De tenten weerklinken met aangename muziek. Een aantal artiesten spelen een vrolijk deuntje. Juichende mannen heffen hun pinten lachend op. Hier en daar dansen enkele soldaten met de dienstmeiden.
Iedereen was opgewekt. De periode van lijden was voorbij! De duisternis was verdreven! Iedereen was in vrijheid!
Een glimlach siert Arions lippen. Hij kijkt met voldoening naar het feestvierende volk. Een grote zwarte hond loopt mankend tussen de gespannen tentlijnen. Hijgend kijkt hij naar het vrolijke volk. Arion kijkt hem aarzelend aan. Zijn rode ogen flitsen voorbij.
Met een zucht in zijn blik kijkt hij naar de witte wolf, die verscholen zit onder een oude ton.
Zijn blik glijdt naar Heinrich. De broers zitten met hun zus afgezonderd aan een lange tafel. In stilte kijken ze naar de dansende soldaten. Arion fronst. Hij kijkt naar Darwin en Alexi. Zonder iets te zeggen verbergen ze zich onder de schaduw van een grote tent. Katara en Alana zitten ongemakkelijk aan hun zijde.
Thomas, Alvaradis, Roman en Elias zitten peinzend aan de zijlijn. Drogo probeert wanhopig in gebarentaal iets te vertellen aan Caleb die onbegrijpend naar Samuel staart. Faylinn kijkt bedroefd naar de maan aan de rand van het plein.
"Mijnheer," stamelt de kapitein. Arion kijkt op. "De mannen... ze zijn bezorgd." Arion kijkt op naar de dansende soldaten. Hij kijkt opnieuw naar zijn kapitein. Diep zucht hij.
"Ze vrezen dat uw oordeel niet correct is."
Reki wandelt langzaam naar Arion toe. Hij moet het vragen. Abrupt blijft hij staan. Hij spitst zijn oren.
"Hoe kunt u dat weten, mijnheer? Het is zo lang geleden. Waarom zouden we hem vertrouwen? Hij blijft misschien wel een monster?" Reki bijt op de binnenkant van zijn kaak. Arion zucht diep.
"Dus hij is een monster", vraagt hij retorisch. De kapitein knikt. "Ik weet dat hij een gemeen wezen is!" Reki schudt zacht zijn hoofd. Overstuur draait hij zich om. Arion kijkt langs de wapperende tent.
"Verdomme!! "Reki", roept hij. Reki luistert niet.
Haastig wandelt hij naar de waterput. Hij kijkt zuchtend naar het heldere water. Vloekend slaat hij de emmer van de houten rand. Reki gromt diep. Wie houdt hij voor de gek?
Hij is zichzelf al lang geleden kwijtgeraakt. Het enige dat hij in zijn spiegelbeeld ziet, is de duisternis, de demonen die aan de macht zijn.
Hij kan het niet verklaren, en nee, het heeft niets met zijn verleden te maken. Hij zou nog steeds beschadigd zijn als hij perfect was opgegroeid. Hij is al lang geleden de weg kwijtgeraakt.
Hij bevindt zich in een benarde situatie, zonder toevluchtsoord of schuilplaats. Hij ontvlucht de vijand die zich diep in hem bevindt. Hij moet vechten voor zijn leven als hij wil overleven. Hij zal er alles aan doen om in leven te blijven. Hij moet zijn angsten dan opgeven. Maar is hij sterk genoeg?
Godinnenverdriet, dat is hij uiteraard niet. Hij schreeuwde al zo lang om hulp. En alleen zij kon hem bevrijden. Maar nu ze dat deed, wenste hij dat ze hem vermoordde. Het zou voor iedereen beter zijn.
Hij kan het niet meer aan. Hij kan het niet meer veranderen. Hij is de vijand. Niemand anders.
"Mijn heer" klinkt zachtjes achter hem. Verrast kijkt Reki op. Hij kent deze stem, nietwaar?
Zijn geest doet pijn als hij de jonge jongen voor hem observeert. Hij doet zijn best om het te herinneren.
Herinneringen flitsen plotseling voor zijn ogen. Een jonge dief, emotieloos voor hem. Het bloed sijpelt over zijn gezicht. Reki slaat met zijn vuist keer op keer op het gezicht van de jongen.
