Donkere wolken drijven door de hemel. Rookpluimen stijgen op van het donkere kasteel. Hongerig likken de vlammen aan de zwarte stenen. Het kasteel zou snel niet meer als een onaangename herinnering zijn...
De soldaat knikt beleefd als hij Alana ziet.
"Vrouwe", begroet hij. Alana heeft nauwelijks de kracht om te knikken. 'Zou ik misschien tien minuten met hem kunnen hebben?'
"Natuurlijk, mevrouw", antwoordt de soldaat beleefd en opent de tent. Alana haalt diep adem. Haar hart zakt in haar schoenen als ze binnenkomt.
Een wit laken bedekt Reki zijn lijk. Zijn hand hangt roerloos naast het bed. Alana kijkt naar de dunne witte lijn rond zijn vinger. Haar ogen glijden naar zijn ring om haar vinger. Ze snuift diep. Langzaam stapt ze naar voren. Ze pakt zijn ruwe, koude hand.
Terwijl ze het laken van zijn gezicht verwijdert, springen de tranen in haar ogen. Ze veegt haastig een traan van haar kaak en streelt zijn voorhoofd.
Gedroogd bloed siert zijn lip en neus.
"Het spijt me zo", begint ze. Haar stem kraakt. "Ik kon je vanaf het begin niet redden. Zou ik dat wel kunnen? Hebben we ooit een kans gehad? Godin, ik hou zoveel van je dat het mijn ziel pijn doet. Kun je me vergeven?" Ze houdt haar adem een paar seconden in.
"Al zolang... ik... ik heb geprobeerd... U kon de vrijheid niet alleen onder ogen zien. Ik wilde daar verandering in brengen en nu ben ik hier, in stilte achtergelaten."
Ze snuift diep terwijl de tranen over haar ogen stromen. Boos ademt ze diep in.
"Je hebt het gevecht opgegeven! Waarom heb je mij achtergelaten?! Verdomme Reki", Ze slaat met een klap op zijn sterke borst. Met haar andere hand wrijft ze over zijn voorhoofd.
Haar longen doen pijn als ze schreeuwt. Diepbedroefd snikte ze wild. Ze legt haar voorhoofd op het zijne. Zijn huid voelt koud aan. Waarom moest het zo eindigen? Waarom kreeg hij geen kans?! Waarom kregen ze geen kans? "Je hebt het beloofd?!! En ik weet dat het onvermijdelijk mis zou gaan. Maar je deed zo je best om je demonen weg te jagen."
De minuten verstrijken terwijl ze diepbedroefd snikte. Hees fluisterde ze: "Alles wat gedaan is, is vergeven. Je zult altijd mijn vader zijn. Ik hoop dat je diep van binnen wist dat alles vergeven is en dat ik van je hou." Ze legde haar hoofd op zijn borst. Ze wist dat het de bedoeling was dat het mis zou gaan. Ze sluit haar ogen. Een deel van haar wilde voor één keer een hartslag horen. Maar het enige dat ze onder zijn met bloed bedekte borst hoorde, was stilte.
"Kun je mij vergeven dat ik het probeerde?"
Waarom kon ze zijn demonen niet verjagen? Waarom kon ze hem zijn grote ontsnapping niet gunnen?! 'Waarom heb je de strijd opgegeven? Heb je ooit een echte kans gehad?' Ze snuift diep. Voor het eerst is er geen geur van verbrand hout, die haar neus plaagt. Het is raar, maar ze wenste dat het zo was. Haar hart brandt, haar longen steken en haar ziel doet pijn. De wolken drijven stilletjes weg terwijl ze huilt. De zon verdwijnt.
"Ik voel me zo verloren sinds je vertrokken bent. Alles is zo verkeerd gegaan! Waarom heb je me achtergelaten?" Ze huilt zachtjes terwijl ze zijn blouse vastpakt. Het maakt Alana niet uit dat iemand haar hoort. Ze heeft dit nodig... Ze heeft hem nodig... Ze kan niet met zichzelf leven wetende dat ze hem heeft vermoord. Ze verlangde naar de man die ze een of twee keer zag. Ze heeft hem nodig. Ze kan niet geloven dat ze hem daadwerkelijk heeft vermoord.
