Toen we het portaal uitkwamen, was ik duizelig en gedesoriënteerd. Ik had geen idee waar we ons bevonden, maar het was bijna zeker dat we op aarde waren. Alleen... we waren op een plek die ik nog nooit had gezien. We stonden op een hoge klif, en in de verte hoorde ik wilde golven tegen de rotsen botsen. Het leek wel alsof we op een filmset waren beland, zo onaards zag de plek eruit. Huiverend, nam ik een stap dichter naar Uriel toe.
"Waar zijn we?" vroeg ik zachtjes, bang om angstig te klinken. Ik wilde dapper zijn, echt, maar er was iets flink mis met deze plek. Het had een... donker gevoel, alsof er iets niet op zijn plek was. "Er klopt hier iets niet."
Uriel keek om zich heen en zette zijn handen op zijn heupen, fronsend. Hij leek ook geen idee te hebben waar we waren. "Dit klopt niet... ik..." begon hij langzaam, terwijl hij nog dieper fronste. Ik wist niet wat er in zijn hoofd omging, maar volgens mij begreep hij er nog minder van dan ik. Waarom zou Michael in hemelsnaam naar een klif zijn gegaan?
Uriel liep naar de rand van de klif en keek eroverheen. Er was niets anders dan water en rotsen, en ik voelde een angstig gevoel door me heen trekken. Er was iets mis met deze plek. Waar waren de Indra? "Waar is Michael?" vroeg ik zachtjes. "We hebben zijn portaal gevolgd. Hoe kan het dan dat de Indra hier niet zijn?" vroeg ik. Ik had een slecht gevoel over deze plek. Het was alsof.... alsof alles dat we in de grot hadden gevonden een illusie was geweest. Alsof alles nep was én dit de plek was waar we naartoe waren gelokt. Maar... maar door wie? Wist iemand anders dan Azrael dat we Michael wilden vinden? En waarom had Azrael zo bezorgd gekeken, toen ik het over Michael had gehad? Alsof hij iets wist dat ik niet wist.
"Uriel," begon ik langzaam, terwijl ik zijn hand pakte. "Weet jij iets over Michael dat ik niet weet?" vroeg ik zachtjes. Had.... had Uriel ooit tegen me gelogen? Nee... dat zou hij nooit doen, nóóit. Uriel aarzelde en schudde toen zijn hoofd. Hij had een gepijnigde blik in zijn ogen, alsof hem iets pijn deed wat hij niet kon zeggen.
Uriel opende zijn mond om iets te zeggen. "Arielle-"
Voordat hij nog iets kon zeggen, liet Uriel ineens een kreet van pijn ontsnappen en zakte door zijn knieën. Hij dook in elkaar, zijn vleugels om zijn lichaam heengeslagen, alsof ze hem konden beschermen voor de pijn die hij voelde. Vol paniek, zakte ik neer op de grond en trok aan zijn arm. "Uriel!" riep ik geschrokken uit. "Wat is er? Wat gebeurd er?" Uriel antwoordde niet en bleef maar schudden van de pijn. Zijn ogen keken afwezig naar zijn schoot, en het verontruste me. Die blik in zijn ogen... Wat was er aan de hand?
Voordat ik nog iets kon zeggen, of kon proberen om Uriel te helpen, dook er ineens voor ons een gedaante op. Ik hoorde het geklap van vleugelslagen en keek omhoog om te zien hoe een engel met enorme, witte vleugels neerdaalde. Hij had een ernstige blik op zijn gezicht, maar hij keurde Uriel geen blik waardig. Ik zuchtte van opluchting toen ik zag wie het was.
"Michael," bracht ik uit. "Alsjeblieft, help hem," smeekte ik. Ik wilde gewoon dat Uriel geen pijn meer zou lijden. Het was te pijnlijk om naar zijn schuddende, hulpeloze lichaam te kijken wanneer het ineenkromp van de pijn.
Michael schudde zijn hoofd en klapte zijn vleugels in, terwijl hij een stap naar me toe nam. Ineens merkte ik het zwaard in zijn hand op. Was dat het zwaard waar Uriel en de anderen het over hadden gehad? "Je zoekt dit, of niet Prinses Arielle?" vroeg hij zacht, zijn ogen ondoorgrond. Ik keek hem met open mond aan, verbaasd over zijn gebruik van het woord 'prinses'. "Oh ja," begon hij met een sluwe glimlach. "Ik weet wat jij weet. Prinses Arielle, dochter van Lucifer en verloofde van Azrael. Jij wilt dit zwaard gebruiken om je echte zelf terug te krijgen."
Iets aan zijn toon klopte niet, maar ik wist niet wat. Ik wist wel dat hij de waarheid sprak. Het was alsof hij mijn gedachten had gelezen; natuurlijk wilde ik mijn echte zelf terug. Ik realiseerde me nu dat ik al die tijd in een leugen had geleefd. Mijn ouders waren ingehuurd door de aartsengelen om me te beschermen, terwijl mijn echte vader de duivel zelf was. Mijn leven was... krankzinnig, maar ik wilde mijn echte zelf terug. "Ja," ik slikte mijn angst in. "Dat wil ik. Dus... wil je me helpen? Maar... Uriel..." Ik keek hulpeloos naar Uriel, die nog steeds op de grond lag te beven van de pijn. "Help hem, alsjeblieft. Ik snap niet wat er gebeurd!" Ik voelde me zo hulpeloos.
JE LEEST
Skyfall #1 [Nederlands] [Netties2016] [herschrijven]
FantasyDeel een in de Falling Skies serie. Hoogste rating: #6 fantasy! L E T T H E S K Y F A L L Arielle Winters, een doodnormale, zeventienjarige, ongemakkelijke tiener, weet dat ze nóóit zal opvallen. Ze heeft maar twee vrienden, die overigens ook...