H21.

125 9 0
                                    

-p.o.v Kristel-
Het vreselijke geluid van de wekker klinkt door mijn slaapkamer. Met mijn ogen nog half dicht sla ik op de wekker om hem stil te krijgen. Ik open mijn ogen en zie dat het acht uur is. Ik zucht, vandaag moet ik weer werken. Ik ga rechtop in bed zitten en rek me uit. Gene is zo te zien al naar zijn werk, want hij ligt niet meer naast me. Ik duw de dekens van me af en stap uit bed. Ik loop naar mijn kledingkast, pak mijn ochtendjas en doe sokken aan. Ik besluit om naar beneden te gaan en een ontbijt te maken voor mij en Fenna.
Ik loop de trap af, de keuken in.
Ik doe wat broodjes in de oven en dek de tafel. Dan loop ik richting de logeerkamer waar Fenna ligt te slapen. Ik klop zachtjes op de deur, maar ik krijg geen antwoord. Ik open de deur een stukje en steek mijn hoofd er door heen. Fenna ligt nog als een roos te slapen. Ik sluip naar het bed toe en fluister haar naam.
"Fenna'tje, wakker worden."
Fenna draait zich om en maakt een "hmm" geluid. "Ik heb ontbijt voor je." Zeg ik. Na dat gezegd te hebben is Fenna meteen klaarwakker. "Ik kom eraan!" Zegt ze. Ik lach en loop terug naar de keuken.

We zitten samen te ontbijten, en gek genoeg vindt Fenna precies dezelfde dingen lekker als ik.
Zo moeder zo dochter, zeggen ze dan toch? "Ik moet vandaag werken, maar we kunnen je spullen enzo nog wel even halen." Zeg ik tegen Fenna. "Is goed, ik red me wel." Zegt ze terwijl ze een grote hap cornflakes naar binnen schuift. "Zullen we zo dan maar gaan?" Vraag ik. "Oké." Zegt Fenna.

Nadat we hebben ontbeten en ons hebben aangekleed, stappen we in de auto en rijden maar het huis van Fenna. "Hoe gaan we dit aanpakken?" Vraag ik. "M'n moeder is blij dat ik weg ben. Ik heb de sleutel, dus ik loop gewoon naar binnen. Dat mens kan me niet tegen houden, ze is immers mijn moeder niet." Knipoogt Fenna. Ik knik, "Ik wacht hier in de auto op je." Zeg ik. Fenna stapt uit, loopt naar de voordeur van het huis en opent de deur. "Hopelijk gaat het goed." Zucht ik in mezelf. Ik kijk rond door de straat waar ik zeker een jaar gewoond heb samen met Leon. Mijn oog valt plots op een man met een zwarte jas verderop in de straat die me indringend aan lijkt te kijken. Ergers lijk ik hem te herkennen. "Ach, vast een oude buur." Denk ik bij mezelf.
Dan komt Fenna het huis uit gehold. Ze heeft twee grote tassen bij zich. Ik buig me over de bijrijders stoel heen en open de deur voor haar. "Ze was niet thuis, gelukkig." Hijgt Fenna.

Ik zet Fenna af bij mijn huis en ik rij door naar Studio 100. Het is alweer een tijd geleden dat ik hier ben geweest door mijn ongeluk. Ik parkeer mijn auto en loop naar de ingang. Ik begroet de vrouw aan de balie en loop vrolijk naar boven, waar mijn kantoor is. Eerst besluit ik om nog even langs Gert, Axana, Stefan, de meisjes en de rest van de crew te gaan om gedag te zeggen. Ik kom binnen en de drie vliegen me om de nek. "Hey hallo." Lach ik. "We hebben je echt gemist Kris! Wat is er allemaal gebeurt? Gaat alles weer goed?" Ratelt Hanne. Ik glimlach. "Meer dan goed."

>>>>>>>>>>>>>>>>
Omdat dit een redelijk saai hoofdstuk was, heb ik ook gelijk even het volgende deel online gezet :)

K3 ~ ReunitedWhere stories live. Discover now