Ze kan alleen maar hopen dat hij, waar hij ook is, in vrede verkeert. Dat er geen lijden meer is. Geen pijn meer en geen verdriet meer.
De tijd verstrijkt terwijl ze haar hoofd op zijn borst legt. "Godin van het verdriet, ik hou van je. En ik zal je altijd blijven missen. Ik zal je niet vergeten, papa", fluistert ze.
Een zilveren traan rolt over haar kaak terwijl ze zachtjes haar hoofd optilt. "Ik hou van je", fluistert ze terwijl ze zijn ruwe kaak kust.
Arion probeert geschokt zijn evenwicht te bewaren. Hier en daar valt een vlaggenmast op de trillende grond. De grond onder zijn voeten rommelt alsof er zojuist een ondergrondse mijn is ingestort.
Een helder geel licht verspreidt zich over het kampterrein en verdwijnt in het felle zonlicht. Een harde windvlaag trekt aan de touwen en tenten.
De gele tent waarin Alana zich bevindt, bolt een paar seconden uit. "Alana", hijgt Arion en rent naar de tent met Reki's lichaam.
Alana veegt de traan van haar gezicht en staat op. Zachtjes laat ze zijn hand los. "Vaarwel", mompelt ze terwijl ze zich omdraait.
Reki gromt zachtjes. Het is te zacht om te horen. Hij likt zijn lippen. Wat is er in hemelsnaam gebeurd? Waar is hij? Hij kan zich niets herinneren... Behalve haar...
Opnieuw neemt paniek bezit van haar hart en maag terwijl Reki zijn sterke hand om haar pols sluit. Haar mond gaat wijd open. Langzaam draait ze zich om, opnieuw bang voor haar leven.
"Alana", fluistert hij zo zacht dat het bijna onhoorbaar is. Alana slikt haar angsten in. Zacht grommend opent hij zijn helderblauwe ogen. Alana trilt zacht. Hij heeft blauwe ogen... Dat betekent... Dit... Dit is?
"Reki", hijgt ze totaal weggeblazen. Reki slikt. "Kun je me vertellen waarom ik zoveel hoofdpijn heb?" kreunt hij. Alana lacht geamuseerd. Opnieuw stromen de tranen over haar kaken. Deze keer van pure vreugde. Langzaam gaat Reki rechtop zitten.
"Papa", roept ze en slaat haar armen om hem heen. Reki glimlacht geamuseerd terwijl hij zijn arm om haar heen slaat.
"Alana", brult Arion en rent naar binnen. Wantrouwend kijkt Reki op. Zijn hand glijdt richting zijn zwaard. Alana tilt haar hoofd van zijn borst. "Arion, het is oké. Hij is het. Niet Haat." Reki slikt. Haat?
En plotseling flitst alles naar hem terug. Alle schade die hij heeft aangericht, alle pijn die hij heeft veroorzaakt, alle levens die hij heeft gekost. Hij heeft alles vernietigd... Pijn weerspiegelt in zijn ogen terwijl hij moeizaam ademhaalt. Zijn lippen gaan zachtjes van elkaar. Waarom? Waarom deed hij dat? En waarom kon hij het niet tegenhouden? Hij deed zo zijn best. Maar hij heeft nooit de controle verworven. Hij heeft haar pijn gedaan... Hij heeft haar bijna vermoord. Zijn ogen gaan omlaag naar Alana. Zijn dochter.. Zijn prachtige kleine meid.. Heeft zoveel geleden onder zijn handen.
Hijgend laat hij haar los. "Papa", vraagt Alana bevestigend. Reki slikt.
