Ik open mijn ogen en kruin van de hoofdpijn. Ik heb geen idee waar ik ben en wie er over me gebogen staat. Wacht? Wat? Ik schrik door de twee violet ogen die me recht aanstaren en val van het oppervlak waar ik op lig.
'Oh, het spijt me Akali! Ik wou je niet laten schrikken!' Zegt ze paniekerig. Ik snap het even niet, wie is ze en hoe weet ze mijn naam? Ze wilt me recht helpen maar ik sla haar armen van me weg.
'Wie ben je?' Vraag ik wanneer ik me terug neerzet in de zetel waar ik een moment geleden nog op lag. Het roodharige meisje kijkt me triest aan.
'Je weet niet meer wie ik ben?' Vraagt ze droevig. Ik kijk haar beter aan en herken haar wel maar ik weet niet wie ze is. Ik schud mijn hoofd als antwoord op haar vraag.
'Weet je waar je bent?' Vraagt ze vervolgens. Ik kijk rond en zie een gezellige hotelkamer. Weer schud ik mijn hoofd. Ze zucht even en mompelt iets.
'We doen samen met nog andere mensen mee aan het Hunter examen.' Ik lach even. Ze kijkt me verward aan.
'Ik ben een assasin, ik mag niet eens mee doen aan een Hunter examen.' Zeg ik lachend. Het meisje schrikt en stapt achteruit.
'Akali? Dat wist ik niet.' Ik kijk haar verward aan. Heb ik iets verkeerd gezegd? Wacht, als ik hier toch aan mee doe om een hunter te worden, weten de vrienden die ik heb gemaakt niet dat ik een assasin hoor te zijn. Ik lach zenuwachtig.
'Ja, ik ben een assasin maar ik doe je geen kwaad, ik zweer het je!' Zeg ik paniekerig. Ik heb het gevoel dat ze belangrijk voor me is. Ik wil een mogelijke vriend niet kwijtraken. Ze is waarschijnlijk mijn enigste vriend die ik heb. Ze kijkt me aan en lacht teder.
'Weet ik toch! Vertel, waarom doe je mee aan dit examen?' Ze zet zich neer naast mij en luistert aandachtig naar mijn uitleg. Ik weet er het fijne niet meer van maar ik weet wel dat ik het haat om onschuldige mensen te doden. En dat ik ooit een zekere Esrael had gered van mijn zussen. Het gevoel door dat ik iemand hielp vond ik zo geweldig!Ze lacht even.
'Daarom zijn jullie twee zo onafscheidelijk!' Ik kijk haar verward aan.
'Je weet vast ook niet wie Esrael is. En Gin dan ook niet.' Ik schud mijn hoofd. Ik haat het echt om niks meer te weten. Het lijkt wel of alles van het examen gewist is. Maar de rest weet ik nog perfect. De twee jongentjes die vrolijk speelde op het plein, de pijlen die ik naar de smid bracht. Ik frons mijn wenkbrauwen en kijk naar mijn handen die op mijn schoot liggen. Er wordt dan opeens op de deur geklopt en Het roodharige meisje doet hem open. Ik zie ze niet omdat het net echter een hoek is maar ik hoor bekende stemmen wat zeggen.
'Hoe is het met haar?' Vraagt een zachte stem.
'Goed, ze is al bij bewustzijn maar ik denk dat ze tijdelijk wat geheugenverlies heeft. Ze herkent me niet meer.' Zegt een meisjesstem droevig. Ik hoor gezucht en voetstappen naar me toe komen.
'Akali?' Vraagt de zachte jongensstem. Ik draai me om en kijk in twee ijsblauwe ogen. Mijn hart bonst hevig en plots krijg ik het warm. Ik wordt nerveus en friemel wat aan mijn lange witte haren.
'Ik ben het, Esrael.' Mijn ogen worden groot bij het horen van zijn naam. Dus dit is Esrael. Ik fluister zijn naam zachtjes en kijk hem verward aan. Waarom komen al deze gevoelens naar boven? Hij zet zich naast me neer en trekt me in een knuffel. Ik blijf stijfjes zitten. Zijn lichaamswarmte is aangenaam en hij ruikt naar een zachte lentedag. Zijn armen zijn stevig om me heen gewikkeld. Ik ontspan zen beetje en leg mijn handen op zijn rug.
'Ik was zo bezorgd toen je ineens ineenzakte na de eerste test.' Zegt hij met een opgeluchte toon. Waar heeft hij het toch over? Wat is er gebeurd?Ineens zie ik twee magenta ogen voor me. Ik schrik op en laat Esrael los. Mijn ademhaling wordt onstabiel en mijn voorhoofd begint lichtjes te zweten.
'Je bent geen Hunter maar een Assasin.'
'Kom terug naar huis zusje, we missen je.'
'We beloven dat we je niet zullen proberen te doden, en je vriendje van je ook niet als het echt moet.'
Ik hoor de stemmen van mijn zussen door mijn hoofd galmen. Ik houd mijn hoofd vast en schud.
'Ga weg, je kan me niet dwingen!' Roep ik uit. Ik zie een meisje haar gezicht voor me. Een schaduw valt over haar heen en kijkt me aan met een wazige blik.
'Wie ben je? Ga weg!' Roep ik hysterisch. Ze doet niks, ze kijkt me alleen aan en wankelt op haar plaats. Plots begint ze te lachen. Ze is weg en ik zie langzaam alles weer. De warme kleuren van de woonkamer en een donkerharige jongen die voor me zit.
'Akali, alles oke?' Vraagt Esrael geschrokken. Ik heb de kracht niet om hem te antwoorden. Tranen vormen in mijn ogen. Mijn hele lichaam trilt. Hij probeert me te kalmeren door over mijn rug te vrijen. Wordt ik gek?
'Zeg, waar is Yuri trouwens?' Vraagt het roodharige meisje. Ik weet totaal niet wie dat is. Maar aan haar toon te horen vind ze die Yuri niet zo leuk.'Hey, ik ben wat eten gaan halen voor ons.' Zegt een maar al te bekende stem. Ik wou net Annivia haar naam uitspreken wanneer een blauwharig meisje tevoorschijn komt.
'Oh mooi je bent wakker.' Zegt ze wanneer ze me ziet.
'Je hebt ons allemaal goed laten schrikken.' Lacht ze. Ze wilt dichter komen. Met een snelle reflex zet ik me recht en ga zo ver mogelijk van haar weg.
'Blijf bij me uit de buurd!' Roep ik angstig. Ze kijkt me raar aan en zet de plastieken zak neer.
'Wat scheelt er, Akali? Waarom doe je zo?' Vraagt Esrael niet begrijpend. Ik kijk hem gekwetst aan terwijl hij naast haar gaat staan.Waarom Esrael? Waarom kies je haar kant?
JE LEEST
Hunters
FantasyEr zijn vier groepen in deze wereld. De Hunters: ze zijn de beschermers van de burgers en de heersers. De Assasins: ze leven om te doden en hebben iedereen als vijand. De Heersers: ze leiden hun staat, iedere staat heeft er een behalve het gebied va...