Hoofdstuk 15 ; afwachten

19 0 0
                                    

Ik knikte, Hazelhart kwam naast me staan. Zodat ze alles wat ik zei te vertalen. Om te tonen dat ze aan mijn kant stond, transformeerde ze. 'Aanvallen' riep een alpha. Ze wisten het, ze wisten dat er nog iemand was. We keken elkaar aan we moesten vluchten. Ik brulde en steeg op met Hazelhart op mijn hielen en vlogen we weg. Ze juichten, maar ze weten niet dat we gingen terugkomen. Na een tijdje vliegen had ik ergens in een van de territoriums een grot gevonden, dat werdt ons tijdelijk verblijf. Na we wat hebben geoefend op onze krachten, besloten we terug te keren maar dat was nog niet voor nu. De volgende ochtend werden we wakker, we hadden besloten om de grote rots in te nemen en een deel van de vier territoriums. Een territorium was al heel groot, dus om te zorgen dat het verdeelt bleef. Gingen we maar een deel innemen, om daar voor te zorgen. We vlogen op en gingen richting de grote rots. Ik had namelijk een ingang gevonden in de rots. Dat werd mijn en Hazelhart slaapplaats, maar dat had ik haar nog niet vertelt. En er bovenop de rest van onze "nieuwe" clan. De Drakenclan!  Eenmaal we er waren landde ik op de rots, met Hazelhart naast me. Ik had geprobeerd om weer eens terug te veranderen en het was uiteindelijk weer gelukt. Dus ik veranderde terug naar mijn wolvenvorm. Wat me nog nooit was opgevallen was dat er begroeiing groeide op de rots. Er moest alleen nog maar hier en daar iets verandert worden en het was een perfect kamp. We hadden genoeg ruimte op de rots er was wel plaats voor tien grote draken naast elkaar. We hadden zonder dat ze het wisten onze prooi kunnen vangen. Manen gingen voorbij, we waren alweer flink wat aangesterkt. Dat was nodig want vandaag was er normaal gezien weer wolvenvergadering. We hadden ons allebei rustig neergelegd op ons open plek, in ons kamp. Het ging bijna gebeuren.

WolfgangWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu