Hoofdstuk 21

633 43 9
                                    

…Het is zover.

Dat is het eerste wat ik denk als ik wakker word. Dramatisch hè?

Tum tum tuuum… Het is zover. Vandaag is mijn eerste officiële date met Wolf. Vandaag begint mijn fantastische plan.

Ik sla de deken van me af en veeg een pluk haar uit mijn gezicht. ‘Lun? Ben je al opgestaan?’ mijn moeder bonkt op de deur. ‘Nee, ik lig nog te stinken in mijn hol.’ Kreun ik. Ik sta op en draai de sleutel om, als bewijs. ‘Ik hoorde dat je ontzettend veel huiswerk had, schat.’ Mijn moeder ploft neer op mijn bed. Wat? Hoe weet ze dat? ‘Van wie hoorde je dat?’ Vraag ik, terwijl ik onschuldig begin te ijsberen. Ik trek mijn kledingkast open en kijk afkeurend naar de stapeltjes kleren. ‘River, hij belde. Ik zei dat je nog aan het slapen was.’ In gedachten wurg ik hem. ‘Oh. Nee, valt mee. Ik ga vandaag wat drinken in de stad met Skye.’ Lieg ik. Oja. Niet vergeten om Skye te informeren dat ik haar gebruik als alibi. Hoewel.. Skye mag niks weten van mijn plan. ‘Weet je het zeker? Gisteren heb je ook nog niks gedaan aan je huiswerk.’ Mompelt mijn moeder. Ik zucht. ‘Gisteren was het vrijdag, mam. Kom op. Op vrijdag zit ik op school. Géén huiswerk, dus.’ Ze laat het bij een verontwaardigde blik. ‘Mag ik wat privacy?’ vraag ik zonder op te kijken. Ik graai wat kleren uit mijn kast, om het punt te versterken dat ik me wil omkleden. ‘Tuurlijk.’ Mijn moeder trekt haar wenkbrauwen afkeurend op als ze de kleren over mijn arm ziet hangen. ‘Doe je dát aan naar de..’ ‘Ja.’ Ik duw haar mijn kamer uit en vergrendel mijn deur opnieuw. Uitgeput leun ik tegen de deur. Ik ben ontzettend veranderd sinds de eerste keer dat ik River heb gezoend, lijkt het. Ik ben harder geworden, onaardiger. Ik ben niet meer de Luna die voor iedereen opkomt. Ik ben niet meer het meisje wat iedereen helpt. Ik merk dat ik veranderd ben. Negatief veranderd. Boos sla ik mijn ogen neer, om me vervolgens op de grond te laten zakken. Ik wil mezelf zijn. Zenuwachtig lik ik langs mijn lippen. Over vijf minuten is het kwart voor elf. Dan ga ik. Op weg naar mijn date, die om elf uur begint. Mijn gezicht betrekt. Het park, zei Wolf. Hij wil afspreken in het park. Uhg. Dat is zo’n plek waar alle stelletjes alleen maar komen om te lebberen. Ik zie Wolf’s gezicht weer voor me en masseer mijn slapen. Hij is zó knap, maar River is bijzonderder. Zijn goudblonde krullen, zijn prachtige ogen, zijn zachte lippen, zijn tedere.. Ik word verstoord door mijn mobiel. ‘Je spreekt met Miss Luna, over.’ Mompel ik. ‘Lun, met Wolf. Waar ben je?’ Wolf’s stem klinkt paniekerig. Ik schiet overeind. ‘Ik.. ik ben.. Thuis.’ ‘Thuis!? We hadden om kwart voor elf afgesproken.’ Ik slik. ‘Kwart voor elf?’ Hij maakt een bevestigend geluidje. ‘Ik kom er nu aan!’ roep ik, terwijl ik een blik op de klok werp. Vijf voor elf. Klasse, Luna. Je hebt het weer voor elkaar. Ik graai naar mijn jas en schoenen en sprint naar beneden. ‘Doe je de deur achter je dicht?’ Jonas passeert me en trekt me naar zich toe om een kus op mijn kruin te planten. Ik schud wild met mijn hoofd. ‘Joon, ik moet gaan, laat me los!’ -Waarom in godsnaam is mijn broer zo sterk?- ‘LAAT. ME. LOS. Kom op, Joon. Ik moet gaan!’ Hij krimpt ineen van het oergeluid uit mijn keel. Triomfantelijk blaas ik een krul uit mijn gezicht. Hij grinnikt. ‘Doe niet zo panisch. Misschien moet je eens naar de sportschool gaan, zussie.’ ‘JONAS!’  brul ik opnieuw terwijl ik hem met mijn vrije hand tegen zijn buik mep. Hij laat mijn arm los en grijnst breed. Zijn krullen reiken tot zijn dikke wimpers en door de voorjaarszon pronken er wat sproetjes rond zijn neus. Ik haal een hand door zijn haren zodat zijn goudkleurige lokken naar achteren vallen. ‘Doe je voorzichtig?’ vraagt Jonas terwijl hij zijn joggingbroek ophijst. Ik grinnik. ‘Tuurlijk.’ Hij duwt me door de achterdeur en plant nog een kus op mijn wang.  Wat heb ik een lieve broer.

*

‘Waarom was je er nog niet?’ Vraagt Wolf na een uur of twee door het park lopen. Ik zucht. ‘Ik dacht dat we om elf uur hadden afgesproken.’ Zeg ik nonchalant. Hij grinnikt en trekt me naar zich toe voor een knuffel. ‘Hoe gaat het?’ mompel ik gesmoord tegen zijn shirt. ‘Gaat wel, en jij?’ Ik hef mijn hoofd op om te kijken waar hij naar kijkt. Hij staart omlaag. Waar kijkt hij naar? Ik volg zijn blik en zie dat ik de onderkant van zijn shirt ontzettend stevig in mijn knuistjes vast heb. Oké, vreemd. Snel laat ik het uit mijn handen glippen, waarna ik het voor de zekerheid even tegen zijn buik gladstrijk. Hij maakt een vreemde kronkelende beweging en begint hardop te lachen. ‘Waar lach je om?’ vraag ik, mijn wenkbrauwen fronsend. Wolf grijpt me vast bij mijn middel en trekt me steviger tegen zich aan. Héél, heel langzaam beweegt hij zijn hoofd naar me toe. Oh god. Hij gaat me zoenen. Ik raak in paniek, begin vreemde geluiden te produceren en... ‘Ik kan niet tegen kietelen.’ Fluistert Wolf in mijn oor. Zijn adem kietelt tegen mijn huid. ‘Oh.’ Mompel ik. Precies hetzelfde wat ik denk. Oh. Hij wilde me niet zoenen. Oké, duidelijk. Ik duw hem van me af en klop mijn handen af aan mijn broek. Waarom weet ik niet. Wolf is helemaal niet vies. Met een rood hoofd staar ik naar zijn ijsblauwe ogen. Hij grijnst en trekt me naast zich op het groen uitgeslagen bankje. Uhlg. Ik rimpel mijn neus. ‘Wat doe je?’ Onopvallend ruikt Wolf aan zijn oksel. ‘Ben ik het?’ ik stoot een zenuwachtig gegiechel uit wat overgaat in hoesten. ‘Nee.. Nee.’ Murmel ik, tussen een knor en een lach in. ‘Het bankje… het is helemaal groen! Zo groen dat ik.. Dat ik het vies vind.’ Hij laat het bij een bevreemde blik en richt zich dan op mijn fiets. ‘Heb je een nieuwe fiets?’ vraagt hij, terwijl hij naar de zwarte opoefiets van mijn broer knikt. Ik schud mijn hoofd. ‘Nee, hij is van mijn broer. Mijn fiets is bij de fietsenmaker.’ ‘Oh.’ Het is een tijdje stil. Ik voel Wolf’s ogen in mijn wang prikken. Niet letterlijk natuurlijk, maar ik voel hem staren en kan op dat moment niks anders bedenken dan dat ik ze in mijn wang voel prikken. Zenuwachtig friemel ik aan de onderkant van mijn jasje. Het is veel te warm voor dat ding. ‘Eh, ik.. uhm..’ ik wijs naar mijn jasje en sta op. ‘Oh. Ga je gang.’ Zijn hoofd is veels te dichtbij. Ik wijk een beetje achteruit en trek mijn jas uit, waarna ik hem over mijn stuur hang. ‘Luna..’ Wolf kijkt me met een knalrood hoofd aan. Wat is er nou weer? Hij staart naar mijn gezicht alsof.. Shit. Ik wrijf hardhandig over mijn wangen, maar zijn hoofd word niet minder rood. ‘Zit er iets op mijn..’ ik wijs naar mijn gezicht. Gôh. Wat gebruik ik vandaag veel gebaren. Wolf schudt zijn hoofd. ‘Er zit.. groen. Op je.. op je..’ Blijkbaar is het gebaren-dag. Hij wijst naar mijn achterwerk. Geschrokken pers ik mijn lippen op elkaar om vervolgens keihard op mijn eigen kont te kunnen slaan. De groene stofwolken stuiven van mijn broek. Het gezicht van Wolf word alleen maar roder. Nu is het niet omdat hij zich schaamt, maar omdat hij bijna omvalt van het lachen. Ik sla nog iets harder en kijk over mijn schouder. Niks meer. Gelukkig. Mokkend plof ik op de bagagedrager van mijn fiets. ‘Ik ga nooit meer van mijn leven op dat bankje zitten. Nooit meer.’ Fluister ik. Wolf grinnikt. Ben ik zo grappig? Opnieuw wrijf ik over mijn wangen. Misschien zit daar ook wel een vervelend groen schimmelachtig goedje op. Maar nee, blijkbaar ben ik grappig. ‘Je bent grappig.’ Zegt Wolf op het zelfde moment wanneer ik het denk. ‘Oh.’ Yes. Eindelijk kan IK ook dat irritante “oh” zeggen. Ik erger me er al de hele tijd aan. Wolf staat op en ploft op mijn zadel. Hij strijkt wat haar achter mijn oor. ‘Lun..’ –Hij kent me amper. Waarom gebruikt hij koosnaampjes? Hij doet alsof hij verkering… Denk aan je plan, Luna. Concentreer je.- Ik kijk hem snel aan en glimlach geforceerd. ‘… Je bent echt leuk. Je bent zo’n leuk meisje!’ hij buigt naar voren, tuit zijn lippen en.. Geschrokken kijk ik naar mijn onzichtbare horloge. ‘Oh! Is het al zó laat? Ik moet gaan!’ Mijn hart bonkt razendsnel. Ik druk een kus op zijn wang - voor de vorm - stap op mijn fiets rijd keihard weg. ‘Dag Luna!’ roept Wolf nog. Ik steek mijn hand op als afscheid.

*

Zuchtend zak ik die avond in de bank op het dakterras. Ik kan mezelf wel voor mijn hoofd slaan. Mijn plan is NU al aan het mislukken! Hoe moet het verder? Ik prop mijn sweater onder mijn hoofd en probeer op adem te komen. Net zoals de sterren in de pikzwarte lucht zweven, pronkt de maan voor mijn ogen. Het is prachtig. Als vanzelf beland ik weer in mijn gedachtenstroom.

‘Luna!’ ik kijk op, wurm me uit Mama’s armen en ren naar Jonas toe. Zijn grote lijf geeft me een veilig gevoel. ‘kom eens kijken?’ Ik druk me tegen hem aan. Hij tilt me op. ‘Wat moet ik doen, Joon?’ vraag ik met een dun stemmetje. Hij hoeft niet te antwoorden. Het prachtige ronde, witte voorwerp in de lucht trekt mijn aandacht. Mijn mond valt open, ik sla mijn dunne en tedere handjes voor mijn mond. Verbaasd knijp ik mijn ogen samen om scherp te stellen. Een gevoel, een gevoel wat ik nog nooit heb gehad stroomt door mijn lichaam, pompt energie door mijn lijf, schreeuwt van geluk. Ik pers mijn lippen tot een dun streepje en klamp me vast aan Jonas. Hij glimlacht. Zo staan we, geschokt. Onze ogen, zo rond als schoteltjes. Sprakeloos.

Ik glimlach naar de maan. Een glimlach, die nooit verloren zal gaan zolang ik de maan zie. 

(---------------------)

Hellooo

Weer een nieuw hoofdstukkie. 

Yeah, jullie hadden de deadline ruim gehaald :o! Ben zo blij, werd echt superhappy! al die leuke comments enzo! Zelfs van korte comments word ik vrolijk. Sorry dat ik er niet op reageer, maar ik ben echt heel erg blij als ik ze lees! Dus comment vooral door. Ook op het voteknopje drukken kost weinig moeite, toch? :D

Zullen we nu voor de 30 votes en de 10 comments gaan?

Ik hoop dat het lukt! *doet een vrolijk dansje*

HEEL ERG BEDANKT IEDEREEN! <3 

Lees ook mijn andere (niet splinternieuwe, maar wel nieuw, ik ben bij hoofdstuk 4 en heb vaak zo veel zin om daarvoor door te schrijven!!) verhaal: Vanaf de eerste dag! < zeker lezen! :) alvast bedankt!

Als jullie daar op voten en commenten ga ik ook weer snel door! :) 

Kisss

-xxx-

Jule

MaanlichtWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu