Uren nadat Ezra is vertrokken lijken mijn lippen nog steeds te tintelen. Het is absurd.
Hij was niet eens lang hier, omdat hij natuurlijk niet te lang weg kon blijven, maar toch blijven alle beelden maar door mijn hoofd spelen. Ik zie steeds weer hoe hij voor mijn deur stond, zo menselijk. Geen legeruniform, geen vleugels en zelfs zijn ogen zagen er anders uit, doffer. Heel even leek het bijna normaal. Heel even waren we gewoon twee jongens.
Maar ik zou liegen als ik zou zeggen dat ik zijn twijfels niet zag, zijn angst. Ook dat speelt steeds door mijn hoofd. We weten allebei immers veel te goed dat we nooit normaal kunnen zijn. Dat er nooit een ons kan bestaan. Niet buiten deze muren.
Toch blijf ik vooral denken aan de momenten daarna. Aan Ezra in mijn kamer, op mijn bed. Aan zijn lippen, zijn handen. Aan zijn lichaam tegen dat van mij. En elke keer dat die beelden door mijn hoofd vliegen, komt er automatisch zo'n sullige grijns op mijn gezicht. Ik kan het niet helpen.
Het hele weekend bevind ik me in een soort dromenland. Mijn humeur is beter dan ooit. Ik neurie liedjes van de radio mee en geniet van het beetje zon dat er is. Zelfs de regen deert me niet. Ik krijg mijn huiswerk gedaan, maar veel trager dan anders, omdat ik steeds afgeleid raak. Het is maar goed dat ik verder niks gepland had, want ik weet niet of het me gelukt was iets te doen zonder steeds aan Ezra te denken.
><
Maandag land ik weer met beide benen op de grond. Of eigenlijk is het meer alsof mijn bubbel zonder waarschuwing lek wordt geprikt en ik te pletter val. Hard.
Op maandagen ga ik naar training. Of lessen of hoe ze het ook willen noemen. Het is de enige keer in de week dat ik verplicht veel met de andere engelen te maken heb. Samen met leeftijdsgenoten en de wat oudere engelen kom ik bijeen in een daarvoor speciaal ingericht gebouw.
Om zo min mogelijk op te vallen is het aan de rand van de stad gebouwd, wat betekent dat ik zo'n twintig minuten mag fietsen. En omdat de weergoden het me zo gunnen, heb ik de wind flink tegen, waardoor ik al half bezweet aankom. Iets te laat ook, wat me geïrriteerde blikken oplevert van enkele anderen.
Alleen dat is al genoeg om mijn hoofd uit de wolken te halen. Het is alsof ik met een klap weer in de realiteit ben beland en ik herinner me dat wat Ezra en ik ook dachten te hebben, het is niets meer dan een droom. Een sprookje.
Ik probeer de blikken zoveel mogelijk te mijden. Het is niet eens zo dat ze op me moesten wachten. Nee, sinds mijn zestiende ben ik ingedeeld bij andere oudere engelen en hebben we geen les meer met een leraar erbij. Volgens de wetten van de engelen ben je vanaf zestien volwassen. Ze gaan ervanuit dat je tegen die tijd genoeg kennis hebt om zelf verder te trainen. Het idee van de groepen is dat je dan altijd elkaar nog kan helpen. Iedereen kan doen wat ze zelf willen: oefenen met je kracht, je vleugels trainen of zelfs gewoon fysieke training.
Niemand wordt benadeeld doordat ik te laat kom, maar het maakt niet eens uit wat ik doe, ze vinden elke week wel iets om geïrriteerd over te zijn. Ik ben de blikken wel gewend.
JE LEEST
Vind Me in het Donker
FantasiEzra Caligo draagt als zoon van de generaal een hoop verwachtingen met zich mee. De demon is opgegroeid in het kasteel en heeft altijd de beste trainingen gehad, waardoor hij op jonge leeftijd al een veelbelovende soldaat is. Ezra is vastberaden har...