Femkes POV
"Verhaegen Robin," gaf ik door aan de man achter de balie. Met een vriendelijk glimlachje keek hij me even aan en tokkelde daarna wat op zijn toetsenbord. Hij leek nog net iets ouder dan Robin, had een kort baardje, maar geen snor. Hij had zwarte haren en op zijn linker onderarm was een stukje van een tatoeage te zien die hoogstwaarschijnlijk zijn hele linkerarm bedekte. De mouwen van zijn lichtbruine coltrui waren wat opgestroopt, daardoor was dat kleine stukje van een duidelijk angstaanjagende tatoeage zichtbaar. "Meneer Verhaegen wordt op dit moment nog geopereerd, u kan plaatsnemen in de wachtzaal." De man keek me vriendelijk en meelevend aan bij zijn uitleg, maar had ondertussen al een pen in de hand en was iets op een papiertje aan het kribbelen. "Zo," zei hij en reikte mij het papiertje toe. "Aangezien hier zoveel wachtzalen zijn, heb ik even genoteerd welke het juist is. Gewoon de blauwe pijlen volgen en... Soit, met de aanwijzingen op het papiertje moet u er ook wel geraken." Ik knikte even terwijl ik grondig de uitleg las. Hij schreef enorm duidelijk voor zo snel iets neer gekribbeld te hebben. "Bedankt," zei ik met een glimlachje. "Sterkte," zei hij met een knikje en hield zich alweer bezig met de volgende. Met een versnelde pas liep ik naar de wachtzaal, een wachtzaal identiek aan elke andere wachtzaal. Het was een eindje stappen, volgens mij lag die wachtzaal aan de andere kant van het ziekenhuis. Ik plaatste me op de eerste de beste stoel. Ik keek even rond, maar zoals ik al zei, een wachtzaal identiek aan elke andere. Stoelen, tafeltje met tijdschriften en folders en affiches over alles wat je maar kan bedenken in verband met geneeskunde tegen de muren. Ik zuchtte en wreef met mijn handen langs mijn gezicht naar mijn haren waar ik ze liet rusten. Ik staarde naar mijn voeten en hoopte dat ik snel nieuws zou krijgen, nieuws dat me beviel. Ik sloot mijn ogen en de hele gebeurtenissen speelden zich nogmaals af. Het schot weergalmde in mijn hoofd, net als de pijnkreet van Robin. Ik werd uit mijn gedachten gehaald door het wel gekende gezoem van mijn gsm. Ik nam hem uit mijn jaszak, een jaszak met ditmaal wel een sluiting, een jaszak van een andere jas. Gelukkig had mijn mobiele telefoon ook geen schade opgelopen door de modder of de regen. Het was Brigitte. Meteen duwde ik op het groene knopje voor het op mijn voicemail zou springen. "Hey Brigitte," nam ik op met wat meer rust in mijn stem tegenover daarvoor. Brigitte viel meteen met de deur in huis dat ze Lucas hadden opgepakt en dat ook Robins wapen terecht was. De tranen sprongen weer in mijn ogen, puur van blijheid deze keer. "Femke? Gaat het wel?" vroeg Brigitte bezorgd. Ik nam even diep adem en zei toen met emotionele stem: "Ja! Dat is echt super nieuws! Dankjewel." "Hoe is het daar?" veranderde ze meteen van onderwerp. Ik kon eigenlijk niet meer zeggen dan dat ik in een lege, kleine wachtzaal zat te wachten op meer nieuws. Ik hoorde Brigitte zuchten aan de andere kant van de lijn. "Het komt wel goed! Wil je anders dat ik langskom?" vroeg ze. Het feit dat ze zoveel over heeft voor haar vrienden en familie.. Ja, dat is echt waarom ik haar zo hard bewonder. "Het lukt me wel," zei ik, "maak je maar niet druk om mij. Ik laat meteen iets weten als ik ook iets meer weet." Ze leek niet helemaal overtuigd dat ik in orde was, maar ik wou liever even alleen zijn. "Fijn dat je iets gaat laten weten als je meer weten, wij gaan zeker eens langskomen hè." Een poosje was het stil, tot ik Eric tegen Brigitte hoorde zeggen dat ze weg moesten. "Wij moeten door, maar nog veel sterkte hè meid," zei Brigitte vlak voor ze wilde afleggen. "Brigitte?" vroeg ik nog haastig. "Ja?" antwoordde ze. "Dankjewel," antwoordde ik op