Hoofdstuk 3- De date

52 2 2
                                    

Ik trek een witte broek aan en kijk in de spiegel, prima maar welk shirt moet erop? Ik graai in e kast en vindt een donkerblauw shirt en trek het over mijn hoofd, ik trek de deksel van de pot gel, haal mijn vingers erdoor heen en kneed mijn haar in model om tenslotte een luchtje op mijn nek te spuiten. Tevreden kijk ik naar het resultaat in de spiegel, ik klap de deur waar de spiegel inzit dicht en stap de caravan uit. Mijn ouders zijn met mijn broertjes naar de animatie vanavond dus die hoef ik geen verantwoording af te leggen. Ik loop over het verharde pad tussen en onder de rozenstruiken door om vervolgens terecht te komen op de hoofdweg van de camping. Ik kijk naar links waar twee grote bollen aan het einde van de lange weg de hoofdingang van het strand verlichten. Aan de rechterkant loop ik naar de ingang, die kant moet ik op. Na een paar honderd meter sla ik rechts af en dan sta ik voor de campingbar. Ik zie Britt alleen aan de bar zitten in een rood jurkje met haar haar in een staart en zoals vanmorgen, geen make-up op haar gezicht. Ik loop naar haar toe en ga naast haar zitten: 'hej, hoe gaat ie?' vraag ik met een glimlach op mijn gezicht. 'Goed!' antwoord Britt meteen. 'Mooi zo! Wil je wat drinken?' Zeg ik. 'Ja lekker! Doe maar een colaa'tje!' Ik wenk de barman: 'One Coca Cola and A white wine' zeg ik. 'Forget the Cola two white wine!' De man knikt. 'Ik wilde rustig aan beginnen' lacht Britt. 'Een wijntje moet toch kunnen op vakantie?!' Lach ik. Britt knikt. Onze wijn wordt voor ons neer gezet. Het is erg gezellig, ik kom steeds meer over haar te weten: ze is hier met haar vriendinnen maar die gingen vanavond stappen, ze woont in Utrecht (wat niet heel ver van mij vandaan is) en is dol op films en series kijken. Inmiddels is het 11 uur en hebben we al heel wat wijn en Passoa Jus op. Ik vraag de rekening, betaal en samen lopen we weg. Britt loopt niet helemaal recht meer en ik merk dat ik er ook niet meer helemaal bij ben. We lopen over de hoofdweg naar het strand. Als we het strand op lopen trappen we onze slippers uit en lopen samen verder richting de zee, daar gaan we een klein stukje met onze voeten in het water lopen. Het water lijkt zwart in het donker. Het lijkt alsof je er in kan lopen en in het zwart kan verdwijnen. Voorgoed. Echter is het water best wel koud en dus lopen we een stukje het strand op. Ik voel Britt's hand in de mijne glijden totdat ik na 100 meter struikel en languit in het zand beland. Perongeluk trek ik Britt met me mee, die keihard bovenop mij beland. We gieren van het lachen tot mijn ogen die van haar ontmoeten. We kijken elkaar minuten lang in de ogen tot ik mijn lippen op die van haar druk. Ik voel dat ze even twijfelt maar dan zoent ze terug.

Summer nightsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu