My stalker. My life.

I may be far but never gone

~Ginny
"Oké, dus zij is -H?" vroeg ik verbaasd en Jasper knikte. "Ja, zij is het. Had je het verwacht?" vroeg hij en ik schudde m'n hoofd. "Zeker niet, maar ik denk dat iemand anders het ook nog weet, maar niks zegt. Diegene zegt niks om zichzelf er mee te redden, maar wat diegene niet weet, is dat -H tot alles in staat is." zei ik nadenkend en Jasper knikte begrijpend. "Ik stel voor dat jij Jace belt, dat we naar hem toe komen, en dat ik naar beneden ga om Ethan te halen. Hij kan nog van pas komen." zei ik en hij knikte. Ik wilde al weglopen, maar Jasper pakte m'n arm vast en zei: "Ik vind je leuk, Ginny." En op dat ene moment ontplofte er een bom van vlinders in m'n buik. "Ik jou ook, Jas." zei ik en ik kuste hem. Hij kuste me terug en trok zich al snel genoeg weer los. "Kom, we gaan Sidney proberen te redden." zei hij lachend en hij trok me mee naar beneden, naar Ethan toe.

~Ethan
Opeens kwam Ginny aanrennen samen met een andere jongen. "Ethan, Jasper. Jasper, Ethan. Ethan, we hebben je hulp nodig." zei Ginny snel en ik vroeg waarom. "Omdat jij misschien dingen weet, die wij niet weten." zei Jasper en ik knikte. "Wat is het plan?" vroeg ik terwijl ik van Jasper naar Ginny keek. "We gaan naar Jace toe met een paar anderen en vanuit daar gaan we kijken waar Sidney nu kan zijn." zei Ginny en knikte. "Ik doe alles om Sidney te redden, ik hou van haar." zei ik en Ginny lachte. "Kom mee dan. Dan gaan we naar Emily." zei ze en ik knikte lachend. We stapten in en reden naar de volgende bestemming, Emily.

~Emily
Ik stond net met Lucas een potje te zoenen, toen er aangebeld werd. Wie kan dat nou zijn? vroeg ik me af. Ik opende de deur en daar stonden Ginny, Ethan en Jasper. "Heey, wat doen jullie hoer nog zo laat?" vroeg ik super verbaasd. "We hebben jouw en Lucas' hulp nodig, Emily. Sidney is verdwenen." zei Ethan en ik keek hen gechoqueerd aan. Mijn beste vriendin was verdwenen en ik wist het nu pas. Ik ben echt een slechte vriendin, dacht ik. "Nee, je bent een super vriendin geweest voor haar, Em. Sidney weet dat." zei Ethan en ik keek hem verbaasd aan. "Ben je ook al een gedachtelezer?" vroeg ik verbaasd en hij knikte. "Ja en je vriendje denkt aan seks met je." zei hij en ik keek om naar Lucas, die begon te blozen. Ik werd ook knalrood en pakte snel m'n jas. "Let's go." zei ik terwijl ik m'n jas aantrok. We liepen naar de auto en ik vroeg: "Waar gaan we naartoe?" Ginny en Jasper keken elkaar aan en zeiden toen tegelijk: "Caleb." Ik knikte en we reden aan.

~Caleb
Ik was aan het jagen toen ik ineens iemand m'n naam hoorde schreeuwde. Iemand die ik super goed kende, het was m'n broertje Jasper. Ik rende richting de plaats waar het geluid vandaan kwam en kwam uit bij Jasper, Ethan, Emily, Lucas en Ginny. "Wat doen jullie hier?" vroeg ik en Emily nam het woord. "We zijn hier voor, Sidney. Jij kan ons helpen, want jij bent zelf ook een stalker geweest." zei ze serieus en ik keek haar beledigd. "Wat?! Het is toch zo!" zei ze uitdagend en ik gaf toe. "Je hebt gelijk en jullie willen dat ik meega naar Jace's huis." zei ik en ze knikten. "Maar eerst nog één stop maken." zei Ethan geïrriteerd. "Wie moeten we nog hebben dan?" vroeg ik en het antwoord op die vraag was simpel, Leon.

~Leon
Ik stond met een meisje te dansen, toen ik opeens een steek voelde. Sidney, ging er door m'n hoofd heen. Op dat moment kwam de echte ik weer in me terug, niet de player, maar de jongen waar Sidney verliefd op was geworden. Ik was zo stom geweest, hoe kon ik haar laten gaan? Op dat moment kwam Dennis op me aflopen. "Meekomen, Leon." zei hij boos terwijl hij mij naar buiten trok. Eenmaal daar sloeg hij mij een keer in m'n gezicht. "Waar was dat voor nodig?" vroeg ik boos. "Je deed Sidney pijn, daarom was dit nodig." zei hij geïrriteerd en ik knikte. "Ik denk dat ik het verdient heb, ik ben een zak geweest tegenover haar." zei ik naar de grond kijkend en op dat moment kreeg Dennis een berichtje. Hij opende ernaar en keek toen geschrokken naar mij. "Sidney is verdwenen en wij moeten haar helpen vinden." zei hij en ik keek hem geschrokken aan. "Ze mag niet doodgaan voordat ik haar gezegd heb, wat ik al maanden probeer te zeggen. Let's go." zei ik en we liepen naar de voorkant van het huis. Daar stond de auto van Caleb en de auto van Jasper al klaar. We stapten in bij Caleb en reden toen naar het huis, Sidneys huis.