Arion knikt beleefd. "Reki", vraagt hij. Reki kijkt naar de jonge koning. "Je liet ons even schrikken", grapt hij en steekt zijn hand uit. Twijfelachtig accepteert Reki zijn hand. "Ik... ik kan niet..." Arion knikt begrijpend. "Het is oké. Laten we allemaal een nieuwe start maken, ja? Er is niets dat je kunt doen." Reki slikt terwijl Arion hem van het bed helpt. Zijn donkere wapenrok is gescheurd. Zijn rinkelende maliënkolder irriteert hem.
"Wauw", zegt Arion terwijl hij op zijn benen wiebelt. "Gaat het wel?" Reki denkt een paar seconden na voordat hij knikt. Arion glimlacht geruststellend terwijl hij de tent verlaat.
Twijfelachtig loopt Reki achter hem aan. "Laten we een goede tent en wat eten voor je regelen", legt hij uit. En misschien een bad', voegt Arion er gekscherend aan toe.
Een flauwe glimlach verschijnt op Reki's lippen. Hij probeert zich te concentreren op alles wat er is gebeurd, maar het is te moeilijk. Het is te veel om te verwerken. Hij kan zijn leven niet meer oppakken. Er is niet teveel gebeurd. Daarvoor heeft hij teveel vernietigd.
"Mijnheer", zegt hij beleefd. Arion kijkt hem streng aan.
"Ik... ik moet het vragen. Rodehanthe, hè?" Arion zucht diep. "Hij is sterk. Laten we hopen dat zijn kracht hem in leven zal houden. Voor nu is dat alles wat ik kan zeggen. Het spijt me. Ik breng je later naar hem toe."
De soldaten lopen moeizaam door het complex. Ze zijn hongerig en vooral moe. Ze stoppen abrupt met hun acties als ze Reki opmerken. Hun mond valt open. Hier en daar klinkt een zacht gemompel. Bang strompelen sommigen achteruit. Arion knikt bevestigend. "Laat mij dit regelen. Welkom terug Reki" zegt hij beleefd. Reki klemt zijn lippen strak op elkaar. Hoe kan hij alles weer in orde maken? Hij heeft zoveel pijn veroorzaakt...
Faylinn kijkt langzaam op. De soldaten mompelen zachtjes. Wat was er aan de hand? Wat was er net gebeurd? Wankelend stapt ze uit de tent.
"Mevrouw, ik moet u vriendelijk verzoeken om terug naar bed te gaan! U mag echt nog niet lopen hoor!" Faylinn negeert de dokter. Soldaten dragen in stilte de lichamen naar hun vurige einde. Oude brancards met een wit laken verbergen hun levenloze gezichten. Een sterke hand glijdt van de brancard. Haar maag keert om. Haar adem stokt in haar keel.
"Vader", roept ze. Ze rent naar de soldaten. Geschrokken blijft het duo staan. "Mevrouw, u mag echt niet", protesteert de linkse, maar zoals altijd luistert Faylinn niet. Ze trekt het laken van Mauger. "Nee", huilt ze. "Vader", schreeuwt ze luidkeels. Bevend zakt ze door haar knieën. De soldaten laten Mauger zuchtend zakken.
"Hoe?" "We vonden hem tegen de kasteelmuur", stamelt de rechtse soldaat. "Dame, het spijt me, maar we moeten hem..."
"Nee", roept Faylinn. "Je gaat hem niet opfikken!! Alstublieft", smeekt ze huilend. Ze legt zichzelf neer op zijn borstkas.
"Heren", groet Arion. Hij knielt neer bij Faylinn. "Het is oké. We nemen hem mee. Kapitein Mauger krijgt een speciale plek. Dat beloof ik je." Hij omhelst haar troostend. "Een eervolle plek."
JE LEEST
𝕳𝖆𝖆𝖙⚜️𝕷𝖎𝖊𝖋𝖉𝖊 𝖇𝖊𝖛𝖗𝖎𝖏𝖉𝖙
Fantasy**LAATSTE DEEL VAN 4** De koning is dood... Lang leven de koningin. Lang leven de nieuwe koning! Kan hij hen echter bevrijden? Kan hij haar bereiken? Zij, de uitverkorene, is aangekomen. Haar tijd is aangebroken. Zij is de enige die hen kan redden...