19. Het donker van het kasteel

15 3 3
                                    

Ik ben tien minuten te vroeg bij de troonzaal, waar vier paleiswachten me voor de gesloten deuren tegenhouden

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

Ik ben tien minuten te vroeg bij de troonzaal, waar vier paleiswachten me voor de gesloten deuren tegenhouden. Hoewel niets hieraan goed voelt, doe ik mijn best om mijn emoties te begraven. Een van mijn leraren vroeg me ooit of ik mijn eigen emoties kon beïnvloeden zoals ik dat ook bij anderen kon. Het is me tot nu toe nog nooit gelukt, maar vandaag zou ik willen dat het anders was. Ik zou willen dat ik de zenuwen kon omzetten in kalmte. Dat zou een stuk makkelijker zijn dan doen alsof.

Ik heb vannacht amper een oog dichtgedaan. De hele nacht lag ik te malen en te draaien en ik bleef maar wakker. Nog ver voordat het ochtend was, ben ik maar opgestaan, omdat het toch geen zin had. Ik heb de moeite genomen om mijn vleugels te wassen, waardoor de zwarte veren nu bijna schitteren onder het licht. In plaats van een van mijn gemakkelijke outfits, draag ik een nette zwarte broek en een jasje met gouden details, waardoor ik er bijna adellijk uitzie.

Dat is iets wat vader me leerde. Uiterlijk doet er toe. Het minste wat je kan doen is je goed kleden. Voor hem betekent dat vooral dat hij eruit ziet als een soldaat, als iemand die niet bang is, als een leider. Zo heb ik me ook geleerd te kleden. Dit is wel anders.

Als om tien uur de deuren nog steeds dicht blijven, vraag ik me af of dit onderdeel van een machtsspel is. Of ze me expres laten wachten, me zo van mijn stuk willen brengen. Maar dan vliegen de deuren alsnog open en stappen de wachten tegelijkertijd opzij, waardoor er een pad ontstaat.

Het is absoluut niet het juiste moment, maar ik kan het niet helpen dat ik elke keer opnieuw weer onder de indruk ben van de troonzaal. De ruimte is dubbel zo hoog als de andere kamers. In het midden ligt een donkerrood tapijt dat helemaal tot aan de andere kant doorloopt, de enkele traptreden op en onder de tronen door. De wanden links en rechts zijn gevuld met kunst en luxe gordijnen, met om de paar meter ruimte voor een paleiswacht. Ik wil niet naar ze kijken, maar ik doe het toch. Onder hen ontdek ik Kenta, waardoor de knoop in mijn maag alleen maar strakker trekt.

Ik richt snel mijn blik naar voren, maar het aanzicht dat ik daar aantref is niet veel beter. Ook al ben ik pas halverwege de zaal, de tronen lijken nu al boven me uit te torenen. Recht voor me zit koning Emyr, zijn troon in het midden en net iets groter. Rechts naast hem zit de koningin op haar eigen troon, die bijna helemaal verdwijnt onder de eindeloze rokken van haar jurk. De grootste verrassing is echter Luc, die links naast zijn vader staat. Hij draagt geen kroon zoals zijn vader, maar ziet er toch koninklijker uit dan ik hem ooit heb gezien.

Ergens had ik moeten weten dat Luc aanwezig zou zijn. Hij is immers de kroonprins en op Volar hechten we er veel waarde aan om al op jonge leeftijd te werken. Luc gaat al jaren naar alle vergaderingen, ook al heeft hij nog zo weinig inspraak.

Het enige aan de hele situatie wat me nog enigszins positief stelt, is het feit dat ze me ongeboeid, zonder wachters om me heen, naar binnen laten lopen. Ik weet dat ze criminelen normaal gesproken vastbinden met speciale krachtonderdrukkende handboeien. Dus of ze vertrouwen me genoeg, of ze denken dat ze niets van me te vrezen hebben.

Vind Me in het DonkerWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu