Hoofdstuk 12

68 2 0
                                    

*Thomas* 

Ik had hele erge hoofdpijn. Ik had gister net iets te veel gedronken gisteren. Ik was zo overstuur dat Katie met die Dylan uit ging. Ik denk dat Katie zich zo voelt met mij en Joan. Maar ik snap niet waarom ze niet snapt dat ik niks met Joan wil. De gene met wie ik iets wil is Katie en niet iemand die niet eens aan de goede kant staat. Er is daar iemand voor Joan, maar ik ben het alleen niet. Ik wil Katie en niemand anders. Ik liep naar boven en trok nieuwe kleren aan. Toen ik beneden was hoorde ik mijn telefoon af gaan. Ik keek en zag dat ik een berichtje had van een onbekend nummer. Ik zag een foto van Katie. Ze had een bloedende lip en ze was vast geketend. Dit moet van Esveld zijn maar hoe komt ie aan Katie. Katie was gister uit met Dylan hoe kan ze dan bij hem zijn. Het duurde niet lang voordat ik het antwoord had. Dylan hoort bij van Esveld ik weet het zeker. In mijn woede gooide ik een glas dat op de tafel stond tegen de muur. Niet veel later kreeg ik nog een berichtje.

Je krijgt Katie pas terug als ik Joan heb.

Ik ging op de bank zitten en staarde naar het berichtje. Ik kan Joan niet vrij laten, maar ik kan Katie daar ook niet laten zitten. Ik pakte mijn telefoon en stuurde een berichtje terug.

Prima als we tegelijkertijd over de streep gaan anders zie je Joan nooit meer terug.

Ik hoopte dat hij snel zou reageren. Ik moest Katie wel redden anders dan gaat ze daar vast dood. Ik kan haar niet dood laten gaan. Ik hou van haar en dat moet ik haar alleen nog vertellen. Ik hoorde mijn mobiel af gaan en keek wat ik terug had gekregen.

Is goed.

Het was wel een heel kort berichtje. Ik was van plan er morgen pas heen te gaan ook al wou ik Katie nu al zo graag in mijn armen houden. Ik wil er echt voor haar zijn en haar het gevoel geven dat ze zoveel waard is. Ik wil ervoor zorgen dat niemand haar pijn doet en dat gaat niet zo makkelijk als je een spion bent. 

*Katie*

Ik lag nog steeds in die donkere kamer. Ik was heel alleen tot er iemand binnen kwam. Het was Dylan. Zonder een woord te zeggen maakte hij me los en sleurde me mee. Toen we in een andere kamer waren duwde hij me op een stoel en ketende mijn handen vast aan een tafel. Dylan liep zonder iets te zeggen de kamer weer uit en van Esveld kwam binnen. Hij ging voor me staan en keek me aan. Ik kon zien dat hij een mes in zijn hand had. "Waar is jullie hoofdkwartier?" Vroeg hij. Ik deed mijn mond geen seconde open. Van Esveld haalde het mes tevoorschijn en stak het in mijn hand. Ik gilde het uit van de pijn. "Ik vraag het nog een keer, Waar is jullie hoofdkwartier?" Ik zei alweer niks en dit keer haalde van Esveld uit met het mes in mijn gezicht. Er zat nu een diepe snee in mijn gezicht. "Vertel het kom op" zei hij. Ik deed alsof ik het niet had gehoord en van Esveld sloeg me in mijn gezicht. Hij sloeg nog een paar keer heel hard. "Ik zeg niks en als je me pijn doet doet dat me ook niks" zei ik. Van Esveld was zo nijdig dat hij het mes drie keer in mijn hand sloeg. Ik voelde het ijzer tussen mijn botten. Het voelde heel naar. "Thomas komt echt niet" zei van Esveld. Ik haalde mijn schouders op ook al boeide het me heel veel. "Breng haar weg!" Riep van Esveld. Dylan kwam naar binnen lopen en sleurde me weer naar die donkere kamer. Dylan duwde me op de grond. Mijn hoofd raakte de harde en koude grond. Ik voelde heel veel pijn aan mijn hoofd. Het deed zoveel pijn dat alles zwart werd en ik niets meer kon zien. Ik raakte daarna ook nog eens mijn bewustzijn kwijt. 

UncoverWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu