'Heb je honger, meisje?'
Ik kijk geschrokken op naar de vrouw die het restaurant komt uitlopen. Snel kijk ik om me heen om te kijken of ze niet toevallig iemand anders bedoelt. Verlegen knik ik en de vrouw gebaard me dat ik binnen moet komen. Doorweekt loop ik het restaurant binnen. Het ziet eruit als een luxe sterrenrestaurant, zoals ik die alleen nog maar op televisie heb gezien. Ik blijf even in de hal staan en zie mensen mij aanstaren. Het maakt me ongemakkelijk, alsof ze zouden weten wat er is gebeurd. Niemand mag het ooit te weten komen.
De vrouw gebaard dat ik bij haar aan tafel moet komen zitten. Ik zie dat er een jongen van mijn leeftijd samen met een meisje bij zitten. Zuchtend slof ik naar ze toe. De jongen en het meisje kijken met arrogant aan, maar ik doe net alsof ik het niet door heb en ga zitten. Ik geef toe, dit is beter dan buiten te staan en ik heb echt honger. Lachend kijkt de vrouw me aan. 'Zeg, hoe heet je en waarom stond je daar zo voor het raam de borden met je ogen af te likken.'
'Mijn naam is Yvet' zeg ik dan, omdat ik weet dat ik moeilijk niets kan zeggen. 'Hallo Yvet, ik ben Janja, dit zijn mijn zoon Pieter en mijn dochter Angela.' De vrouw gebaard naar de kinderen en Pieter knikt, maar Angela kijkt me nog steeds kwaad aan. 'Mam, wat doet ze hier? Je brengt ons nog ten schande! Ik bedoel kijk hoe ze eruit ziet!' roept ze en gebruikt daar wilde gebaren mee.
'Negeer Angela maar, Yvet. Vertel wat wil je eten? En vertel eens wat over jezelf.'
Ik kijk de vrouw verbaasd aan over hoe ze over haar dochter spreekt en schud even mijn hoofd, omdat ze me eten aan bied, maar wat kan ik over mezelf vertellen?
'Ik heet dus Yvet, ben 17 jaar en woon sinds enige tijd op straat, maar alles komt goed. Als ik straks werk heb, dan kan ik een kamertje huren. Ik stond blijkbaar de borden af te likken met mijn ogen, omdat ik honger had eh.. heb, maar dat hadden jullie blijkbaar al door. Ik moet zuinig doen met mijn geld ziet u.' zeg ik en kijk weg als ik zie dat Janja een verdrietige blik in haar ogen krijgt. Ik haat het als mensen denken dat ik zielig ben. Ik ben alles behalve zielig. Kijk maar naar wat ik achter heb gelaten in het oude huis. Ik slik en hoop dat ze niet mijn gedachten kunnen lezen. Doe niet zo gek Yvet! Niemand kan gedachte lezen.
'Meisje toch, maar waarom woon je op straat? Waar zijn je ouders?' vraagt Janja en ik doe net alsof ik de vraag niet hoor, want dit is een vraag die ik al zo vaak heb gekregen. Ik ben dan ook blij als de ober het gesprek onderbreekt met de vraag wat we willen eten.
Angela besteld een pizza hawaii en Pieter kiest voor Lasagna. Janja vraagt aan mij wat ik wil eten, maar weet het niet. Alles wat ze hier hebben lijkt zo lekker, maar ook zo duur. Ik kijk de ober aan en hij kijkt me met een vies gezicht aan. Alsof hij een rat in de keuken heeft gevonden. Alsof ik hier niet thuis hoor. Ik noem snel een nummer op van de kaart en hoop maar dat het een beetje te eten is. Janja rond de bestelling af en de ober snelt weg. Ik zucht weer, want dat betekent dat we het gesprek weer op gaan pakken.
Janja stelt de vraag opnieuw en ik schud mijn hoofd. 'Janja, ik wil het er liever niet over hebben. Goed?' Janja haar blik zegt alles al ze laat het nu rusten, maar komt er later op terug. Ik bijt op mijn lip en wil opstaan. 'Meid, je zit hier nu toch al aan tafel. Dus eet je bestelling op en laat ons dan met rust.' Zegt Pieter en ik zie de ijzige blik in zijn ogen. De tranen springen me in de ogen en vraag me af wat ik verkeerd doe. 'Jongens, doe eens even normaal. Zo heb ik jullie niet opgevoed.' Zegt Janja en kijkt zowel Angela als Pieter kwaad aan.
'Maar papa wel! Wat zegt hij altijd over zwervend volk? Precies ja, dat we er met een boog omheen moeten lopen, want het brengt alleen maar problemen met zich mee.' Zegt Angela en kijkt haar moeder furieus aan. 'Papa kan nog wel meer zeggen, maar waar is papa nu dan?' vraagt haar moeder en ik zie hoe ze haar woede probeert in te houden.
'Alsjeblieft. Laat het maar, Janja. Ik ga er wel vandoor. Ik weet wanneer ik niet welkom ben.' Zeg ik en maak aanstalte om mijn zeiknatte jas met gaten aan te doen. Janja trekt me op de stoel en sist dat ik moet blijven zitten. Er loopt een rilling over mijn rug. Janja kijkt haar kinderen kwaad aan en draait zich dan om naar mij. 'Yvet, ik weet niet wat jou is overkomen en als je het er niet over wil hebben. Dan is dat geen probleem. Het spijt me verschrikkelijk dat mijn twee verwende kinderen je zo aanvallen. Zo heb ik ze niet opgevoed, althans ik niet, maar mijn ex-man wel.'
Ik schrik van de liefde in de woorden van de vrouw. Het is lang geleden dat iemand het voor mij opnam. Ik kan echter niet opstaan, want de ober staat met het eten voor onze neus. Hij geeft Pieter, Angela en Janja beleefd hun eten, maar schuift mij het bord onbeschoft toe. Ik voel hoe de woede in mij oplaait en hoe ik voel hoe mijn lichaam zich aanspant. Yvet, blijf rustig. Je zit hier bij aardige mensen, althans Janja is aardig en je krijgt eindelijk warm eten. Hopelijk is het geen zieke grap en hoe je straks niet alsnog af te wassen.
Iedereen eet in stilte en lijkt in zijn eigen gedachte verzonken. Als het eten op is en we wachten op het nagerecht durf ik het eindelijk te vragen. 'Janja, waarom mag ik bij jullie zitten?'
'Ach, lieve meid. Je stond daar zo alleen voor dat raam als een verzopen kat die al maanden geen fatsoenlijk eten heeft gehad. Ik kon het niet over mijn hart verkrijgen om je buiten te laten staan. Ik weet dat het not-done is in een restaurant als dit om 'zwervers' binnen te laten, maar ik kon gewoon niet anders. Pieter en Angela passen zich maar aan.'
Ik knik even bij wat ze verteld en bedank haar dan. Zonder Pieter en Angela aan te kijken, omdat ik gewoon aanvoel hoe Angela inwendig kookt. Wat Pieter betreft geen idee. Het nagerecht wordt opgediend en de chocolade lijkt op mijn tong te smelten. Ik kan nog net een kreun van genot onderdrukken, maar wat is het nagerecht lekker. Per ongeluk kijk ik in de ogen van Pieter en ik zie hoe hij een lach probeert te onderdrukken.
'Is het lekker?' vraagt hij met een zoete stem. Ik knik en ga verder met eten. Als het toetje op is zie ik hoe Janja de ober wenkt en vraagt om de bon.
'Hoeveel moet ik betalen?' vraag ik dan maar en hoop echt dat ze zegt dat ik niet hoef te betalen, omdat ik werkelijk geen cent op zak heb. Ik kijk naar mijn vingers die net zo hevige bibberen als dat ik dat op het moment doe.
'Niets Yvet. Deze maaltijd krijg je van mij cadeau. En laat ik eens gek doen, omdat deze twee zich niet hebben kunnen gedragen mag je een nachtje bij ons blijven slapen.' zegt Janja en knikt naar Angela en Pieter.
'Wat! Mama dat ga je niet menen! Je neemt haar echt niet mee naar huis. Een wildvreemde! Een zwerver!' roept Angela en springt op waardoor haar stoel achterover valt. 'Angela, ga zitten en gedraag je. Ze is niet wildvreemd meer. Ze heeft met ons gegeten, ze heeft een naam Yvet en ze is zeventien jaar. Net zo oud als jou. Alleen heeft zij een moeilijk start gehad en daar kun jij nog wat van leren.' Zegt Janja geduldig en staat dan op en trekt haar jas aan. Ik sta werkelijk met me mond vol tanden, want hier had ik niet op gerekend.
'Yvet, kom je nog?' vraagt Janja vriendelijk als ik zie hoe Pieter en Angela het restaurant al uitgelopen zijn en ik nog steeds op de stoel zit. Ik zucht en pak mijn oude plunjetas samen met mijn verregende jas. Ik denk even aan een uitspraak die ik nog niet zolang geleden deed...
Waar dromen werkelijkheid worden...
JE LEEST
Future, past, present
HorrorDe sterren en de maan waren onzichtbaar achter een dikke stapel wolken. Het enige licht wat scheen waren een paar knipperende lantaarnpalen. Ik schudde mijn hoofd en deed de kraag van mijn jas omhoog. Nog een keer keek ik om naar het oude huis in de...