Hoofdstuk 7

198 13 4
                                    

Dag 4

(Rihanna)

De zon begint eindelijk wat te schijnen. Het was een lange nacht. Een tijdje geleden merkten we dat Grace niet meer bij ons was. Waar zou ze zijn? Ik maak me nu echt wel zorgen. Dit eiland is zo groot… Zayn en ik hebben ondertussen al het kamp gevonden. We zitten hier een beetje te niksen. Kristen en Katy zijn trouwens ook nergens te bekennen. Waar zou iedereen zijn?

(Grace)

Nee, nee. Dit kan niet waar zijn. Die man… Die man van het vliegtuig, die naast me zat en heel enthousiast vertelde over zijn dochtertje, ligt nu dood voor mij. Waarom heeft hij het niet overleefd, zoals ik? Misschien was hij te laat. Er rolt een traan over mijn wang. Dat meisje heeft nu geen vader meer. Ik laat me terug vallen in het warme zand. Ga ik ooit de rest terug vinden? Ik stel me terug recht. Als ik ze nog terug wil vinden, moet ik nu actie ondernemen. Ik wring me tussen de planten, ik denk de weg dat Rihanna en Zayn hebben gevolgd. Na een tijdje vind ik voetstappen, hier hebben ze recent nog gelopen! Ik volg ze, in de hoop hen te vinden.  Ik hoor stemmen, maar ze zijn niet afkomstig van Zayn en Rihanna. Van… van… van Katy Perry en Kristen Stewart! Ze zijn dus toch niet bij het kamp. Raar. Ik duw de planten weg, zodat ik hen kan zien. Het is een open plek, en ik zie Katy liggen, met veel bloed rond haar. Wat is er aan de hand? Ik loop er onmiddellijk naartoe.

‘Wat is er gebeurd?’, vraag ik, bijna roepend.

‘Het doet zo’n pijn…’, kreunt Katy.

‘Ik dacht dat er een dier voorbij kwam, en gooide iets scherp naar de schaduw die ik zag, maar toen ik iets dichterbij kwam zag ik dat het Katy was! Ik had het echt niet zo bedoeld!’, zegt Kristen snel.

Ik kijk wat dichter bij Katy. Tranen stromen over haar wangen. Ik kijk naar haar been, waar het bloed uit komt. Het is echt een hele grote wonde.

‘Wat moeten we doen?’, vraagt Kristen aan mij.

‘Dat weet ik niet! We moeten Zayn en Rihanna vinden, misschien weten zij hoe we haar moeten helpen!’, antwoord ik.

‘Nee, zoveel tijd hebben we niet’, kreunt Katy.

‘We… We vinden er wel iets op! Maak je geen zorgen!’, verzeker ik haar, maar eerlijk gezegd weet ik dat dat een leugen is. Wat kunnen we doen? Er is hier geen ziekenhuis, bij mijn weten…  Ik kijk rond mij, voor iets dat we rond de wonde kunnen binden. Mijn ogen blijven stilstaan bij een boom, waar ik een jongen achter zie staan. Hij gluurt naar ons. Ik kan alleen zijn hoofd zien. Heeft hij het ook overleefd? Maar dat kan toch niet? Hij ziet er helemaal anders uit dan ons. Hij heeft een donker gebruinde huid, zwarte, kleine krullen die nonchalant over zijn hoofd hangen en hele rare kleding aan. Alleen een rokje, gemaakt van bladeren. Jongens met rokjes… Bij mijn weten dragen alleen in Schotland de mannen rokjes. Maar, in films zie je soms ook wel jongens die er zo uitzien. Zou hier een film gespeeld worden? Nee… Dat kan niet. Maar, misschien is dit een onderdeel van Afrika, een eiland waar een paar Afrikanen wonen. In films zijn dat meestal kannibalen, maar deze jongen ziet er mij niet echt het soort uit dat ons zou opeten. Misschien kan hij ons wel helpen!

‘Hallo, wil je alsjeblieft even bij ons komen?’, roep ik voorzichtig.

De jongen verstopt zich bang weer achter de boom. Ik loop langzaam naar de boom toe, en als ik vlakbij ben, loopt de jongen weg. Ik loop achter hem aan. Hij kan echt snel lopen!

‘Luister: ik wil je geen pijn doen! Je moet ons gewoon helpen! Ik zweer het. Er is een meisje, en ze heeft zich ernstig pijn gedaan. Begrijp je mij eigenlijk wel?’

Natuurlijk begrijpen ze me niet. Alsof ze Nederlands kunnen spreken. Ik ben dom, echt dom. Alhoewel, in Zuid-Afrika kunnen ze wel Nederlands praten.

‘Kan je Nederlands?’, vraag ik dan maar.

‘Ja, ik kan Nederlands’, krijg ik als antwoord terug.

De jongen staat even stil, met zijn rug naar mij gedraaid. ‘Alsjeblieft, help ons’, zeg ik op een smekende toon.

‘Misschien, maar dan moet jij iets geven aan mij’, antwoordt de jongen, terwijl hij zich naar me toe draait. Ik knik. ‘Oké. Dus je helpt ons?’ ‘Ja.’

____________________________________________

A/N: Echt bedankt voor de 200 lezers. Ik dacht nooit dat ik er zoveel ging hebben! :-)

Onbewoond EilandWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu