We zijn net aangekomen bij de haven. We hebben nog veel gepraat over het examen. Ik heb ook gevraagd waarom zij eigenlijk mee doen. Gewoon, uit nieuwsgierigheid. Gin doet mee omdat hij meer wereld kennis wilt en nu heb ik hem ook geïnspireerd door mijn aura. Esrael daarentegen wilt gewoon wat spanning en uitdagingen in zijn leven. Ik heb het gevoel dat dat niet alles is maar ik pieker er niet over na.
'Hallo deelnemers!' Klinkt er plots een hoge vrouwenstem. We kijken naar een slanke vrouw met blauw haar dat in twee laaghangende staartjes is gebonden.
'Dit jaar hebben jullie geluk mij als examenmeester te hebben.' Zegt ze vrolijk. Ik rol met mijn ogen. Wat een ego heeft die zeg!
'Dit jaar doen er maar liefst 416 deelnemers mee aan het examen, maar een paar kunnen het halen.' Ik schrik van het aantal deelnemers. Dat zijn er redelijk veel. Maar de meeste vallen al weg bij de eerste proef heb ik gehoord.
'Ik zie al veel veelbelovende figuren. Maar ik zal jullie niet langer laten wachten. Jullie mogen vrij rondlopen op het schip en zo meteen krengen jullie je kamersleutel voor op det eiland. Veel plezier en succes!' En met dat gezegd te hebben is ze weg. We krijgen alle informatie die we nu nodig hebben maar toch is het niet veel. Ik draai me naar Gin en Esrael en wil net iets zeggen tor dat iemand tegen mij wordt geduwd.
'He! Kijk eens uit.' Zeg ik kwader dan bedoelt.
'Oh er is hier iemand wat kattig.' Lacht de persoon. Hij heeft lang bruin haar, een baardje en een hoed op. Hij draagt een lange bruine jas en heeft helder blauwe ogen. Ik kijk hem boos aan en baal mijn vuisten. Hij lacht even en legt zijn hand op mijn hoofd.
'Jij bent wel een verchtertje ze. Maar ik wil je nog niet uitdagen, daar ben je nog niet klaar voor.' Zegt hij op een serieuze toon. Ik frons mijn wenkbrauwen en trek me terug. Gin legt zijn hand op mijn schouder en ik kalmeer al wat meer.
'Succes met het examen, kitten.' Zegt de man wanneer hij weg loopt. Wie was dat? En hoe sterk is hij wel niet. Zijn aura was immens groot!
'Wie was dat?' Vraagt Esrael. Ik haal mijn schouders op en kijk naar Gin in de hoop dat hij het weet, maar ook hij weet van niks.
'Kom, dan gaan we alvast naar het schip.' Zegt Esrael. We stappen met z'n drieën aan boord. Het is een grote veerboot met verschillende verdiepingen.
'Wat gaan we eerst doen?' Vraag ik me luidop af. Ik kijk naar de jongens en wacht op een antwoord.
'Ik heb best honger.' Zegt Gin. Ik knik en we zoeken naar een winkel of iets in die zin. Uiteindelijk vinden we een kleine koffiebar. Ik bestel een koffie verkeerd, Esrael een chocomelk en Gin een koffie. We bestellen elk ook nog een broodje. We zetten ons in een zithoek. Ik kijk door het raam en zie het water tegen de stenen klotsen. Ik neem een slokje van mijn koffie en ontspan even. Mijn gsm trilt plots in mijn zak. Ik pak hem en schrik van de naam die op mijn scherm staat. Ik zucht en sta op.
'Deze moet ik even nemen.' De jongens knikken en ik ga naar het bovenste dek. Ik open de deur en voel een koude windvlaag in mijn gezicht. Mijn sneeuwwitte haar vliegt met de wind mee.
'Hallo?' Zeg ik wanneer ik heb opgenomen.
'Ah zusje! Hoe is het daar?' Vraagt Ashe. Ik glimlach een beetje bij het horen van haar stem.
'Goed, we zijn net onderweg naar het eiland.' Zeg ik terwijl de bood stilletjes door het water beweegt.
'Dat is goed. Ik mis je wel hoor kleine zus. En ik maak me ook wat zorgen. Ik heb gehoord dat sommige deelnemers er niet mee inzitten of ze een andere deelnemer doden of niet.' Ik slik even maar verman me. Ik ben een Assasin. Ze moeten veel moeite doen om mij te doden.
'Geen zorgen onee-chan, ik ben een Assasin. Mij krijg je niet snel klein.' Ze grinnikt even.
'Ik geloof in je imouto.' Zegt ze met zen zachte stem. Ik glimlach.
'Dankje.' Zeg ik. Ookal zijn mijn zussen vreselijk tegenover mij. De band tussen mij en Ash is onbreekbaar. Wij steunen elkaar op moeilijke momenten. Onee-chan is mijn bijnaam voor haar. Het betekend grote zus, terwijl imouto kleine zus betekend.
'Ik moet gaan maar ik zal nog eens bellen, veel geluk nog.' Zegt Ashe. Ik neem afscheid en leg af. Met een kleine glimlach draai ik me om. Plots staat Esrael voor me.
'Man! Je liet me schrikken.' Zeg ik lachend. Hij lacht even.
'Sorry, ik wou gewoon kijken hoe het gaat. Je gezichtsuitdrukking daarstraks maakte me zorgen.' Ik glimlach teder.
'Nee ik was verrast dat mijn zus me belde, dat is al.' Hij knikt begrijpend. Nog een koude windvlaag gaat langs me heen en ik ril even.
'Kom, we gaan naar binnen voor dat je helemaal bevriest.' Zegt Esrael lachend. Ik knik instemmend en we gaan terug naar Gin.
JE LEEST
Hunters
FantasyEr zijn vier groepen in deze wereld. De Hunters: ze zijn de beschermers van de burgers en de heersers. De Assasins: ze leven om te doden en hebben iedereen als vijand. De Heersers: ze leiden hun staat, iedere staat heeft er een behalve het gebied va...