Reki hapt naar adem terwijl hij een stap achteruit doet.
"Wolf," mompelt hij. Wolfgang lacht wrang.
"Ik wilde dit aan je teruggeven," zegt hij en overhandigt hem een dolk. Reki bijt op de binnenkant van zijn kaak. Het was zijn dolk. Hoe kan dat? Hij gaf het? Juist. Hij gaf het aan de jongen. "Bewaar het als een geschenk. Al zal het niet alles goedmaken wat je door mij bent kwijtgeraakt." Wolfgang hangt de dolk voorzichtig weer aan zijn riem.
"Ik wilde je persoonlijk vertellen dat ik..." Het is zo moeilijk voor Wolfgang om de juiste woorden te vinden.
"Ik vergeef je." Reki kijkt geschokt naar de jonge jongen.
"Wat zei je?"
"Ik vergeef je. Jij was het niet. En ondanks alles was je meer een vader voor mij dan wie dan ook ooit geweest is." Reki slikt.
"Het spijt me jongen, je hebt een zwaar leven gehad. Ik hoop dat je snel geluk zult vinden. Je bent een goede knul, je verdient het." Wolfgang knikt. Hij slikt zijn tranen in, in de hoop dat Reki ze niet heeft gezien. Maar natuurlijk had hij dat wel gezien. Reki zucht zachtjes en omhelst de jongen. Een paar seconden lang sluit Wolfgang zijn ogen. Reki laat hem pas gaan als Wolfgang zijn handen van Reki zijn rug laat vallen.
"Het spijt me oprecht dat ik uw neus heb gebroken. Tweemaal", mompelt Wolfgang. Reki lacht geamuseerd. "Bedankt, denk ik", grapt hij. Wolfgang knikt en draait zich om.
"Hé Wolf?" "Ja?" "Het spijt me voor uw broer."
"Mij ook", mompelt Wolfgang en loopt weg.
Reki zucht diep. Hij strijkt door zijn haar en leunt met zijn rug tegen de put. Misschien was er hoop. Als zelfs deze jongen hem kon vergeven? De witte blouse rond zijn gespierde lichaam fluistert wanneer hij recht staat. Hij kijkt in het heldere water. Zuchtend wrijft hij door zijn nek. Hoe kan die jongen hem vergeven? En Alana... Godin lief Alana. Zijn kleine meid. Hij was zo trots op haar. Hij hield zoveel van haar. Maar er was zoveel gebeurd. Hoe kan hij verdergaan? Alsof er niets is gebeurd? Hij had zoveel vijanden gemaakt. Zo veel pijn veroorzaakt. En dat niet alleen...
"Reki" weerklinkt zacht achter hem. Reki kijkt op. Hij verstijft. Zijn ogen worden groot. Zijn mond opent wijd. Zijn lichaam trilt. Wantrouwend stapt hij achteruit.
Hij struikelt over de emmer die hij net had neergezet. Zijn lange haren vallen van zijn schouders. Katara sluit haar ogen even. Dit was waar ze bang voor was. Reki staat langzaam op. Het was zij... de heks...
Hij huivert. Zijn hart bonst in zijn keel. Huiverend kijkt hij haar aan. Tranen glinsteren in haar ogen.
"Ik wil je geen pijn doen," fluistert ze. Reki klemt zijn tanden op elkaar. Herinneringen vloeien voor zijn ogen. Katara die schreeuwend onder hem belandde. Katara in zijn bed, onder de tafel... Hij slikt. Het is overweldigend. Hij... hij heeft haar zoveel pijn gedaan. Waarom kon ze nu niet gewoon accepteren dat hij het wel wilde maar niet kon? Waarom moest het zo lopen? Waarom was haar liefde niet genoeg om hem te bevrijden? Zij heeft hem vermoord! Achterdochtig stapt hij achteruit. Hij zoekt rond voor een wapen.
""Reki", puft Katara. "Alsjeblieft... ik wil niet dat je bang voor me bent. Ik... het spijt me", fluistert ze gebroken.
Reki kijkt haar diep aan. Haar saffieren ogen branden in zijn helderblauwe ogen. Hij stapt langzaam naar haar toe.
"Reki", stamelt Katara. Hij legt zijn hand op haar zachte wang. Voorzichtig wrijft ze de haren van zijn voorhoofd.
De tijd lijkt stil te staan terwijl ze in elkaars ogen staren. Langzaam glimlacht Reki. Zijn liefde voor haar overwint zijn angst.
"Mijn liefste Katara" stamelt hij. Katara kijkt hem tevreden aan. Tranen fonkelen in haar ogen. Voorzichtig plant Reki zijn lippen op de hare. De kus was zoals men verwacht. Zwoel, verlangend en vol liefde. De markeringen in Katara's gezicht lossen langzaam op. Ware liefde bevrijdt hen beiden van de duistere magie.
"Reki", roept Arion. Gehaast rent hij naar hem toe. "Reki", huft hij. Reki zucht diep. Katara lacht geamuseerd. "Dit zetten we straks verder", fluistert ze. "Reken maar", gromt hij.
"Kom alstublieft mee. Ik bedoelde het niet zo", stamelt Arion. Reki zucht.
"Waar gaan we heen?"
"Dat zul je wel zien", stamelt Arion. Arion leidt Reki naar het tentenkamp. Hij kucht zijn keel en brult luid om de aandacht te krijgen.
"Velen van jullie denken dat ik fout ben. Maar ik wil nu iets oplossen. Reki is niet slecht! Reki is een slachtoffer. En net zoals jullie nu een lid van de vrije mensen. Hij is opgenomen in het koninklijk huis en jullie zullen dit respecteren", brult Arion. Reki kijkt langzaam op.
"Reki verdient het beste. Hij is een slachtoffer dat veel te veel heeft meegemaakt." Arion kijkt naar zijn volk. Velen knikken instemmend, maar hij ziet nu en dan een bittere glimlach.
"Ik zal het nu onmiddellijk oplossen", stamelt Arion. Hij kijkt naar Reki. Reki fronst. Wat is de koning van plan, in hemelsnaam?
Aarzelend knielt Reki wanneer Arion hem gebaart. Hij laat zijn hoofd wantrouwend hangen. Arion neemt zijn zwaard. Zweet parelt van Reki's hals. Voorzichtig tikt Arion met het zwaard op Reki's schouders. "Sta recht", beveelt hij streng.
"Heer Reki" roept Arion. Reki kijkt langzaam op. Hij aanschouwt de juichende en applaudisserende soldaten. Alana glimlacht tevreden. Ze maakt een speelse buiging. Glimlachend staat Reki recht. Katara kijkt hem liefdevol aan. Arion klopt bemoedigend op zijn schouder.
"Drakken" roept hij. De zwarte hond kijkt abrupt op. "Je bent veilig. Ik beloof het je. Je schuld is betaald" zegt hij. Even aarzelt Drakken. Hij jankt kort waarna hij in zichzelf verandert. Een soldaat ondersteunt hem gehaast als hij wankelt. Drakken knikt beleefd.
"Ordella. Dat telt ook voor jou." Ordella lijkt zich zo makkelijk niet over te geven.
"Je bent veilig. Je hoeft je niet te verbergen." Aarzelend verandert ze.
"Wees welkom, prins Alexi en prinses Darwin. Verwelkom onze gasten zodat de duisternis vergeten wordt. En nu feest" brult Lemmy waarop de soldaten juichen.
"En nu," stamelt Katara. Reki glimlacht.
"Daar weet ik het antwoord op," fluistert hij. Hij kust haar hand. Voorzichtig neemt hij haar mee naar zijn tent. Reki zou het goedmaken. Hoe dan ook. Dat zou zijn nieuwe doel worden...
"Alana" begint Arion. Hij weifelt even. "Desam leeft." Alana kijkt verbaasd op. "Waar is hij?" "Thuis" glimlacht Arion. " Hij wacht op je."
JE LEEST
𝕳𝖆𝖆𝖙⚜️𝕷𝖎𝖊𝖋𝖉𝖊 𝖇𝖊𝖛𝖗𝖎𝖏𝖉𝖙
Fantasy**LAATSTE DEEL VAN 4** De koning is dood... Lang leven de koningin. Lang leven de nieuwe koning! Kan hij hen echter bevrijden? Kan hij haar bereiken? Zij, de uitverkorene, is aangekomen. Haar tijd is aangebroken. Zij is de enige die hen kan redden...