een zachte toon. Ik voelde gewoon hoe ze zachtjes zat te glimlachen aan de andere kant van de lijn. "Nergens voor nodig, maar wij moeten nu echt wel door, tot gauw," zei ze. Ik glimlachte zachtjes. "Succes," antwoordde ik en de verbinding verbrak. Ik haalde mijn gsm van mijn oor vandaan en staarde een tijdje naar mijn achtergrondafbeelding. Het was een foto van mij en Jasper, genomen in de zomer, vlak voor alles in het honderd zou lopen met... Tamara. We waren zo gelukkig, het zat zo goed tussen Jasper en mij, maar... Ik heb het gevoel dat er geleidelijk aan iets is fout gelopen. Ik zou niet kunnen zeggen wat, maar toen ik daar zo zat in het ziekenhuis, te staren naar die foto van ons... Iets klopte niet. Het was niet meer zoals het ooit was maar, ja, ik zag hem nog altijd graag. Het enige dat ik eigenlijk op dat moment verlangde was een knuffel van Robin, zo'n knuffel als daarvoor nog in het park. Stiekem verlangde ik dat hij me met zijn sterke armen zou vastnemen en dat hij me nooit meer zou loslaten. Ik voelde me plots enorm schuldig voor de feiten die zich in het park hadden voorgedaan. Robin was daar om wille van mij, hij was daar omdat hij van mij houdt, omdat hij wist dat het zou mislopen en niet wou dat mij iets overkwam. Hij was neergeschoten omdat hij van mij houdt. Ik zuchtte, liet mijn hoofd in mijn handen zakken en langzaamaan begon ik te huilen. Mijn schouders begonnen weer hevig te schokken. "Mevrouw?" werd ik uit mijn huilbui gehaald door een zachte stem. Ik keek op. Een jonge vrouw met roodachtige haren had naast me plaatsgenomen. Ze droeg het pak van een chirurg. "Ben je hier voor Robin Verhaegen?" vroeg ze. Ik knikte zachtjes terwijl ik haar maar bleef aanstaren met mijn betraande gezicht en rode ogen. "Ik ben zijn arts, dokter Aben, Liesbeth Aben," zei ze en stak me haar hand toe die ik beleefd aannam. "De operatie is goed verlopen," er viel een zekere last van mijn schouders, "alleen..." Dokter Aben keek even weg. "Hij is het bewustzijn verloren," voegde ze er aan toe. "Het bewustzijn verloren?" vroeg ik verbaasd. Dokter Aben zuchtte even. "Het is een beetje zoals een coma, maar hij is niet in coma. Hij is net naast zijn longen geraakt, waarmee dit verlies van bewustzijn te maken heeft. Dit gebeurt niet altijd, maar bij meneer Verhaegen is het duidelijk wel gebeurd. U hoeft zich daar geen zorgen over te maken, zodra hij herstelt, zodra zijn lichaam heeft kunnen rusten, dan komt alles normaal wel weer in orde. Wij gaan hem zeker niet uit het oog verliezen," sprak ze me vol goede moed toe. Ik knikte. "Bedankt," antwoordde ik. "Het is wel zo dat we momenteel alleen familie bij hem laten, maar ik vermoed dat u de vriendin bent?" Sprakeloos keek ik haar aan. Ze verwachtte duidelijk een ja. Een ja die ik haar ook maar gegeven heb. Bij mijn weten had Robin geen vriendin die een bezoekje bij hem kon opeisen, dus deed ik dat maar. Ik had zo'n vermoeden dat niemand me dit kwalijk zou nemen en zeker Robin niet. "Vanaf morgen, als alles goed verloopt, mogen ook vrienden langskomen, maar we willen wel dat de bezoekjes van korte duur zijn." Nogmaals knikte ik naar de arts. "Kan ik hem zien?" vroeg ik. "Tuurlijk," antwoordde dokter Aben en stond recht van haar stoel, ik volgde haar voorbeeld. "Hij ligt op kamer 211 C, maar ik zal even meelopen," zei ze met een glimlachje. Ik glimlachte kort even terug met mijn nog steeds rode ogen. "Bedankt," zei ik zachtjes met een krak in mijn stem.
JE LEEST
Bekennen of niet?
FanfictionBUURTPOLITIE FANFIC Gaat verder op Wint De Liefde Echt Altijd? ( #WDLEA ) maar vanuit het standpunt van Femke en Robin. Wanneer Femke en Robin tijdens een undercoveractie een koppel moeten spelen, kussen ze elkaar. Voor beiden is het meer dan gewoon...