijn hart klopt nog. 'KOEN, ROEL SNEL'. Schreeuw ik uit de badkamer. 'Bel 112.' Zeg ik zelfverzekerd als Koen als eerst binnenkomt, en zich kapot schrikt. Hij knikt en rent weer weg. Dan komt Raoul binnen. 'Roel help ik weet niet wat er met hem is', zeg ik terwijl de tranen in mijn ogen branden. Raoul schrikt ook. Blijf bij hem, ik haal een glas om hem water te geven. Ik knik en zie Raoul weglopen.

Ik ben nu alleen met Matthy. Zijn handen liggen keurig opgevouwen over zijn buik. Ik til een van de handen iets op, en schuif mijn hand erin. Dan voel ik dat die vochtig is. Dat kan niet, hij is helemaal droog. Ik til zijn hand op. Kut, alles onder het bloed. Ik trek snel de handen van zijn buik en zie dikke, rode lijnen over zijn onderbuik trekken. Dit is waarschijnlijk de reden van het flauwvallen. Ik hoor Raoul de trap opstampen en gooi snel de handdoek over zijn buik, omdat Matt vast niet wil dat iedereen het ziet. Ik heb het er later wel met hem over.

Matthy's POV:

Ik hoor iets. Volgens mij zijn het stemmen. Ik probeer mijn ogen open te doen maar mijn oogleden voelen daar te zwaar voor. Ik ontspan. Ik lig best lekker. Opeens voel ik dat mijn hand vastgehouden wordt, ik probeer er in te knijpen. Ik weet niet of diegene het voelde. Het lukt niet om harder te knijpen. Ik wil praten, ik doe mijn mond open. Of ja, ik probeer mijn mond open te doen, want zelfs dat lukt niet. Dan niet, denk ik bij mezelf. Opeens herken ik een van de stemmen. 'R-Rob?' Proberen mijn lippen te zeggen. Geen reactie. Ze horen me niet. 'R-Rob'. Probeer ik nog een keer. Ik voel warme adem in mijn gezicht. Langzaam krijg ik een oog open. Ik zie bezorgde, betraande oceaanblauwe ogen boven me hangen. Het is inderdaad Robbie. 'Rob-b'. Probeer ik weer. 'Ja Matt, ik ben bij je'. Hij glimlacht als hij ziet dat het goed gaat. Ik wil overeind komen maar wordt teruggeduwd. Door Koen. 'Blijf maar liggen maatje', zo meteen kan je opstaan. Ik kijk om me heen. Ik lig in mijn bed. Koen, Raoul en Robbie zitten ook op dat bed. Ik kijk naar Robbie, hij ziet er bezorgd uit. Zou dat om mij zijn? Zou er iemand om me geven?



Deel 4 is coming soonnnnnn kusjess


Ik verdrink in mezelfWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu