Hoofdstuk 14

460 14 0
                                    

I-is hij d-dood? Dit kan niet waar zijn, dit mag niet waar zijn. Ik kan niet zonder hem. De tranen trollen over mijn wangen. Het voelt alsof mijn leven voorbij is. Dan voel ik opeens dat iemand in mijn hand knijpt. Ik kijk weer naar Matthy en zie dan dat hij langzaam zijn ogen opent en kijkt dan naar mij. "M-matthy" kan ik er uit brengen. Een waas van opluchting komt naar boven. "Jezus man ik dacht dat je dood was" zegt Koen dan en lacht van blijdschap. Zonder er bij na te denken geef ik Matthy een knuffel. "Het spijt me zo, zo erg Matthy. Het is allemaal mijn schuld dat je hier ligt" zeg ik snikkend. Hij knuffelt me terug. "Soof, het is helemaal niet jouw schuld. Wil je dat alsjeblieft onthouden" Ik knik en hij geeft me een kus op mijn voorhoofd.

Dan komt de dokter binnen en doet dan een paar testjes bij Matthy. We lopen de kamer weer uit en vertellen de jongens het goede nieuws. "We krijgen straks te horen hoelang Matthy hier moet blijven" zegt Koen. De jongens kijken blij. Na ongeveer een kwartiert gewacht te hebben komt er een dokter naar ons toe gelopen. "Jullie zijn er voor Matthyas?" We knikken. "Kom maar mee" we lopen achter de dokter aan. We lopen naar Matthy zijn kamer en lopen dan met zen allen naar binnen toe. De jongens geven hem allemaal een knuffel. "We waren zo ongerust" zegt Robbie.

We pakken nog wat stoelen zodat iedereen kan zitten maar we komen één te kort. "Kom maar bij me op bed zitten" zegt Matthy dan. "Vind je dat niet erg?" Zeg ik twijfelend. "Nee joh, juist gezellig" hij geeft me een glimlach en ik ga voorzichtig naast hem zitten. Hij doet zijn arm om me heen en voel dat ik een beetje moet blozen. We zitten te wachten op de uitslag. Matthy verteld dat de dokter zijn wond net heeft gehecht. "Doet het nog veel pijn?" Vraagt Milo. "Een beetje, maar ik heb ook pijnstillers gekregen" ik leg mijn hoofd op Matthy zijn schouder en zie dat er een lach op zijn gezicht verschijnt, zo lief. Koen kijkt me dan aan met een lieve glimlach, zou hij weten dat ik Matthy leuk vindt?

De dokter komt binnen lopen. "We hebben je uitslag" hij schraapt zijn keel. Mijn hartslag gaat omhoog. Matthy merkt dat ik het spannend vindt en legt dan zijn hand op mijn been. "Er is niets ernstigs aan de hand" ik voel mijn spanning meteen zakken en zucht uit opluchting. "Je krijgt nog wel wat pijnstillers mee voor je wondt. We willen je nog wel graag vanavond in het ziekenhuis laten slapen. Gewoon voor de zekerheid" zegt de dokter. Morgen kijken we dan even hoe het gaat en mag je weer naar huis toe. Ik ben blij dat het goed met Matt gaat, alsnog voel ik me wel schuldig...

"Er mag maar één iemand blijven, de rest moet ik helaas verzoeken naar huis te gaan." Zegt de dokter. De hij loopt dan de kamer weer uit. "Wil je dat er iemand blijft slapen?" Vraagt Raoul aan Matthy. "Zou het wel fijn vinden" antwoordt Matthy. Dan kijkt hij naar mij. Wilt hij dat ik blijf slapen? "Wil je misschien bij me blijven slapen?" Mijn hart maakt een sprongetje. "Ja hoor, als de rest dat niet erg vind?" Vraag ik onzeker. "Nee hoor vind het prima" zegt Rob. De rest vind het ook goed. Matthy glimlacht lief naar me "Gezellig" zegt hij dan en ik glimlach terug. "Wij gaan dan nu naar huis toe en dan kom ik zo wel terug om wat kleren voor jullie mee te nemen!" Zegt Raoul. "Thanks man." "Geen probleem jonge." De rest van de jongens geven Matthy nog een knuffel en zeggen dan gedag. "Tot morgen maat" zegt Robbie. "Hou je taai man." Zegt Milo dan nog en ze lopen de kamer uit.

Na een kwartiertje wordt er geklopt op de deur. "Kom binnen zegt Matthy" het is Raoul samen met Koen. Ze lopen de kamer binnen met 2 tassen. "Roomservice" lacht Koen. "We hebben een joggingsbroek en een trui meegenomen voor jullie beide en een laptop!" Zegt Raoul. "Ah top, dankjewel jongens" zegt Matthy. Ze zetten de tassen naast het bed neer. "Tot morgen dan! En als er iets is kan je ons altijd bellen" zegt Koen. We knikken. Ze geven ons een knuffel en lopen dan de kamer uit. Ik voel dat Matthy probeert te liggen en help hem een beetje. "Dankje" hij geeft me een glimlach. "Geen probleem" hij doet zijn arm weer om mij heen en trekt me naar hem toe.

Ik ga dan ook liggen. Het is zo fijn in zijn armen. "Wil je netflix kijken?" "Ja leuk!" Zeg ik. Ik pak zijn laptop en en zet het op onze schoot neer en start hem op. "Zullen we trouwens verder gaan met Outerbanks?" "Ja isg" zegt hij. Hij zet de serie aan en dan kijken we ernaar, nog steeds met zijn arm om me heen. Na ongeveer 10 minuten merk ik toch dat ik wat moe ben. Dat gedoe met Matthy heeft echt veel energie gekost. Dan leg ik voorzichtig mijn hoofd op Matthy zijn borst en laat mijn ogen dichtvallen. Ik voel een kusje op mijn voorhoofd en val dan snel in slaap.

Ik word wakker van een harde piep. In een reflex kijk ik naast me daar ligt Matthy doodstil. Al snel komen er dokters aangelopen. Wat gebeurd er? Ik kijk naar het beeldscherm naast het bed en zie dat die geen hartslag meer aangeeft. Tranen rollen over mijn wangen heen. I-is M-matthy dood? Hij mag niet dood, echt niet. Dan voel ik dat iemand aan mijn arm trekt. "Soof, he gaat het?" Zegt Matthy bezorgd. Tranen stromen over mijn wangen. "Soof?" Hoor ik vaag. Dan open ik mijn ogen. Was h-het een droom? Ik ben helemaal in de war, het leek zo echt. Mijn handen trillen als een gek. Matthy pakt mijn hand vast. "Had je een nachtmerrie?" Vraagt hij lief. Ik knik. "J-ja." Zeg ik met een brok in mijn keel en veeg mijn tranen weg. Matthy gaat met zijn hand door mijn haren heen. "Waar ging je nachtmerrie over?" "I-ik werd wakker en t-toen, je hartslag. Je was d-dood" "Ach Soofje toch" hij geeft me een stevige knuffel en ik leg mijn hoofd op zijn schouder en wordt langzaam wat rustiger. "Je zal niet zo snel van me afkomen" lacht Matthy dan een beetje en ik lach dan ook.

Geen leven zonder jou//BankzittersWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu